Aardrijkskunde Thema 3. 1 Flashcards

(23 cards)

1
Q

Wat is een ijskap?

A

Een grote aaneengesloten ijsmassa op land die het reliëf volledig bedekt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar liggen de twee grootste ijskappen op Aarde?

A

Op Groenland en op Antarctica.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een gletsjer?

A

Een kleinere, bewegende ijsmassa die op bijna elk continent voorkomt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe ontstaat gletsjerijs?

A

Sneeuw wordt samengedrukt tot firn, en daarna tot ijs.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar moet aan voldaan worden voor het ontstaan van een gletsjer?

A

Gemiddeld over lange tijd moet er meer sneeuw vallen dan er smelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een firnbekken?

A

Het oorsprongsgebied van de gletsjer waar sneeuw zich ophoopt en verandert in ijs.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een gletsjertong?

A

Het langgerekte, naar beneden bewegende deel van de gletsjer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is het gletsjerfront?

A

Het einde van de gletsjer, waar ijs smelt of afbreekt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een morene?

A

Puin dat door een gletsjer wordt meegevoerd en afgezet als het ijs smelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn gletsjerkrassen?

A

Krassen in gesteente veroorzaakt door puin dat in het gletsjerijs zit en langs de bodem schuurt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is een U-dal?

A

Een U-vormige vallei ontstaan door uitschuring van een gletsjer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is een fjord?

A

Een lange, smalle vallei met steile wanden, gevuld met zeewater.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe diep en lang kan een fjord zijn?

A

Enkele honderden meters diep en tientallen kilometers landinwaarts.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waarom is een fjord in het midden het diepst?

A

Door de uitschurende werking van de gletsjer; aan het einde ligt een eindmorene die het ondieper maakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is vorstverwering?

A

Een vorm van fysische verwering waarbij water in gesteente bevriest, uitzet en het gesteente doet barsten.

17
Q

Welke omstandigheden versterken vorstverwering?

A

Een koud klimaat met voldoende neerslag en frequente afwisseling tussen vorst en dooi.

18
Q

Wat is het resultaat van vorstverwering op gletsjers?

A

Hellingspuin dat op de gletsjer valt en morenes vormt.

19
Q

Waarom zijn gletsjers belangrijk voor de mens?

A

Ze zijn een belangrijke bron van zoetwater.

20
Q

Wat gebeurt er met de zeespiegel door het smelten van gletsjers?

A

Die stijgt aanzienlijk.

21
Q

Wat zijn korte termijn risico’s van smeltende gletsjers?

A

Gletsjermeren, overstromingen, sneeuwlawines en modderstromen.

22
Q

Wat is het lange termijn effect van gletsjersmelt?

A

Problemen met drinkwatervoorziening doordat natuurlijke waterbronnen opdrogen.

23
Q

Wat is een UNESCO Global Geopark met gletsjers?

A

Katla Geopark in IJsland, met vulkanen en gletsjers zoals Mýrdalsjökull.