hoofdstuk 6

Question 1

ECB

Answer 1

eenparige cirkelvormige beweging

Question 2

2 kenmerken van een ECB

Answer 2

• GROOTTE van snelheid blijft gelijk
• cirkelvormige baan

Question 3

formule hoeksnelheid

Answer 3

w = Δθ/Δt

Question 4

hoeksnelheid: wanneer het voorwerp in tegenwijzersin beweegt is

Answer 4

θ2 groter dan θ1

Question 5

symbool hoeksnelheid

Answer 5

w

Question 6

symbool periode

Answer 6

T

Question 7

T (periode)

Answer 7

de tijd die nodig is voor 1 omwenteling

Question 8

symbool frequentie

Answer 8

f

Question 9

f (frequentie)

Answer 9

het aantal omwentelingen per seconde

Question 10

symbool hertz

Answer 10

Hz

Question 11

Hz (hertz)

Answer 11

één cyclus per seconde

Question 12

verband tussen periode en frequentie

Answer 12

f = 1/T

Question 13

voor een voorwerp dat een ECB uitvoert, geldt voor de grootte van de snelheid

Answer 13

v = w x r
als je w uitdrukt in rad/s

Question 14

is w constant en waarom?

Answer 14

ja omdat zowel v als r ook constant zijn

Question 15

wat is het gevolg van w die constant is?

Answer 15

w = wg

Question 16

leg uit: w=2pi/T

Answer 16

als het voorwerp eenmaal de cirkelvormige baan doorloopt, is de afgelegde hoek Δθ = 2pi (rad) en Δt = T
dus w = 2pi/T

Question 17

formule a

Answer 17

a = w² x r

Question 18

verklaar a = w² x r -> v²/r

Answer 18

a = w² x r
v = w x r -> w = v/r
a = v²/r² x r -> a = v²/r

Question 19

verklaar waarom a constant is

Answer 19

v is constant en r is constant

Question 20

formule centripetaalkracht

Answer 20

fc = m x a = m x v²/r

Question 21

centripetaalkracht of middelpuntzoekende kracht

Answer 21

op een systeem dat een ECB uitvoert werkt een kracht die steeds naar het middelpunt gericht is