3a8 Flashcards

1
Q

Wat zijn de essentiële aminozuren?

A

(iso)leucine, valine, threonine, phenylalanine, tryptofaan, lysine, methionine en histidine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar haalt de pastgeborene voornamelijk zijn energie uit? En waaruit een volwassene?

A

Vetten, Koolhydraten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het metabool syndroom?

A

Obesitas, insulineongevoeligheid en hypertensie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat krijgt een zuigeling te weinig binnen bij gewone melk + water?

A

ijzer. (teveel verzadigde vetten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welk soort melkvervanger wordt aangeraden voor zuigelingen/kinderen met een koemelkallergie?

A

Intensief hydrolysaat (Nutrilon Pepti, nutramigen). Dit wordt niet niet/nauwelijks herkend door het immuunsysteem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de voedingsadviezen om een ijzeranemie te voorkomen bij zuigelingen die uitsluitend borstvoeding krijgen?

A

Vanaf 4 mndn bijvoeden met fruit en groentehap.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Tot wanneer vit. D suppletie en vit. K suppletie?

A

D: t/m 4 jaar, donkere huidskleur = levenslang.
K: t/m 3 mnden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat verklaart de hogere vochtbehoefte van een zuigeling?

A

Hogere insensible loss (relatief groot lichaamsopp, dunnere huid en hoger basaal metabolisme) en groei

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een risico van een te lange voedingspauze bij zuigelingen?

A

Een hypoglycaemie –> versuft –> minder drinken –> meer kans hypo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarom kunnen prematuren nog geen directe borstvoeding krijgen?

A

omdat de zuig-slikreflex nog niet goed is ontwikkkeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de voordelen van enterale voeding bij zuigelingen?

A

Beter groei (want meer calorieën)
minder infectierisico door kortere duur van parentale voeding
Goede groei in 1e levensmaand geeft betere neurologische uitkomsten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de nadelen van enterale voeding bij prematuren/

A

Grotere kans op NEC (necrotiserende enterocolitis)
Onrijpe darmmotitiliteit –> voedingsintolerantie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waaruit bestaat parentare voeding voor prematuren?

A

Glucose, Aminozuren, vetemulsies, vit, min en sporenelementen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de meest geschikte optie voor enterale voeding bij prematuren?

A

Moedermelk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Kenmerken rachitis? (3)

A

Verbreding van de polsen en enkels
Doorbuigen van de lange pijpbeenderen
Verdikkingen costosternale overgang (rachitis rozenkrans)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de zuurgraad van de maag bij een 12dgn oud kind en een 2 jarig kind?

A

7 en 2

17
Q

Hoe is de maag en darmpassage bij neonaten, kinderen en volwassenen?

A

Maagpassage: neonaat: vertraagd, vanaf 6-8mnden zelfde al volwassene
Darmpassage: neonaat: vertraagd, peuter juist versneld

18
Q

Waarom kunnen neonaten slecht lipofiele geneesmiddelen opnemen?

A

Omdat ze een lage biliaire functie hebben. Met als gevolg dat gnsmiddelen niet oplosbaar en opneembaar kunnen worden gemaakt

19
Q

Welk enzym hebben kinderen relatief weinig wat belangrijk is voor het metaboliseren van gsnmiddelen?

A

Cyp3A

20
Q

Omschrijf het proces van de ontwikkeling van de longcirculatie na de geboorte

A

Longen ontplooien –> vasc. weerstand longen omlaag.
Navelstreng wordt afgeklemd –> vasc. weerstand systemische circulatie omhoog
Stijging bloedstroom longen, daling bloedstroom ductus arteriosus. –> hoge longflow –> stijging pulmonaal-veneuze retour LA –> drukt stijgt LA –> drukt foramen ovale dicht.
O2 concentratie stijgt –> ductus arteriosus sluit

21
Q

Noem de 5 onderdelen van de apgar score

A

Hartfrequentie
Ademhaling
kleur
Spiertonus
Reactie op prikkels

22
Q

Waardoor krijgt een kind na een keizersnede ademhalingshalingsproblemen? (fysiologisch)

A

De thorax is niet ingedrukt tijdens de bevalling en het interstitiele longvocht is dan nog niet geklaard. Dit duurt 24 uur om te klaren

23
Q

Wat is het klinisch beeld van TTN (transient tachypnoea of the new born) (3)

A
  • Kreunen
  • Tachypneu
  • O2-behoefte (soms)
24
Q

Wat kunnen de oorzaken zijn van een persisterende hoge longvaatweerstand na geboorte?

A
  • Persisten pulmonary hypertension of the newborn (PPHN)
  • Aangeboren hartafwijking
25
Q

Wat is het gevolg van een persisterende hoge longvaaatweerstand?

A

rechts-links shunt (ductus arteriosus en foramen ovale). –> cyanose –> (cardio)respiratoire insufficiëntie

26
Q

Wat zijn mogelijke oorzaken voor PPHN (persistant pulmonary hypertension of the newborn)

A
  • perinatale asfyxie
  • Perinatale infectie
  • Longhypoplasie
  • Meconiumaspiratie
27
Q

Wat is een contra-indicatie voor borstvoeding bij de zuigeling?

A

Galactosemie (galactose kan niet worden omgezet naar glucose)

28
Q

Hoeveel gewicht mag een zuigeling verliezen in de eerste weken?

A

max 10%