§5 & 6 Flashcards
(7 cards)
1
Q
Wat zijn optimale omstandigheden?
A
Hier hebben de biotische factoren en abiotische de meest gunstige waarde
2
Q
Welke vier abiotische factoren vormen samen het klimaat?
A
Temperatuur
Licht
Lucht
Water
3
Q
Wat is een optimumkromme?
A
Een grafiek waarbij je de minimale, maximale en optimale waarde kan zien waarbij een soort kan leven
4
Q
Wat is een pionierecosysteem?
A
Een ecosysteem dat omstaat in een onbegroeid gebied
5
Q
Wat is humus?
A
Een laagje dode mossen en Reducenten
6
Q
Wat is successie?
A
Een opeenvolging van soorten die zich ontwikkelen in een gebied
7
Q
Wat is een climaxecosysteem?
A
De laatste fase van een pionierecosysteem. Hier zijn de abiotische factoren redelijk constant en worden soorten niet meer verdrongen