Cat U Flashcards

1
Q

Binnen hoeveel meter van een oversteekplaats mag je niet stilstaan.

A

Binnen 5 meter van een oversteekplaats.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Mag je in een tunnel stilstaan?

A

Nee.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Mag je op een rijbaan naast een fietsstrook stilstaan? En naast een busstrook?

A

Nee.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Binnen hoeveel meter van een bushalte is het verboden om stil te staan?

A

12 meter.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Binnen hoeveel meter van een kruispunt mag je niet parkeeren?

A

Binnen 5 meter van een kruispunt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat betekent een gele doorgetrokken streep?

A

Verboden stil te staan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat betekent een gele onderbroken streep?

A

Niet parkeren, wel stilstaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Mag je parkeren op een plek voor laden/lossen?

A

Nee.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe herken je een parkeerschijfzone?

A

Aan de blauwe streep of d.m.v. verkeersborden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly