1.B.3 - HC.5 het renine angiotensine aldosteron systeem Flashcards
(15 cards)
Wat is het renine angiotensine aldosteron systeem?
een hormonaal systeem voor de regulatie van de bloeddruk
Wanneer vind er activatie van het RAAS plaats?
- een laag bloedvolume en een lage bloeddruk
- cardiovasculaire- en nierschade
Op welke 2 manieren kan de bloeddruk verhoogd worden?
bloeddruk = cardiac output x systemische vaatweerstand
- cardiac output verhogen door water en zoutretentie –> toename circulerend bloed
- systemische vaatweerstand verhogen door vasoconsrictie
–> beide veroorzaakt door angiotensine II
Hoe wordt angiotensine II gevormd?
angiotensinogeen -renine-> angiotensine I -ACE (angiotensine converted enzym)-> angiotensine II
Hoe wordt renine afgegeven aan het bloed?
in efferent en afferente vaten van glomerulus zitten juxtaglomerulaire cellen, cellen voelen laag bloedvolume –> storten opgeslagen renine uit blaasjes in bloedbaan
macula densa cellen in distale tubulus zijn natrium/kalium sensoren voelen concentratie urine –> geven signaal aan juxtaglomerulaire cellen
Wat zorgt voor de productie van renine?
laag circulerend bloedvolume of lage bloeddruk –> wordt gemeten door baroreceptoren carotis communis interna en aortaboog –> signaal naar hersenstam –> sympathicus wordt geactiveerd –> signaal naar medulla van bijnier –> noradrenaline wordt geproduceerd en vrijgelaten –> naar de nier binden aan beta-1-receptoren –> renine wordt geproduceerd
Is renine gewoonlijk in actieve vorm aanwezig?
nee aanwezig als prorenine
Wat gebeurt er bij binding van angiotensine II aan receptoren?
AT1:
- vasoconstrictie
- zout/water reabsorptie
- aldosteron secretie
- sympathische activatie
- negatieve feedback (remming renine productie)
- aanpassing extracellulaire matrix (differentiatie)
- celgroei
AT2:
- vasodilatatie
- remming celgroei
Wat gevolg van aldosteron afgifte in het bloed?
- Na+ en H2O-resorptie in de nieren
- dorstprikkel
–> toename bloedvolume - natrium uitgewisseld met kalium: natrium richting bloed –> water door osmose naar het bloed
Welke receptoren worden allemaal gebruikt bij verhoging van bloeddruk?
- AT1 receptoren
- a1-receptoren door stimulatie van AT1 receptoren –> vasocontrictie
- B1-receptoren in de nier –> renine afgifte
Wanneer spreken we van hypertensie?
bloeddruk boven de 140-90 mmHg
Wat zijn mogelijke gevolgen van hypertensie?
- hartaanval
- hartfalen
- herseninfarct
- retinopathie (capillairen in retina gaan kapot)
- chronische nierfalen
Welke vormen van antihypertensieve medicijnen zijn er?
- ACE-remmers/inhibitoren: remming angiotensine II productie –> bloeddrukverlaging
- AT1 receptor blokkers: geen vasoconstrictie/bloedvolume verhoging en extra ang II voor AT2-receptor –> vasodilatatie en verlaging bloedvolume
- renine remmer: reming Ang I/II productie –> remming vasocomstrictie en bloedvolume verlaging
- MR-antagonist: binding van aldosteron aan MR-receptor remmen –> antidiuretische werking (natrium naar het bloed) voorkomen –> bloedvolume omlaag
Wat is ASO?
anti-sense oligonucleotide: stukje RNA complementair aan angiotensinogeen wordt openomen in lever en bind aan het RNA van het angiotensinogeen –> geen angiotensionogeen productie
Wat zijn bijwerkingen van ACE-remmers en AT1-blokkers?
ACE-remmers: vermindert afbraak bradykinine –> bradykinine bindt aan B2-receptoren –> NO komt vrij –> vasodilatatie –> hoest (constrictie bronchien) kan verholpen worden door AT1-blokker
AT1-receptor blokker: negatieve terugkoppeling wordt onderbroken –> plasma renine concentratie gaat omhoog –> gewenning, kan verholpen worden met renine remmers –> hypotensie