AK 5.3, 5.4 Flashcards

5.4 (18 cards)

1
Q

Wat is het verschil tussen een autochtoon en een allochtoon?

A

Een autochtoon is iemand die in Nederland is geboren en van wie beide ouders ook in Nederland zijn geboren. Een allochtoon is iemand met een migratieachtergrond.

Autochtonen hebben geen migratieachtergrond, terwijl allochtonen dat wel hebben.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is een eerste generatie allochtoon?

A

Iemand die in het buitenland is geboren en van wie minstens één ouder ook in het buitenland is geboren.

Eerste generatie allochtonen zijn vaak direct vanuit hun land van oorsprong naar Nederland gemigreerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een tweede generatie allochtoon?

A

Iemand die zelf in Nederland is geboren, maar van wie minstens één ouder in het buitenland is geboren.

Tweede generatie allochtonen zijn vaak opgegroeid in een andere cultuur dan die van hun ouders.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe verandert migratie de bevolkingssamenstelling van het bestemmingsgebied?

A

Door migratie gaan meer mensen wonen in stedelijke, vaak goedkopere regio’s; arbeidsmigranten wonen vaak dicht bij werkplekken.

Dit kan leiden tot een verhoogde diversiteit in de bevolkingssamenstelling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar wonen hoogopgeleide migranten vaker?

A

In betere, vaak ruimere woonwijken.

Hoogopgeleide migranten hebben vaak meer financiële middelen en kunnen zich betere woonomgevingen veroorloven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de economische gevolgen van migratie?

A

Arbeidsmigranten doen vaak laagbetaald werk; kenniswerkers worden beter betaald. Migratie kan zorgen voor meer werkloosheid onder laagopgeleiden en druk op sociale voorzieningen.

De impact van migratie op de economie verschilt per type migrant.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is integratie?

A

Migranten nemen culturele elementen van het bestemmingsland over.

Integratie kan leiden tot een betere sociale cohesie tussen verschillende groepen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is segregatie?

A

Ruimtelijke scheiding van groepen mensen, waarbij migranten vaak in aparte wijken wonen.

Segregatie kan leiden tot sociale isolatie en beperkte interactie tussen verschillende bevolkingsgroepen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe reageren landen op migratie?

A

Sommige landen zijn tolerant, andere beperken migratie streng. Rijke landen willen vaak hoogopgeleide migranten.

Dit beleid kan sterk variëren afhankelijk van de economische situatie en politieke voorkeuren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarom worden hoger opgeleide migranten vaker verwelkomd?

A

Ze dragen bij aan de economie (‘battle for brains’), zelfs zonder verblijfsvergunning.

Dit komt doordat hoogopgeleide migranten vaak waardevolle vaardigheden en kennis meebrengen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoeveel mensen in Nederland zijn niet in Nederland geboren en hoeveel zijn kinderen van migranten?

A

2 miljoen mensen zijn niet in Nederland geboren en 1,8 miljoen mensen zijn kinderen van migranten.

Dit geeft een overzicht van de migratieachtergrond van de Nederlandse bevolking.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke migratiegroepen kwamen de afgelopen zestig jaar naar Nederland?

A
  1. Koloniale migranten (bijv. Indische Nederlanders, Molukkers, Surinamers, Antillianen)
  2. Arbeidsmigranten (gastarbeiders uit Zuid-Europa, later Turkije en Marokko)
  3. Vluchtelingen
  4. Arbeidsmigranten uit Oost-Europa (vanaf 2004, vooral Polen)
  5. Kennismigranten (hoogopgeleiden)

Deze groepen hebben verschillende redenen voor migratie en hebben invloed gehad op de Nederlandse samenleving.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de gevolgen van migratie voor Nederland?

A
  1. Ontstaan van een multiculturele samenleving
  2. Arbeidsmigranten wonen vaak geconcentreerd in bepaalde wijken
  3. Arbeidsmigranten doen vaak werk dat anders niet gedaan zou worden
  4. Overheidsbeleid is veranderd: eerst soepeler, later strenger
  5. Discussie over hoeveel migranten Nederland aankan

De gevolgen zijn zowel sociaal als economisch en beïnvloeden het beleid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is kettingmigratie?

A

Wanneer migranten hun gezin of familie laten overkomen naar Nederland. Dit heeft geleid tot stijging van migratie in de 21e eeuw.

Kettingmigratie kan de bevolkingssamenstelling van gebieden beïnvloeden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke problemen kunnen ontstaan in wijken waar veel niet-westerse migranten wonen?

A

Botsende culturen en spanningen, vooral in armere wijken met weinig voorzieningen.

Deze problemen kunnen leiden tot sociale onrust en integratie-uitdagingen.

17
Q

Wat is het verschil tussen westerse en niet-westerse migratieachtergrond?

A

Westerse migranten komen uit landen als EU-landen, VS, Australië. Niet-westerse migranten komen uit landen in Afrika, Azië (behalve Indonesië en Japan), en Latijns-Amerika.

Dit onderscheid kan invloed hebben op de integratie en sociale acceptatie.

18
Q

Wat toont de grafiek over vluchtelingen in 2016?

A

De meeste vluchtelingen kwamen uit Syrië, Irak, Iran, Afghanistan en Somalië.

Deze gegevens zijn cruciaal voor het begrijpen van de vluchtelingenstromen naar Nederland.