Audiologie Samenvatting Flashcards

(85 cards)

1
Q

Synoniem middenoor

A

Trommelholte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Auricula

A

Oorschelp, uitwendige, zichtbare deel van het oor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Uitwendig oor

A

Auricula tot EN MET trommelvlies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Middenoor

A

Ruimte achter de trommelvlies tot het slakkenhuis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke gehoorbeentjes bevat het middenoor?

A

De hamer, het aambeeld en de stijgbeugel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Functie middenoor:

A

De functie van het middenoor is om de geluidstrilling van het trommelvlies over te brengen naar het slakkenhuis (het binnenoor), waardoor wij kunnen horen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Helix

A

Buitenste rand van de oorschelp.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Fossa triangularis

A

Gleuf waar de rookpiercing geplaatst wordt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Cavum conchae

A

Onderste deel van de oorschelp, voor de gehooringang.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Concha

A

Onderste deel oorschelp, waar de conchpiercing zit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Tragus

A

Stukje kraakbeen voor de gehooringang.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Meatus acusticus externus

A

Uitwendige gehoorgang.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Incisura intertragica

A

Gebied wat de tragus scheid van de antitragus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Lobulus

A

Oorlel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat maakt de lobulus anders dan de rest an het oor?

A

De lobulus bestaat alleen uit huid en vet, de rest van het oor bestaat uit kraakbeen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Antitragus

A

Boven de oorlel, tegenover de tragus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Anthelix

A

Gebogen stuk kraakbeen naast de helix. (Heel pijnlijk piercen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Scapha

A

Gleuf tussen helix en anthelix.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Pars squamosa

A

Bovenste deel van de botstuctuur aan de zijkant van het hoofd, boven de gehoorgang.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Os temporale

A

De slaap.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Additus ad antrum

A

Toegang tot het antrum (in het middenoor)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Antrum

A

Luchthoudende holtes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Binnenoor

A

Het binnenoor bestaat uit het slakkenhuis, de gehoorzenuw en het evenwichtsorgaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Pars petrosa

A

Rotsbeen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Benig labyrinth
Bij slakkenhuis. Het benige labyrint omvat ruimten die uitgespaard zijn in het rotsbeen. Het is gevuld met ‘perilymfe’ (buitenvloeistof). Hierin bevindt zich het vliezige labyrint dat gevuld is met ‘endolymfe’ (binnenvloeistof).
26
Nervus facialis
Na slakkenhuis, bovenste draden. De aangezichtszenuw verzorgt onder andere de motoriek (bewegingmogelijkheden) van het gelaat. Daarnaast bestuurt deze zenuw ook gedeeltelijk de traanuitscheiding, de smaak en het beschermmechanisme tegen hard geluid in het oor.
27
Gehoorzenuw, N VIII
Onderste draden na slakkenhuis. De gehoorzenuw verbindt de trilhaarcellen in het slakkenhuis met de hersenen waardoor het mogelijk wordt geluid te ervaren. De nervus cochlearis ontspringt uit de cochlea en loopt naar de hersenstam, waar de vezels contact maken met de nucleus cochlearis, waar de gehoorsprikkels verder wordt verwerkt.
28
M. Tensor tympani
Buis naar beneden in middenoor, gedeelte dat aanhecht op het einde van de hamersteel. Trekt het trommelvlies naar binnen en fixeert hiermee de keten, waardoor trillingen minder efficiënt (minder sterk / vervormd) worden doorgegeven.
29
Tuba eustachii
Buis van Eustachius. Verbindt de nasofarynx (bovenste gedeelte van de keelholte) met het middenoor.
30
Cavum tympani
Trommelholte, achter trommelvlies.
31
Ligamenten
Bindweefselbanden die botten of kraakbeen met elkaar verbinden.
32
Promotorium
Want naar het binnenoor
33
Membrana tympani
Trommelvlies
34
Pars tympanica
Gedeelte van slaap
35
Wat is de resonantiefrequentie van de gehoorgang?
2000 à 3000 Hz.
36
Superior
Superior of superius (Latijn: superior, hoger gelegen) is de plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel dat hoger ligt dan een ander, gelijkaardig lichaamsdeel.
37
Mediaal
Mediaal, Latijn: medius, midden, is de plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel aan de binnenzijde, naar de mediaanlijn toe, als het lichaam zich in anatomische houding bevindt.
38
Anterior
Anterior of anterius is de Latijnse plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel dat voor een ander, gelijkaardig lichaamsdeel ligt.
39
Inferior
Inferior of inferius (Latijn: inferior, onder gelegen) is de plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel dat lager ligt dan een ander, gelijkaardig lichaamsdeel.
40
Lateraal
Plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel aan de buitenzijde, van de mediaanlijn af, als het lichaam zich in de anatomische houding bevindt.
41
Posterior
Plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel dat achter een ander, gelijkaardig lichaamsdeel ligt.
42
Vibrissae
Haren in gehoorgang.
43
Wat doen haren en oorsmeerklieren?
Beschermen je oren tegen viezigheid.
44
Pars flaccida
Membraan van Shrapnell.
45
Manubrium melleolaris
Hamersteel
46
Fysiologie
De werking
47
Wat doet de gehoorgang?
- Resonantie/ versterking - Besxhemringsfunctie (oorsmeer/haren/S-vorm)
48
Tuba auditivia
Buis van Eustachius
49
Wat sluit de buis van Eustachius?
De drukverschillen drukken de buis dicht.
50
Zit het gehoorbeenketen aan elkaar vast?
Ja
51
Malleus
Hamer
52
Incus
Aambeeld
53
Stapes
Stijgbeugel
54
Waar zit de hamer aan vast?
Aan het trommelvlies
55
Waar zit de incus aan vast?
Aan de stijgbeugel
56
Waar zit de stijgbeugel aan vast?
Aan het ovale venster
57
Wat is het kleinste botje van het lichaam?
Stijgbeugel, stapes.
58
Hoe komt geluid binnen?
1. Er ontstaan geluidsgolven in de lucht. 2. Golven komen aan bij het trommelvlies. 3. Hierdoor gaat het trommelvlies bewegen. 4. Hierdoor beweegt de hamer ook - hieraan zit de incus, dus de incus ook. Incus zit vast aan stijgbeugel, hierdoor komt het geluid binnen.
59
Waarom kan de oorschelp vergeleken worden met een trechter?
In de oorschelp wordt het geluid versterkt.
60
Functies middenoor:
- overdrachtsmechanisme: trillingen geluid overbrengen op beweging (middenoor) overbrengen op vloeistof/perilymfe (binnenoor) - afschermingsfuncties: afscherming ronde venster - Dempingsfuncties: demping geluiden die via de interne beenderen direct aan het binnenoor worden doorgegeven.
61
Atticus, epitympanum
Koepelholte
62
Glandula parotis
Oorspeekselklier
63
Waar wordt de beweging van de gehoorbeenketen omgezet in vloeistof?
De cochlea, zit vast aan de stijgbeugel.
64
Stapediusreflex
Hierdoor wordt het oor beschermt tegen onverwachte harde geluiden. Het is een spiertje die de gehoorbeenketens vasthoudt zodat er niks beschadigd raakt. (M. Stapedius)
65
Welke gedeeltes van de cochlea zijn gevuld met perilymfe?
De scala vestibuli en de scala tympani.
66
Welk gedeelte van de cochlea is gevuld met endolymfe?
De scala media
67
Wat zijn de 3 gedeeltes van de cochlea op volgorde?
Scala vestibuli Scala media Scala tympani
68
Waar bevind zich het orgaan van corti?
Overal in het slakkenhuis. <- er zitten allemaal kamertjes in het slakkenhuis. Het orgaan van corti bevind zich in al die kamertjes en dan in het scala media.
69
Wat doet het orgaan van corti?
In het orgaan van corti zitten haarcellen, steuncellen, de golf beweegt het orgaan.
70
Wat voor haarcellen bevat het orgaan van corti?
- Twee soorten: binnenste en buitenste haarcellen. - in totaal 4 rijen haarcellen 1 rij binnenste, zo'n 3500 met ca. 20 zenuwvezels. 3 rijen buitenste, zo'n 25.000
71
Wat als bij 4000 hz tot 500 hz de haartjes niet goed werken in corti?
Hoor je de klanken niet goed. (Gevoeligheid voor frequenties van spraak)
72
Wie hebben sneller last van gehoorverlies op oudere leeftijd?
Mannen
73
Audiometrie
Testen die veel gebruikt worden voor het testen van gehoor.
74
Decibel
Eenheid die wordt gebruikt voor geluid.
75
Fluisterspraak
Korte screening van huisarts d.m.v. fluisteren (spraakverstaan)
76
Presbyacusis
Ouderdomsslechthorendheid
77
Weber
- boven op hoofd - lateralisatie: welke kant de trilling opgaat. - als de stemvork lateraliseert naar het goede oor, is er sprake van perceptie. Als de stemvork lateraliseert naar het slechte oor, is er sprake van geleidingsverlies.
78
Rinne
- steel stemvork op mastoïd - voor het oor - als geluid beter op mastoïd dan op oor, waarschijnlijk geleidingsverlies.
79
Wat is het eerste wat je doet als iemand wordt doorgestuurd door de huisarts?
Toondrempelaudiogram (dBHL)
80
Vanaf hoeveel Hz meet je bij een toonaudiogram?
Vanaf 250 Hz
81
Wat is normaal horend bij een toondrempelaudiogram?
Tot 20 dB, daarboven is niet goed.
82
Wanneer heb je een bovengemiddeld gehoor volgens een toondrempelaudiogram?
Bij -15dB
83
dBHL
Toondrempelaudiogram
84
dBSPL
Spraakaudiometrie
85
Wat is normaalhorend voor spraakaudiometrie?
60 dB 100% verstaan