HC11 - Celdood Flashcards

1
Q

Wat is necrose?

A

Necrose is celdood waarvan de oorzaak stress van buitenaf is, zoals O2 tekort, dysbalans van nutriënten, fysiek trauma, of microben
Het is ookwel de ‘lelijke’ celdood

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de kenmerken van necrose?

A
  • Vaak eerst degeneratie
  • Ongecoördineerd
  • Cel barst open
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het gevolg van necrose?

A

Een acute ontsteking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zie je hier?

A

Een necrotisch gebied; een post-infarct litteken. Dit is necrose in de hartspier na een hartinfarct

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is ischemie?

A

Ischemie is onvoldoende doorbloeding richting weefsel waardoor een zuurstoftekort optreedt dat de celstofwisseling in gevaar brengt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de oorzaak van een hartinfarct?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zie je hier?

A

Een nier-infarct in een hond, waarbij zowel een gedeelte van het merg als van de schors te weinig bloed krijgen en dus necrotisch worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welk ander tekort is het gevolg van zuurstof tekort?

A

ATP tekort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een van de grootste afnemers van ATP in het lichaam?

A

De natrium kalium pomp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat gebeurt er bij een ATP tekort met de Na/K pomp?

A

De pomp valt stil en de netto export van ionen stopt. Hierdoor hoopt water zich op in de cel en ontstaat er celzwelling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welk gedeelte van de celzwelling is reversibel en welke niet meer?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de vicieuze cirkel van celschade?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Beeld acute celzwelling:

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de groene en blauwe cirkels?

A

Groen is celzwelling, maar daar zijn de kernen nog intact ookal is het cytosol bleek.
Bij blauw is al sprake van necrose omdat naast het bleke cytoplasma ook de kern is opgelost.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn de stadia van necrose op basis van kernverval?

A
  • Normale cel
  • Karyopyknose
  • Karyorrhexis
  • Karyolysis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat gebeurt er met de kern tijdens karyopyknose?

A

Het DNA condenseert maar de kern blijft nog intact

17
Q

Wat gebeurt er met de kern tijdens karyorrhexis?

A

Dan vindt kernfragmentatie plaats

18
Q

Wat gebeurt er met de kern tijdens karyolysis?

A

De kern is dan enzymatisch afgebroken. Het is dan of nog licht zichtbaar of compleet weg.

19
Q

Wat geven de kleuren weer?

A

Blauw = karyopyknose
Rood = karyorrhexis
Groen = karyolyse

20
Q

Wat is colliquatieve necrose?

A

Necrose waarbij het weefsel is vervloeid, en waar dus de hele morfologie van het weefsel verloren is gegaan.
Alle kernen, organellen en celmembranen zijn uit elkaar gevallen door endonucleases en lysosomale enzymen

21
Q

Wat is coagulatieve necrose?

A

Necrose waarbij de weefselstructuur nog intact is.
Endonucleases die het DNA degraderen zijn dan wel actief (kern valt uit elkaar), maar lysosomale enzymen zijn niet actief (door een te lage pH)

22
Q

Wat trekt necrose aan?

A

Ontstekingscellen: neutrofiele granulocyten
Zij:
- Worden aangetrokken door celresten
- Degraderen en recyclen restmateriaal
- Vallen eventueel de oorzaak aan (bijv. bacterie)

Ook macrofagen kunnen worden aangetrokken om celresten en microbes op te ruimen door fagocytose

23
Q

Wat is apoptose?

A

Gecontroleerde celdood, ookwel de ‘schone’ celdood genoemd. Het ruimt onnodige of beschadigde (vaak DNA) cellen op.

24
Q

Wat is het verschil van apoptose t.o.v. necrose?

A

Bij apoptose blijven de membranen wél intact en vindt er vervolgens geen ontstekingsreactie plaats

25
Q

Hoe werkt apoptose?

A

Apoptotische cellen keren hun ‘eat me’ signalen (fosfatidilserine) naar buiten (waar ze normaal gesproken aan de binnenkant van de cel liggen), waardoor macrofagen worden aangetrokken. Die macrofagen ruimen dan d.m.v. fagocytose de apoptotische cel op.

26
Q

Wat zijn caspases?

A

Enzymen die een domino effect in gang zetten en er zo voor zorgen dat het apoptose programma niet halverwege stopt.

27
Q

Hoe worden caspases actief?

A

Ze worden pas actief na een enzymatische knip. De ene isoform knipt de andere

28
Q

Hoe werkt de cascade van caspases?

A

1 caspase kan meerdere inactieve caspases actief maken, enzovoorts

29
Q

Wat is de intrinsieke apoptose route?

A
30
Q

Wat is de extrinsieke apoptose route?

A
31
Q

Wat is de T-cel afhankelijke apoptose route?

A
32
Q

Hoe herken je apoptose in een histologisch beeld?

A

Door het condenseren en fragmenten van celkernen.
Het lijkt op karyopyknose (van necrose) maar:
- Geen celzwelling
- Ligt tussen normale cellen
- Geen ontstekingscellen

33
Q

Hoe kun je apoptose zichtbaar maken in een histologisch beeld?

A

Omdat het aantonen van apoptose lastig is omdat het zo snel gebeurd, wordt er gebruik gemaakt van immunohistochemie. Er wordt dan een fluorescent antilichaam tegen actief caspase-3 ingebracht, en dat maakt apoptose zichtbaar.

34
Q

Necrose vs apoptose

A