boekhouden Flashcards

1
Q

wat is marketing

A

is een economische wetenschap gebaseerd op de engelse termen market en getting en heeft betrekking op alle activiteiten die een bedrijf uitvoert om de verkoop van producten of dienste bevorderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is economie

A

Economie is de wetenschap die onderzoekt hoe mensen hun wensen en behoeften trachten te bevredigen met behulp van schaarde middelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is faire trade

A

of eerlijke handel betekent dat iedereen die heeft geholpen met het consumeren van dit product een eerlijke prijs heeft gekregen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is het verschil tussen een groot- klein handel?

A

groothandel verkopen hun producten in grote hoeveelheden aan bedrijven en kleinhandel verkoopt hun goederen in kleine hoeveelheden aan consumenten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

primaire sector
soort?
taak?

A
agrarische bedrijven (=landbouw, tuinbouw, veelteelt)-> zorgen voor grondstof
visserij bedrijven->  zorgen voor de grondstof
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Secundaire sector
soort?
taak?

A

Industriële verwerkende bedrijven(=fabrieken)-> verwerken

extractieve of ontspannings bedrijven(=mijnen,steenkoolmijnen) ->ontginnen/verwerken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Tertiaire sector
soort?
taak?

A
handelsbedrijven(=groot handelaars, klein handelaars)-> kopen en verkopen van HG
dienstverlengde bedrijven(= transport firma's, bank)-> versterken van commerciële diensten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Quartaire sector
soort?
taak?

A

non profit bedrijven(=de overheid en de instellingen uit de welzijnssector)->zorgen voor zieken en verlengen van niet commerciële diensten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Import

A

Import is het inkopen van goederen uit het buitenland. Het is een synoniem van Invoer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke landen zijn INTRA EU 28 landen

A
België	Litouwen
Bulgarije	Luxemburg
Cyprus	Malta
Denemarken	Nederland
Duitsland	Oostenrijk
Estland	Polen
Finland	Portugal
Frankrijk	Roemenië
Griekenland	Slovenië
Hongarije	Slowakije
Ierland	Spanje
Italië	Tsjechië
Kroatië	Verenigd Koninkrijk
Letland	Zweden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

welke landen gebruiken de euro 19 landen

A
België
Cyprus
Duitsland
Estland
Finland
Frankrijk
Griekenland
Ierland
Italië
Letland
Litouwen
Luxemburg
Malta
Nederland
Oostenrijk
Portugal
Slovenië
Slowakije
Spanje
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is biologisch

A

Bij de productie van biologisch voedsel wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met milieu en dierenwelzijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

welke landen zijn onze belangrijkste handelspartners? leg uit

A

onze buurlanden ( Nederland,Duitland,Frankrijk,Italie)omdat we anders ook geen handel kunnen doen met andere landen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

handelsmissie

A

bezoek van zakenlui of politici die handelsrelaties met het buitenland proberen aan te knopen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

KBO

A

KruispuntBankOndernemingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Handelsgoederen

A

zijn goederen die je verkoopt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Goederen en diensten

A

dienstverlening
levering van goederen door derden
vallen alle uitgaven voor handelsgoederen,

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

bvba

A

besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

geef 5 algemene voorwaarden op die gelden voor wie zelfstandige activiteit zou willen uitvoeren

A
1 je moet 18+ zijn
2 je moet handels bekwaam zijn 
3 je bent EU onderdaan of hebt een bedrijfskaart
4 je hebt de juiste bedrijfskennis
5 je beoefent geen verkeerde beroep uit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

taken boekhoudafdeling

A

ben je verantwoordelijk voor de boekhouding van één of meerdere bedrijven. Je zorgt voor de maandelijkse en jaarlijkse BTW-aangiftes. Daarnaast stel je op het einde van elk boekjaar mee de jaarrekening en balans op.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

taken de commerciële afdeling

A

ben je werkzaam op de binnendienst van de verkoopsafdeling. Daar ben je verantwoordelijk voor de ondersteuning van de vertegenwoordigers/verkopers. Daarnaast ben je ook het aanspreekpunt voor klanten en leveranciers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

MOB bedoeling

A

zodat de magazijnier weet wat hij moet klaarleggen voor expeditie

23
Q

VOB bedoeling

A

dat betekent dat de levering bevestigd is

24
Q

VBB bedoeling

A

Hij geldt namelijk als verkoopsovereenkomst

25
Q

VF bedoeling

A

zodat de klant hoeveel hij/zij moet betalen

26
Q

wat is een pakbon

A

Het is een omschrijving van de inhoud van een pakket. Het zegt in feite wat er in het pakket zit.

27
Q

in hoeveel exemplaren bestaat een pakbon

A

Een pakbon heeft twee doelen. De leverancier gebruikt hem om te weten wat er moet worden verstuurd en de ontvanger gebruikt hem om te controleren of de juiste hoeveelheid goederen is geleverd.

28
Q

definitie balans

A

Een balans is een momentopname met daarin een overzicht van bezittingen en vorderingen aan de ene kant en eigen vermogen en schulden aan de andere kant

29
Q

actiefzijde

A

De activa worden, gevormd door de bezittingen, zoals geldtegoeden, gebouwen, goederen,

30
Q

passiefzijde

A

de passiva bestaan uit het eigen vermogen en het vreemd vermogen (geleend geld, schulden)

31
Q

som de de drie soorten opbrengsten op van een onderneming plus voorbeeld

A

bedrijfsopbrengsten=de verkopen van goederen en diensten
financiële opbrengsten= ontvangen intrest op de bankrekening
uitzonderlijke opbrengsten= een pc die volgens de boekhouding nog 250 eur waard is en voor 350 eur verkocht word

32
Q

waarom maken ondernemingen gebruik van een rekeningenstelsel

A

ondernemingen zijn wettelijk verplicht gebruik te maken van een rekeningstelsel dat de MAR als uitgangspunt heeft

33
Q

geef de 3 doelstellingen van de boekhouding en leg ze uit

A

1 wettelijk verplicht / je bent verplicht om je boekhouden 7 jaar bij te houden
2 voor de onderneming zelf /dan weten ze hoeveel bv de liq middelen bedragen
3 voor derden /zoals de staat ze willen weten als de onderneming betrouwbaar is

34
Q

handelsbalans is ?

A

het positieve of negatieve verschil tussen de uitvoer en invoer van het land

35
Q

boekhouden is ?

A

omschreven we als het systematisch registreren van alle commerciële financiële en diverse verdichtingen,bezittingen,vorderingen en schulden in een onderneming

36
Q

noem de 4 regels van het houden van boeken op

A

1 zonder uitstel
2 getrouw
3 volledig
en chronologisch

37
Q

zeer kleine ondernemingen mogen een enkelvoudige of een vereenvoudige boekhouding voeren die bestaat uit

A

een aankoopdagboek
een verkoopdagboek
een financieel dagboek
een inventarisboek

38
Q

jaarlijks moeten zeer kleine ondernemingen ook een inventaris opmaken van

A

de bezittingen
de tegoeden of vorderingen
de schulden
het eigen vermogen van het bedrijf

39
Q

de balans is een beknopte, overzichtelijke weergave van

A

de bezittingen of de werkmiddelen

de financieringsmiddelen of het eigen vermogen en schulden van een onderneming op een bepaald moment

40
Q

som de de drie soorten kosten op van een onderneming plus voorbeeld

A

bedrijfskosten= aankopen van handelsgoederen
financiële kosten= bepaalde intrest op een lening
uitzonderlijke kosten= schade door overstroming die niet gedekt is door de verzekering

41
Q

de jaarrekening bestaat uit

A

de balans
de resultatenrekening
de toelichting bij de balans en de resultatenrekening

42
Q

btw schijf vol uit

A

belasting over de toegevoegde waarde

43
Q

de btw is ?

A

een verbruiksbelasting die gedragen wordt door de consument

44
Q

sociale balans leg uit

A

De sociale balans is van toepassing op alle ondernemingen die verplicht zijn een jaarrekening op te stellen en te publiceren krachtens de boekhoudwetgeving.

45
Q

waar staat TW voor in de afkorting BTW waarom noemt men deze belasting zo

A

toegevoegde waarde = Het is dus gelijk aan de omzet min het aankoopbedrag

46
Q

synoniem natuurlijk persoon

A

eenmans zaak

47
Q

wat zijn de verschillen tussen natuurlijk persoon en vennootschap wat betreft de aansprakelijk

A

in een NATUURLIJK PERSOON; is het vermogen voor de beroepsactiviteit niet gescheiden van het persoonlijke vermogen van de onderneming
en in een VENNOOTSCHAP; zijn het vermogen van de ondernemingen en dat van de onderneming gescheiden

48
Q

waar ga je naartoe om een bedrijf op te richten?

A

NATUURLIJK PERSOON ondernemingsloket VENNOOTSCHAP notaris

49
Q

war moet je daar doen bij de ondernemingsloket/notaris ?

A

NATUURLIJK PERSOON je moet je laten inschrijven bij de KBO om een ondernemingsnummer aan te vragen
VENNOOTSCHAP oprichters akte laten opstellen bij 1 de notaris 2 financieel plan 3 bij griffie rechtbank va koop handel moet je de vennootschap inschrijven bij de KBO 4 inschrijven als onderneming bij/in RPR (rechtpersoonsregister)

50
Q

H&M // KBC

A

H&M is een kleding bedrijf hoofddoel kleding verkopen

KBC is een bank rekeningsuitreksel 1 van de grootste in Belgie

51
Q

wat is de verschil tussen het productieproces en de bedrijfskolom van een product?

A

productproces is specifieker aan een bedrijfskolom toont dus aan hoe een product gemaakt wordt

52
Q

wat is het verschil tussen industrieel en ambachtelijk produceren

A
industrieel = in een fabriek gemaakt worden 
ambachtelijk = met de hand gemaakt worden
53
Q

duurzaam ondernemen de 3 p,s

A

people planet profit

54
Q

5 producten die belgie uitvoert

A
witlof
auto's
tapijten
metaal 
bier