4. erfdienstbaarheden en eigendom Flashcards
(55 cards)
Wat is een zaak?
Een zaak is al wat in de natuur bestaat buiten de mens. Er zijn zaken die niet in aanmerking komen voor persoonlijke toe-eigening of uitsluitend persoonlijk gebruik bv. licht, lucht, zee.
Wat zijn goederen?
Goederen zijn zaken die men zich kan toe-eigenen. Het woord goederen omvat stoffelijke (bv. gebouw) en niet-stoffelijke (bv. rechten) zaken.
Wat is een heerloos goed?
Goederen kunnen ofwel toebehoren aan een persoon of heerloos zijn, dat wil zeggen onbeheerd en zonder eigenaar. Indien heerloze goederen onroerend zijn, worden ze beschouwd als toebehorend aan het openbare domein en aan de staat.
Welk onderscheid van goederen wordt gemaakt volgens het BW?
- roerende goederen
- onroerende goederen
Wat zijn onroerende goederen?
Onroerende goederen zijn goederen die niet of zeer moeilijk verplaatsbaar zijn.
Hoe kunnen goederen onroerend zijn?
Goederen kunnen onroerend zijn uit hun aard, hun bestemming of het voorwerp waarop ze betrekking hebben.
Verklaar ‘onroerende goederen uit hun aard’.
aard: onroerend uit de aard, de grond en al wat met de grond rechtstreeks of onrechtstreek, op natuurlijke of kunstmatige wijze, verenigd is en daaraan zijn nut ontleent
- gronderven en gebouwen
- wortelvaste veldvruchten en ongeplukte boomvruchten
- dieren door eigenaar aan de pachter afgeleverd voor landbouw
- buizen in woningen
Verklaar ‘onroerende goederen uit hun bestemming’.
bestemming: zaken die door de eigenaar blijvend aan het erf verbonden zijn, hoewel ze roerende goederen kunnen zijn door hun aard, worden ze onroerend door de bestemming. Het vereist dat het gaat om een specifieke bestemming: een specifieke welomschreven meestal economische activiteit of als verfraaiingsbestemming
- voorwerpen door de eigenaar op het erf geplaatst voor dienst en exploitatie (bv. landbouwgereedschap, dieren, vissen en vijvers, bijenkorven…)
- voorwerpen oorspronkelijk roerend van aard, blijvend verbonden aan het erf (bv. door gips of cement niet los te maken zonder schade aan een voorwerp of het erf)
Verklaar ‘onroerende goederen door het voorwerp waarop ze betrekking hebben’.
voorwerp waarop het betrekking heeft: goederen zijn lichamelijk of onlichamelijk. Onlichamelijke goederen nemen de vorm aan van rechten. Indien deze rechten betrekking hebben op onroerende lichamelijke goederen, dan zijn deze rechten ook onroerend
bv. eigendomsrecht op een gebouw is een onroerend recht door het voorwerp waarop het betrekking heeft
- vruchtgebruik van onroerende goederen
- erfdienstbaarheden en grondlasten
- rechtsvorderingen die strekken tot het opeisen van een onroerend goed
Wat zijn roerende goederen?
Goederen die niet onroerend zijn, zijn roerend.
Hoe kunnen goederen roerend zijn?
- roerend uit hun aard of van nature (bv. verplaatsbare zaken)
- roerend door vervroegde roerend making (bv. vruchten op stam verkocht)
- roerend door wetsbepaling: onlichamelijke roerende goederen (bv. lijfrente, intresten)
Verklaar ‘roerende goederen uit hun aard’.
= verplaatsbare zaken (lichamelijk)
- die zelf bewegen (bv. dieren)
- die niet uit zichzelf bewegen
Verklaar ‘roerende goederen door wetsbepaling’.
= verbintenissen en vorderingen (onlichamelijk) met betrekking op
- geldsommen
- roerende goederen
- rente, lijfrenten
terugbetaling mag niet langer dan 30 jaar
Zijn bouwstoffen nieuw of uit afbraak roerend of onroerend?
roerend tot herbevestiging
Wat omvat de verkoop of schenking van een huis?
Het omvat al wat zich daarin bevindt
- het omvat niet (inboedel) het gereed geld, noch de inschulden of andere rechten waarvan de titels zich in het huis bevinden en niet wat het voorwerp van een handel uitmaakt
- het omvat wel (huisraad) de rest
Welk onderscheid van goederen wordt gemaakt met betrekking tot hun bezitters?
- goederen waarvan de titularissen bijzondere personen zijn
- goederen waarvan de titularissen publiekrechterlijke rechtspersonen zijn
Wat wordt verstaan onder bijzondere personen als bezitters van goederen?
- natuurlijke personen
- privaatrechterlijke rechtspersonen
Wat wordt verstaan onder publiekrechterlijke rechtspersonen als bezitters van goederen?
= openbare besturen en instellingen
Zij kunnen slechts beschikking hebben over hun goederen overeenkomstig administratieve regels.
Welk onderscheid wordt gemaakt tussen goederen waarvan de titularissen publiekrechterlijke rechtspersonen zijn?
- goederen van het openbaar of publiek domein
- goederen van het private domein
Wat behoort tot de eigendom van de Staat?
Alle gedeelten van het Belgisch grondgebied niet vatbaar voor bijzonder eigendom
= goederen die niet aan bijzondere personen toebehoren
= eigendom Staat:
- goederen van personen
- zonder erfgenamen
- verlaten van erfenis / onbeheerd
- poorten, muren, wallen, grachten van versterkte plaatsen
- banen, wegen, straten, rivieren…
Wat is eigendom?
Eigendom is het recht om op de meest volstrekte wijze van een zaak het genot te hebben en daarover te beschikken, mits men er geen gebruik van maakt dat strijdig is met de wetten of de verordeningen.
Welke verschillende elementen komen naar voor in het begrip ‘eigendom’?
- burgerlijk recht:
- zakelijk recht
- recht op genot
- recht op beschikking en beheer
- recht op natrekking behoort de eigenaar toe
- publiek recht: beperkingen zijn toepasselijk wanneer het gebruik strijdig is met de wetten of met de verordeningen
Leg recht van natrekking uit.
= eigendom van een roerende of onroerende zaak geeft recht op al wat zij voortbrengt en op wat hetzij natuurlijk, hetzij kunstmatig, als bijzaak ermee verenigd wordt
A. hetgeen door een zaak wordt voortgebracht:
- natuurlijke vruchten
- burgerlijke vruchten
- vruchten van de nijverheid
- jongen van dieren
bezit van een zaak = bezit van de vruchten (ter goeder trouw)
B. hetgeen door een zaak verenigd wordt:
eigendom grond
- eigendom van alles op en onder de grond (uitz. erfdienstbaarheden/grondlasten)
- bij uitgravingen: alles wat je vindt (uitz. wetten en verordeningen van mijnen en politie)
Stel: gebouw op grond eigenaar opgericht met materialen van iemand anders.
- materiaal moet worden betaald/schadevergoeding
- eigenaar van het materiaal mag het materiaal niet wegnemen