Psychiatrie BB Flashcards

1
Q

FBij depressies met psychotische kenmerken of hele zware depressies, gebruik je het volgende medicament:

A

TCA’s

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Patient heeft al meerdere antipsychotica geprobeerd. Deze werkten niet goed genoeg, dus je wil het grove geschut gaan inzetten. Dit is:

A

Clozapine

  • kans op een superinfectie als flinke bijwerking
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Een patient die bekend is bij een psychiatrische instelling is plots psychotisch geworden en rent naakt over straat heen. Door wie moet de opname worden geregeld?

A

Een Niet behandelend psychiater

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Iemand heeft een dementie, ondanks dat je weet dat de achteruitgang maar beperkt vertraagd kan worden probeer je dit type medicament:

A

Choline esterase remmer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Patient is cold turkey gestopt met alcohol drinken na een flinke afhankelijkheid. Welk medicament geef je om hem te helpen met de ontwenningsverschijnselen?

A

Naltrexon
Diazepam

  • disulfiram als iemand nog moet stoppen
  • domperidom en benzo om te helpen met ontwenning
  • naltrexon als anti-craving als iemand is gestopt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Je wil patient van een alcohol verslaving afhelpen. Welk medicament geef je hem zodat alcohol een nare smaak krijgt en hij het niet meer wil?

A

Disulfiram

  • disulfiram als iemand nog moet stoppen
  • domperidom, naltrexon, benzo om te helpen met ontwenning
  • naltrexon als anti-craving
  • domperidom helpen met de misselijkheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Patient heeft zojuist een operatie, je wordt geconsulteerd om zo goed als het gaat een delirium te voorkomen, gezien patient een risico persoon is. Hoe kun je dat het beste doen?

A

Condities voor een goede nachtrust creeren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Een patiente met OCS gebruikt nu 6 weken lang een SSRI (paroxetine). Het heeft geen effect. Beleid?

A

Nog een keer 6 weken af wachten en vervolgens nogmaals beoordelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Je schrijft een antidepressivum voor aan een patient met een matige depressie. Hij heeft erg last van obstipatie. Welke middel kies je?

A

SSRI

  • TCA heeft obstipatie als bijeffect
  • SSRI is goed voor middel zware depressie?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Patiente slikt een hoop medicatie voor psychische problematiek. Welke is hoogst waarschijnlijk verantwoordelijk voor tardieve dyskinesie als bijwerking?

A

Haloperidol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Patient slikt quetiapine, lithium en diazepam. Hij klaagt over stijve spieren en dorst. Bijwerkingen van welke medicamenten is hier vermoedelijk voor verantwoordelijk?

A

Quetiapine - stijve spieren
Dorst en veel plassen- Lithium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Er wordt een patient opgenomen waarbij je bang bent voor alcoholontwenning. Welke drie medicamenten voeg je toe?

A

Diazepam (benzodiazepine)
Vitamine B
Domperidom
Naltrexon

  • disulfiram als iemand nog moet stoppen
  • domperidom, naltrexon, benzo om te helpen met ontwenning
  • naltrexon als anti-craving
  • domperidom helpen met de misselijkheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Een 50-jarige man heeft al langere tijd een alcoholverslaving. Met behulp van een
behandeling heeft hij het alcoholgebruik helemaal kunnen stoppen. Met zijn behandelaar bespreekt hij de medicamenteuze opties om terugval te voorkomen. Hij kiest voor een middel dat bij gebruik van alcohol een
heftige lichamelijke reactie opwekt, waardoor een aversie tegen alcohol wordt opgewekt.

Welk middel wordt hier bedoeld?

A

Disulfiram

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Een 23-jarige vrouw heeft een borderline persoonlijkheidsstoornis. Zij volgt dialectische gedragstherapie en maakt goede vorderingen. Desondanks houdt ze last van forse stemmingsschommelingen. Zij wil graag medicatie om hier minder last van te hebben. Welke medicatie is hiervoor de beste keuze?

A

SSRI

  • niet helemaal duidelijk wat nou het voorschrift is van wat wanneer
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly