3 op weg Flashcards
(160 cards)
weggebruikers: voetgangers en bestuurders
voetganger (1 + 3)? bestuurder (3)?
iedere persoon die gebruik maakt van openbare weg is weggebruiker
voetganger = wie zich te voet verplaatst, bent ook voetganger als je:
- kruiwagen, rolstoel of ander voertuig zonder motor voortduwt
- met fiets, gemotoriseerd voertuig of tweewielige bromfiets aan hand stapt
- voortbewegingstoestel niet sneller dan stapvoets gebruikt (bv. step of hoverboard)
bestuurder is iemand die:
- voertuig bestuurt (bv. fiets, bromfiets, motorfiets, personenauto, vrachtwagen, enz)
- trek-, last-, rijdier of vee geleidt of bewaakt
- voortbewegingstoestel sneller dan stapvoets gebruikt (bv. skateboard)
ook bestuurder: bv. motorfiets aan de hand leidt of auto voortduwt?
algemeen gedrag als weggebruiker
3
- andere weggebruikers niet hinderen of in gevaar brengen, wees alert voor wegenwerkers, onderhoudswerkers en prioritaire voertuigen
- mag verkeer niet hinderen of onveilig maken door bv. voorwerpen of zwerfvuil achter te laten op openbare weg, of weg belemmeren
- mag openbare weg niet beschadigen
gedrag als voetganger
- voetgangers moeten trottoirs gebruiken, delen van weg voor hen aangeduid met verkeersborden (f99a, f99b) of verhoogde bermen, als dat niet kan, mogen ze op gelijkgrondse bermen stappen of uitzonderlijk op fietspad of rijbaan voetgangers moeten op fietspad voorrang verlenen aan (brom)fietsers
- voetganger die op rijbaan stapt, moet zo dicht mogelijk bij rand van rijbaan lopen, aan linkerkant
- groepen van meer dan 5 personen met leider, mogen net als stoeten en processies, aan rechterkant van weg lopen
waar is plaats van voetganger?
dit is volgorde van deel van openbare weg dat voetganger moet volgen, als deel er niet is, of niet goed begaanbaar is, dan kiest voetganger voor volgende in rij
- trottoir of deel aangeduid met borden (d9a, d10, d11)
- deel aangeduid met dit bord (d13)
- verhoogde berm
- gelijkgrondse berm
- parkeerstrook
- zijdelingse strook
- fietspad
- rijbaan
opgelet:
- als je zijdelingse strook of rijbaan volgt als voetganger, moet je links lopen (als het niet veilig kan, mag je rechts)
- als je fietspad volgt als voetganger, moet je voorrang geven aan andere weggebruikers daarop
je gedrag als bestuurder: gedrag tegenover kwetsbare verkeersdeelnemers
- mag als bestuurder geen kwetsbare verkeersdeelnemers in gevaar brengen: voetgangers en fietsers en in bijzonder kinderen, bejaarden of personen met handicap
- moet bovendien dubbel voorzichtig zijn als je in hun buurt rijdt of wanneer je hun aanwezigheid kunt voorzien, bv. in schoolomgeving of zone 30
je gedrag als bestuurder: gedrag tegenover voetgangers
- wil je voetganger voorbijrijden die op rijbaan stapt (ook als hij dat doet om rond hindernis op trottoir te stappen), dan moet je voldoende zijdelingse afstand laten tussen voetganger en je auto
- binnen bebouwde kom: min 1 meter
- buiten bebouwde kom: min 1,5 meter
- kan je onvoldoende zijdelingse afstand laten, rij voetganger dan stapvoets voorbij of stop als dat nodig is
je gedrag als bestuurder: gedrag tegenover groepen voetgangers
- groep voetgangers onder toezicht van leider of gemachtigde opzichter mag je niet ‘doorbreken’, moet volledige groep laten passeren voor je met matige snelheid doorrijdt
- moet aanwijzingen van gemachtigde opzichter die groepen kan helpen oversteken, opvolgen
- stoeten of processies, begeleid door gemachtigde signaalgever (bv. carnavalstoet) mag je ook niet ‘doorbreken’, stoet of processie moet zich als geheel bewegen, mogen geen andere voertuigen tussen rijden, moet aanwijzingen van signaalgever opvolgen
je gedrag als bestuurder: gemachtigde opzichters
gemachtigde opzichters mogen aanwijzingen geven om verkeer stil te leggen om groepen kinderen, scholieren, personen met handicap of bejaarden te laten oversteken, doen ze met verkeersbordje (c3)
je gedrag als bestuurder: gedrag tegenover fietsers en bromfietsers
- als je fietser of bromfietser wil kruisen of inhalen, moet je voldoende zijdelingse afstand laten
- binnen bebouwde kom: min 1 meter
- buiten bebouwde kom: min 1,5 meter
- fietsers (zonder aanhangwagen) en bestuurders van speedpedelec mogen met 2 naast elkaar fietsen, moeten achter elkaar gaan fietsen als er tegenliggers zijn en kruisen niet mogelijk is, buiten bebouwde kom moeten ze ook achter elkaar gaan fietsen als er voertuig langs achter nadert
- in fietszone is verboden om fietsers in te halen
je gedrag als bestuurder: gedrag tegenover groepen fietsers
- als je groep renners nadert die deelneemt aan wielerwedstrijd, moet je onmiddellijk uitwijken en stoppen
- mag groep deelnemers aan wielerwedstrijd of aan niet-gemotoriseerde sportwedstrijd of competitie niet ‘doorbreken’
wegkapiteins
- wegkapiteins zijn gemachtigd om grote groepen fietsers of motorfietsers te begeleiden, ze dragen:
- armband in nationale kleuren waarop ‘wegkapitein’ staat
- verkeersbordje (c3)
- groep van meer dan 50 fietsers, moet 2 wegkapiteins voorzien
- begeleiden tocht voor veiligheid
- mogen op kruispunten zonder verkeerslichten, verkeer uit dwarsrichting stilleggen, zodat groep (en volgwagen(s)) kan oversteken
- bent als bestuurder verplicht hun aanwijzingen op te volgen
je gedrag als bestuurder: gedrag tegenover andere groepen
net als bij groep voetgangers of fietsers mag je volgende groepen niet doorbreken:
- militaire colonnes (mars, voertuigconvooi), begeleid door gemachtigde militairen
- cultureel, sportief of toeristisch evenement (bv. loopwedstrijd), begeleid door gemachtigde signaalgevers
je gedrag als bestuurder: gedrag tegenover bussen en hun passagiers
- rijd je in dezelfde richting als bus van openbaar vervoer, dan moet je die binnen bebouwde kom voorrang verlenen, moet je vertragen en zo nodig stoppen als hij zijn richtingaanwijzer gebruikt om aan te geven dat hij zijn halteplaats wil verlaten
- bij naderen van schoolbus die kinderen laat in- of uitstappen, wees dubbel voorzichtig en vertraag, zodat je kan stoppen als nodig, herkent ze aan gele bord (x7)
- opgelet als bussen voor schoolvervoer hun 4 richtingaanwijzers aanstaan, dwz dat kinderen in- en uitstappen (x6)
- hou er ook rekening mee dat afhankelijk van type weg en plaats andere snelheidslimieten gelden voor bussen en autocars (bv. op autosnelweg mag autocar max 100 km/u)
je gedrag als bestuurder: tegenover prioritaire voertuigen
- prioritaire voertuigen hebben 1 of meer blauwe knipperlichten en sirene, bv. brandweer-of ziekenwagen
- hebben alleen prioritaire of dringende opdracht als blauwe knipperlichten én sirene in werking zijn
in dat geval moeten alle weggebruikers:
- onmiddellijk doorgang vrijmaken
- voorrang verlenen aan prioritaire voertuig
- indien nodig stoppen
als enkel blauwe knipperlichten werken opdracht niet dringend, je moet niet reageren
openbare weg
wie verkeersreglement? wat?
- verkeersreglement geldt voor alle weggebruikers (voetgangers, begeleiders rijdieren, fietsers, automobilisten, enz) en is geldig op hele openbare weg
- voor spoorvoertuigen op openbare weg (trams) is verkeersreglement niet van toepassing
- breedte van openbare weg loopt tussen grenzen van eigendommen (bv. tuinen, gevels, grachten)
- openbare weg is in principe voor iedereen vrij toegankelijk
- openbare weg kan brug, straat, plein, pad, … zijn
- ook privéweg kan openbare weg zijn, als eigenaar toestemming geeft om iedereen er gebruik van te laten maken (bv. trage wegen)
openbare weg: verkeersomgeving (straat + pad + aardeweg + bebouwde kom)
straat
- straat is openbare weg in bebouwde kom, zone 30, woonerf of erf waar verschillende soorten weggebruikers ruimte delen
- is geheel of gedeeltelijk omgeven met bebouwing
- geeft toegang tot plaatsen waar activiteiten langs weg plaatsvinden, bv. winkelen
pad
- pad is smalle openbare weg
- pad laat alleen verkeer van voetgangers toe en van voertuigen ‘die geen bredere ruimte nodig hebben dan voetganger’, bv. fietsers, steppers, skaters, enz.
aardeweg
- aardeweg is openbare weg die breder is dan pad
- aardeweg is niet ingericht voor verkeer van voertuigen in algemeen, wegdek is niet verhard, aardeweg kan bedoeld zijn bv. voor landbouwer om zijn veld te bereiken, of kan bv. leiden naar afgelegen woning
bebouwde kom
bebouwde kom is gebied met bebouwing waarvan begin en einde aangeduid zijn met verkeersborden (f1, f3a)
delen van de openbare weg (x8)
a: openbare weg
b: rijbaan
c: middenberm
d: rijstrook
e: parkeerstrook
rijbaan
rijbaan is verharde deel van openbare weg, bedoeld voor voertuigenverkeer in algemeen
rijstroken
rijbaan kan bestaan uit verschillende rijstroken, die zijn gescheiden door 1 of meer doorlopende of onderbroken witte strepen of voorlopige markeringen (oranje strepen of spijkers)
middenberm
- middenberm scheidt verschillende rijbanen van elkaar
- verwar middenberm niet met wegmarkeringen tussen rijstroken of rijrichtingen
- middenberm is vaak ingericht met beplanting en soms voorzien van vangrail
gelijkgrondse berm
- gelijkgrondse berm ligt op gelijke hoogte met rijbaan
- is ruimte tussen rijbaan en sloot, grens van eigendom of talud (helling naast weg, spoor of waterloop), gelijkgrondse berm onderscheidt zich van trottoir of fietspad en is meestal niet verhard
verhoogde berm
- verhoogde berm ligt hoger dan rijbaan en scheidt rijbaan van sloot, grens van eigendom of talud
- verhoogde berm is meestal niet verhard en onderscheidt zich van trottoir of fietspad
trottoir
- trottoir (of ‘voetpad’) is deel van openbare weg, duidelijk gescheiden van rijbaan en ingericht voor voetgangers
- trottoir is altijd verhard en kan verhoogd of niet verhoogd zijn
fietspad
- deel van openbare weg voorbehouden voor fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen klasse A (in sommige gevallen mogen of moeten bromfietsers klasse B er ook op)
- aangeduid met wegmarkeringen of door verkeersbord
- maakt geen deel uit van rijbaan, met auto mag je er niet op rijden, stilstaan of parkeren