Hoofdstuk 3 Flashcards

1
Q

feodalisme

A

leenstelsel, manier van regeren waarbij leenheren gebieden ter lening geven aan leenmannen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

graaf

A

adellijke titel die een leenman kreeg na het afleggen van de eed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

leen(gebied)

A

gebied dat de leenheer aan de leenman uitleent

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

leenheer

A

edelman die een gebied uitleent aan een leenman

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

leenman

A

edelman die namens een leenheer een gebied bestuurt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

leenstelsel

A

manier van regeren waarbij een leenheer gebied als ‘leen’ geeft aan leenmannen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

maliënkolder

A

hemd van ijzeren ringen dat een ruiter beschermt teg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

paus

A

hoogste geestelijk leider in het (Roomse) christendom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

zendgraaf

A

controleur in dienst van Karel de Grote, die van leengebied naar leengebied reisde om te controleren of de leenmannen zich aan de regels en afspraken hielden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly