Alle KA's Flashcards

(49 cards)

1
Q

Prehistorie

A

De levenswijze van jagers en verzamelaars

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Agrarische revolutie

A

Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Vruchtbare grond door irrigatielandbouw

A

Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wetenschappelijk denken; verklaren d.m.v. onderzoek / controleerbare feiten i.p.v. godenverhalen - klassieke wereld

A

Het ontwikkelen van wetenschappelijk denken en het denken over burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Klassieke bouwkunst

A

De klassieke vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

uitbreiding Romeinse Rijk

A

De uitbreiding van het Romeinse imperium, waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich verspreidde als gevolg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Romeinse rijk is uiteengevallen in West- en Oost Romeinse rijk

A

De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur van Noordwest-Europa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Christendom ontstaat uit jodendom

A

De ontwikkeling van het christendom en jodendom als eerste monotheïstische godsdiensten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Christendom is staatsgodsdienst Frankische rijk

A

De verspreiding van het christendom in geheel Europa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Islam: monotheïstische godsdienst

A

Het ontstaan en de verspreiding van de islam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Landbouwsamenleving middeleeuwen

A

De vrijwel volledige vervanging van de agrarisch-urbane samenleving door een agrarische-autarkische samenleving in West-Europa georganiseerd via hofstelsel en horigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

feodale stelsel = leenstelsel = politiek systeem

A

Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Terugkeer steden + geldeconomie

A

De opkomst van handel en ambacht die de basis legde voor het herleven van een agrarisch-urbane samenleving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

macht steden neemt toe ten koste van macht landheer

A

De opkomst van stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Vroege ME: tweezwaardenleer

A

Het conflict in de christelijke wereld over of de wereldlijke dan wel geestelijke macht primaat behoorde te hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Reconquista

A

De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe, onder andere in de vorm van kruistochten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

centralisatie: het streven naar bestuur vanuit een plek met overal dezelfde wetten en belastingen

A

Het begin van staatsvorming en centralisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Periode kolonialisme

A

Het begin van de europese expansie over zee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Renaissance in Italië

A

Het veranderende mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Humanisme

A

De hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke oudheid

21
Q

Kritiek op misbruiken door de katholieke kerk

A

De protestantse reformatie die de splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had

22
Q

Filips II streeft naar centralisatie van het bestuur

A

Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van de Nederlandse staat

23
Q

Absolutisme

A

Het streven van vorsten naar absolute macht

24
Q

Republiek: land zonder vorst

A

De bijzondere positie van de Republiek in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de Nederlandse Republiek

25
Europese handelsnaties: Fr, GB, Es, NL
Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme, en het begin van een wereldeconomie
26
Rationalisme & empirisme
De Wetenschappelijke Revolutie
27
Verlichting =denkstroming 18e eeuw
Het rationeel optimisme en verlicht denken in godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen
28
Alles voor het volk, niets door het volk
Het voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijke bestuur op eigentijdse wijze vorm te geven (verlicht absolutisme)
29
Uitbreiding driehoekshandel
De uitbouw van de Europese overheersing, plantagekoloniën en trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme
30
Democratische revoluties in Amerika, Frankrijk en Nederland
De democratische revoluties in westerse landen, discussies over grondrechten, grondwetten en staatsburgerschap
31
Ontstaan industriële samenleving
De Industriële Revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor de industriële samenleving
32
Slechte woon- en werkomstandigheden arbeiders
Discussies over de 'Sociale Kwestie'
33
Periode modern imperialisme
De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industriële samenleving
34
Het streven naar sociale politieke en/of wettelijke gelijkheid
De opkomst van emancipatiebewegingen: feminisme, socialisme, abolitionisme en confessionalisme
35
1848: liberale grondwet
Voortschrijdende democratisering met deelname van steeds meer mannen en vrouwen aan het democratische proces
36
Conservatisme
De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme, confessionalisme, conservatisme, socialisme en feminisme
37
Tweede industriële revolutie
De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisatie
38
Anti-democratie, anti-kapitalisme
Het in de praktijk brengen van de totalitaire ideologie: het communisme en het fascisme
39
Kapitalisme
De crisis van het wereldkapitalisme
40
Moderne wapens
Het voeren van de twee wereldoorlogen: de eerste wereldoorlog en de tweede wereldoorlog
41
rassenleer
Racisme en discriminatie die leiden tot genocide, in het bijzonder op joden
42
Nazidictatuur
De duitse bezetting van Nederland
43
WOII in Azië beëindigd door atoombommen
Verwoesting op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens en de betrokkenheid van de burgerbevolking bij de oorlogvoering
44
Antikolonialisme
Vormen van verzet tegen het West-Europese imperialisme
45
Koude oorlog
De verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van een wapenwedloop met de daaruit voortvloeiende dreiging op een atoomoorlog
46
Dekolonisatie
De dekolonisatie die een einde maakte aan de westerse hegemonie in de wereld
47
supranationale organisatie
De eenwording van Europa
48
Consumptiemaatschappij
De toenemende westerse welvaart die in de jaren '60 van de twintigste eeuw aanleiding gaf tot sociaal-culturele vernaderingsprocessen
49
Globalisering
De ontwikkeling van multiculturele en pluriforme samenlevingen