Aardrijkskunde Flashcards

1
Q

Bevolkingsdichtheid

A

Het gemiddelde aantal inwoners per vierkante kilometer in een gebied of land

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Binnenlandse migratie

A

Verhuizen binnen een land

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Buitenlandse migratie

A

Naar hèt buitenland verhuizen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Emigratie

A

Iemand die zijn land verlaat en Zichemn land vestigt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Immigratie

A

Iemand die een land binnen komt en zich daar vestigt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Migratie

A

Verandering van woonplaats

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Puch en pull

A

Redenen waarom mensen ergens weg willen en waarom en waarom ze ergens naartoe verhuizen. Er zijn gebieden die afstoten en die aantrekken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Vertreksgebied

A

Gebied waar mensen weg trekken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Vestegingsgebied

A

Gebied waar mensen naar toe gaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Gemiddelde levensverwachtingen

A

Het gemiddelde jaren dat iemand leeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Bevolkingsspreiding

A

Hoe de mensen over een gebied zijn verspreid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waar wonen weinig mensen

A

Waar het heel warm is of waar het heel koud is en in de bergen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar wonen veel mensen

A

Aan de kust, aan een rivier en als de grond vlak en vruchtbaar is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Bevolkingsdichtheid

A

Het aantal gemiddeldemensen per vierkante kilometer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Natuurlijkebevolkingsgroei

A

De groei van bevolking door geboorde en sterfte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Waarom zijn de gezinnen in arme landen zo groot

A

Geen voorbehoedsmiddelen
Aanzien
Gezinsinkomen
Reactie op kindersterfte

17
Q

Waarom zijn gezinnen in rijke landen groter

A

Betere voorlichting
Meer voorbehoedsmiddelen
Kinderen kosten geld
Voorzieningen voor ouders

18
Q

Gemiddeldelevensverwachtingen

A

Hoe rijker een land hoe hoger de levens verwachtingen

19
Q

Waarom leven ze in Japan langer zeggen ze

A

Ze eten veel vis