4.7 Flashcards

(39 cards)

1
Q

Wat is een belangrijke vaardigheid bij aardrijkskunde?

A

Vergelijken van gebieden of verschijnselen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat kun je vergelijken in de ruimte?

A

Gebieden of verschijnselen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat kun je vergelijken in de tijd?

A

Verschijnselen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke hulpmiddelen kun je gebruiken om gebieden of verschijnselen te vergelijken?

A

Grafieken, tabellen, kaarten of tekstbronnen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is essentieel bij het maken van een vergelijking?

A

Betrouwbare gegevens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke soorten geografische vragen kunnen vergelijkingen bevatten?

A
  • Beschrijvende
  • Verklarende
  • Voorspellende
  • Waarderende
  • Probleemoplossende
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat kun je beschrijven bij een beschrijvende vraag?

A

Het verschil in energieverbruik per inwoner tussen twee landen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat moet je doen bij een verklarende vraag?

A

Een verklaring geven voor de verschillen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de vierde stap in het stappenplan voor het vergelijken van gebieden?

A

Een verklaring, mening, oplossing of voorspelling geven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Vul de lege plek in: Bij een beschrijvende vraag eindig je al bij stap ___.

A

3

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de eerste stap in het stappenplan voor het vergelijken van gebieden?

A

Baken het onderwerp af

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat moet je beschrijven in de tweede stap van het stappenplan?

A

De kenmerken of de waarden van de indicatoren van de gebieden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat moet je benoemen in de derde stap van het stappenplan?

A

De overeenkomsten of verschillen tussen de gebieden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is een voorbeeld van een waarderende vraag?

A

Beoordelen welk land de beste keuzes maakt bij de energietransitie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat wordt vaak vergeleken bij aardrijkskunde?

A

Verschijnselen met elkaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat was het percentage energieverbruik uit hernieuwbare bronnen in Noorwegen in 2021?

A

50-100%

Noorwegen produceerde in 2021 een hoog percentage energie uit hernieuwbare bronnen.

17
Q

Wat was het percentage energieverbruik uit hernieuwbare bronnen in Irak in 2021?

A

Minder dan 2-5%

Irak had in 2021 een laag percentage energie uit hernieuwbare bronnen.

18
Q

Wat is een belangrijk aspect bij het vergelijken van energieverbruik tussen landen?

A

Vergelijken op vergelijkbare schaalniveaus

Dit kan bijvoorbeeld op wijk- of lokaal niveau, of op continentaal niveau.

19
Q

Wat zijn de stappen om het percentage energieverbruik uit hernieuwbare bronnen te vergelijken?

A
  1. Gegevens verzamelen. 2. Gegevens vergelijken. 3. Conclusie trekken. 4. Oorzaken onderzoeken.

Deze stappen helpen bij het systematisch vergelijken van gegevens.

20
Q

Wat is de reden voor het lage percentage hernieuwbare energie in Irak?

A

Irak heeft een grote aardoliereserve

Hierdoor is er minder reden voor investeringen in hernieuwbare energiebronnen.

21
Q

Wat is het doel van vergelijken in de tijd?

A

Vergelijken van één aspect in één of meerdere gebieden over een bepaalde periode

Dit kan zowel in het verleden als in de toekomst zijn.

22
Q

Wat is een voorbeeldvraag voor vergelijken in de tijd met betrekking tot zonnestroom?

A

Hoe heeft het verbruik van zonnestroom in Nederland zich in de periode 2010 tot 2022 ontwikkeld?

Dit vraagt om gegevens over het verbruik van zonnestroom over de tijd.

23
Q

Wat was de trend van het verbruik van zonnestroom in Nederland van 2010 tot 2017?

A

Het verbruik nam licht toe

Dit geeft aan dat er een groei was in het gebruik van zonnestroom in die periode.

24
Q

Wat is belangrijk bij het vergelijken van energieverbruik op continentaal niveau?

A

Zorg ervoor dat de gebieden vergelijkbaar zijn

Dit geldt ook voor de context van de economische en technologische ontwikkeling.

25
Vul in: Het percentage energieverbruik uit hernieuwbare bronnen in 2021 in Noorwegen was _______.
50-100% ## Footnote Dit percentage is significant in vergelijking met andere landen.
26
Vul in: In Irak was het percentage energie uit hernieuwbare bronnen in 2021 _______.
Minder dan 2-5% ## Footnote Dit geeft aan dat Irak sterk afhankelijk is van fossiele brandstoffen.
27
Wat was het percentage zonnestroomverbruik in Nederland in 2010?
0,05% ## Footnote Het percentage zonnestroomverbruik was in 2010 zeer laag.
28
Hoeveel procent zonnestroomverbruik was er in Nederland in 2022?
15,0% ## Footnote Dit percentage toont de versnelde groei van zonnestroomverbruik.
29
Wat zijn de percentages zonnestroomverbruik van 2018 tot en met 2022?
* 2018: 3,0% * 2019: 4,4% * 2020: 7,3% * 2021: 9,4% * 2022: 15,0% ## Footnote Dit laat een duidelijke stijging zien in de afgelopen jaren.
30
In welke periode speelde zonnestroom nauwelijks een rol in Nederland?
2010 tot en met 2017 ## Footnote Gedurende deze jaren was het percentage zonnestroomverbruik extreem laag.
31
Wat is een belangrijke factor die de toename van zonnestroomverbruik beïnvloedt?
Toenemende zorgen over klimaatverandering ## Footnote Deze zorgen leiden tot een grotere vraag naar duurzame energie.
32
Wat voor soort kaart is nodig om energieverbruik uit hernieuwbare bronnen op provinciaal niveau te vergelijken?
Een kaart op een ander schaalniveau ## Footnote Een grootschalige thematische kaart is geschikter voor gedetailleerde vergelijkingen.
33
Wat is het percentage zonnestroomverbruik in 2014?
0,6% ## Footnote Dit geeft de langzame groei van zonnestroom aan in de beginjaren.
34
Wat is de trend in het verbruik van zonnestroom sinds 2018?
Het verbruik neemt steeds sneller toe ## Footnote Dit is een reactie op stijgende elektriciteitsprijzen en klimaatverandering.
35
Wat was het percentage zonnestroomverbruik in 2016?
1,3% ## Footnote Dit percentage laat een lichte stijging zien ten opzichte van de voorgaande jaren.
36
Wat is een belangrijke bron van informatie bij het kiezen van de juiste kaart voor geografische analyses?
De titel en de legenda ## Footnote Deze informatie helpt bij het begrijpen van de inhoud en schaal van de kaart.
37
Hoeveel procent zonnestroomverbruik was er in Nederland in 2011?
0,2% ## Footnote Dit percentage toont de aanhoudende lage adoptie van zonnestroom in die periode.
38
Wat is de voorspelling voor het verbruik van zonnestroom in de komende tien jaar?
Het verbruik zal verder toenemen ## Footnote Deze voorspelling is gebaseerd op de huidige trends en zorgen over het milieu.
39
Wat was het percentage zonnestroomverbruik in 2015?
0,9% ## Footnote Dit geeft aan dat er een bescheiden groei was in het gebruik van zonnestroom.