7-14/10/15 Kim Flashcards
(32 cards)
1
Q
Apologies (sorry…)
A
Mijn excuses
2
Q
Jaap is as tall as John
A
Jaap is net zo (even zo) lang als John
3
Q
Except
A
Behalve
4
Q
Zoo
A
De dierentuin
5
Q
Scary
A
Eng
6
Q
I’m scared of…
A
Ik ben bang vor…
7
Q
To clean
A
Opruimen
8
Q
I’m busy
A
Ik heb het druk
9
Q
Chess
A
Schaken
10
Q
Bday pig
A
Feestvarken
11
Q
Lazy
To be lazy
A
Lui
Luiren
12
Q
Happy bday
Congratulate on…
A
Van Harte gefeliciteerd
Feliciteren met…
13
Q
Birthday, anniversary
A
Verjaardag
14
Q
Neighbour
A
Buurman / buurvrouw
15
Q
Present
A
Het cadeau
16
Q
Company
A
Bedrijf
17
Q
Am I mistaken?
A
Vergis ik me
18
Q
To be bored
A
Zich vervelen
19
Q
Nice to meet you
A
Prettig met je kennis te maken
20
Q
Abroad
A
Het buitenland
21
Q
That’s right
A
Dat klopt
22
Q
Recently
A
Sinds kort
23
Q
Job on the side / part time
A
Bijbantje
24
Q
To be interested
A
Zich interesseren
25
To understand
Begrijpen
26
Not really
Niet echt
27
What a coincidence!
Wat toevallig
28
To get ready for...
Zich voorbereiden
29
Walking tour
Wandelreis
30
Write down
Opschrijven
31
To remember
Onthouden
32
I haven't done it
Ik heb dat niet gedaan
