§7 Aanpassingen Bij Dieren Flashcards

(4 cards)

1
Q

Wanneer is een dier gestroomlijnd?

A

Als de kop langzaam over gaat in het lichaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke 3 soorten gangers zijn er?

A

Zoolgangers, teengangers en topgangers/hoefgangers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke vijf soorten vogels zijn er?

A
Roof
Zang
Steltenlopers
Water
Loop
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke vijf soorten snavels zijn er?

A
Kegel voor zaden
Pincet voor insecten
Haak voor in stukken scheuren
Priem voor bodem diertes
Zeef zodat er geen water meekomt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly