Artikel De Smedt & Gilmore (2011) Flashcards

1
Q

Wat is de onderzoeksvraag?

A

Hebben leerlingen met rekenproblemen meer last van de deficit number module of van de access deficit?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke groepen werden onderzocht?

A
  • Kids met rekenstoornissen.
  • Kids met rekenproblemen.
  • Normale kids.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke 2 theorieën worden beschreven en wat houden ze in?

A
  1. Deficit number module hypothesis: er is een specifieke beperking in het herkennen en begrijpen van hoeveelheden, wat leidt tot reken problemen.
  2. Access deficit hypothesis: rekenproblemen ontstaan door beperkingen in de toegankelijkheid van aantallen vanuit symbolen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waarom worden er symbolische en niet-symbolische taken gebruikt?

A

Symbolen zoals cijfers geven aanduiding voor de access deficit hypothesis en niet-symbolen zoals stippen geven aanduiding voor de deficit number module hypothesis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke resultaten worden gevonden?

A

Op de symbolische taken laten de kinderen met rekenstoornissen een verschil zien met de rest. Op de niet-symbolische taken wordt geen verschil gevonden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de conclusie?

A

Er wordt evidentie gevonden voor problemen met symbolen, en dus de access deficit. Er wordt geen evidentie gevonden voor de deficit number module hypothesis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly