anatomie van Darth Vader Flashcards
Benoem de richting van normaal/ CPP/ MLPP/ capsulair patroon van de volgende gewrichten
Art humeri
Art humeri
- Normaal= lateraal ventraal iets craniaal
- CPP= max abductie+ exorotatie+ horizontale extensie
- MLPP= 60 abductie/ 60 anteflexie
- Patroon= exorotaite> abductie> endorotatie
Benoem de richting van normaal/ CPP/ MLPP/ capsulair patroon van de volgende gewrichten
Art. radioulnaris proximale
Art. radioulnaris proximale
- Normaal= X
- CPP= max. supinatie
- MLPP= 10 supinatie/ 70 flexi cubiti
- Patroon= max supinatie is lokaal eindstandig pijnlijk
Benoem de richting van normaal/ CPP/ MLPP/ capsulair patroon van de volgende gewrichten
Art. humeroulnaris
humeroulnaris
- Normaal= ventraal iets proximaal
- CPP= max extensie
- MLPP= 70 flexie+ 10 supinatie
- Patroon= X
Benoemde richting van normaal/ CPP/ MLPP/ capsulair patroon van de volgende gewrichten
CMC 1/
CMC 1
- Normaal= proximaal gezien vanuit MC1
- CPP= max oppositie
- MLPP= 5 flexie/ 5 abductie
- Patroon= repositie (extensie+adductie+supinatie)
Benoem richting van normaal/ CPP/ MLPP/ capsulair patroon van de volgende gewrichten
Art. coxae
Art. coxae
- Normaal= lateraal, caudaal en ventraal
- CPP= max (hyper) extensie
- MLPP= 30 abductie/ 30 anteflexie/ enige exorotatie
- Patroon= endorotatie> anteflexie> abductie> retroflexie
Benoem richting van normaal/ CPP/ MLPP/ capsulair patroon van de volgende gewrichten
Art. subtalaris
Art subtalaris OSG
- Normaal= plantair, proximaal
- CPP= max invernsie
- MLPP= middenstand inversie en eversie
- Patroon= inversie
Welke gewrichtspartner is concaaf en welke is convex van Talocruralis Genus Coxea Schouder AC SC Humero-ulnaris Humero-radialis Radio-ulnaris proximalis Radio-ulnaris distalis Pols
- Talocruralis
o concaaf tibia en fibula /convex talus - Genus
o Concaaf tibia /convex femur condyllen - Coxea
o concaaf acetabulum /convex caput femoris - Schouder
o Concaaf cavitas glenoidale /convex caput humeri - AC
o Concaaf scapula /convex clavicula (extremitas acromialis - SC
o Concaafincisura claviculare sternum /convex clavicula (extremitas sternale - Humero-ulnaris
o concaaf ulna/convex humerus - Humero-radialis
o Concaaf radius /convex humerus - Radio-ulnaris proximalis
o concaaf ulna/convex radius - Radio-ulnaris distalis
o concaaf radius/convex ulna - Pols
o concaaf radius/convex handwortelbotjes
Benoem de kenn musculatuur
C1 rectus capitis anterior en latralis C2 obliquus capitis superior C3 trapezius pars descendens/ levator scapulae C4 diafragma C5 deltoideus C6 biceps brachii/ extensor carpi radialis C7 triceps brachii/ flexor carpi radialis C8 adductor pollis TH1 interossei palmares/ adductor digiti minimi TH2-12 intercostales externus/internus L1 iliopsoas L2 adductoren L3 quadriceps femoris L4 tibialis anterior L5 extensor hallucis longus S1 triceps surae S2 gluteus maximus
Benoem de ligamenten van de wervelkolom
Lig. Longitudinale anterior
- anterior van corpus
- over gehele WK
- remt extensie WK
lig. Nuchae
- bovenste stuk supraspinale
- over bovenste stukje cervicaal
- remt flexie
lig longitudinale posterior
- posterior van corpus
- over gehele WK
- remt flexie
lig. Flavum
- tussen arci
- over gehele WK
- remt flexie
lig interspinale
- tussen proc. Spinosi
- over gehele WK
- remt flexie
lig supraspinale
- aan punten proc spinosi
- over gehele WK
- remt flexie
lig. Intertransversarium
- tussen proc. Transversi
- over gehele WK behalve lumbaal
- remt flexie
benoem de stabiliserende ligamenten van het bekken
- lig. Sacrotuberale
- lig. sacrospinale
- lig. Sacroiliacum ant
- lig. Iliolumbale
- lig. Arcuatum pubis
- lig. Pubicum superius
Beschrijf de kenmerken van de borstkast/ribben
Functie thorax is bescherming voor organenen en ademhaling
Het bestaat uit
12 ribben in 3 soorten
- 7 costae varae 1t/m7 zitten vast aan het sternum
- 3 costae spuriae 8t/m10 zitten vast aan het manubrium
- 2 costae fluctantes 11 en 12 zitten vast aan het corpus\
Cartilago costalis is de acrus costalis boog van het kraakbeen
Sternocostalis van rib 1,6,7 zijn synchondrotisch (bot op bot) 2/5 zijn synoviaal
Benoem de bouw van de discus en de werking
De discus intervertebrale bestaat uit de nucleus pulposus en de anulus fibrosus. Als er druk van boven komt zet de nucleus pulposus uit en geeft druk tegen de anulus fibrosus dat zorgt voor rek.
beschrijf de functionele anatomie van de hoog cervicale regio
Atlas = C1
- Ontbreken wervellichaam
- Bovenste gewrichtsvlakken concaaf onderste convex
- Relatief grote processus transversii met een foramen
Axis = C2 (met de dens naar boven)
- De dens de trand van de draaier
- Grote processus spinosus
- Zwak processus transversus
- Bovenste gewrichtsvlakken convex
art. atlanto-axialis zijn biconvex, waardoor ligamenten erg belangrijk zijn.
Beschrijf de bewegingen van de hoog cervicale regio
Flexie-extensie: 45 graden: C0-c1 29 graden c1-c2 16 graden Rotatie: 83 graden: c0-c1 bijna geen rotatie. 2 graden c1-c2 meeste rotatie 81 graden lateroflexie c0-c2: 8 graden
beschrijf hoe bekkenstabiliteit tot stand komt en wat dit inhoudt en hoe een andere stand van het bekken kan komen
De bekken zijn door de vorm van de gewrichtsvlakken (vormsluiting) de actieve kracht (spieren) en passieve kracht (ligamenten/kapsel) een stabiel gewricht de combinatie van kracht- en vormsluiting wordt samen het sluitingsmechanisme genoemd. De fascia thoracolumbalis is een belangrijke peesplaat die actieve stabiliteit van de spieren (gluteus, latissimus dorsi, MTA en MM) verdeeld over de LWK en SIG.
Een andere stand van het bekken kan komen door te veel kracht van 1 kant. Dit heet verwringing dit kan komen door; unilaterale musculaire verkorting, arthrogeen, anomalie (vergroeiing in het gewricht)
