Begrippenlijst De Koude Oorlog 1945-1991 Flashcards
(43 cards)
akkoorden van Genève
gesloten na de Slag bij Dien Bien Phu verdeelden Vietnam in een communistische Democratische Republiek Vietnam in het noorden en een kapitalistisch Vietnam in het zuiden
atoombom Hiroshima
in augustus 1945 lieten de Amerikaanse troepen een atoombom op de Japanse stad Hiroshima vallen om Japan, bondgenoot van Duitsland, tot overgave te dwingen
berlijnse muur
muur tussen oost- en west-Berlijn die verhinderde dat burgers uit de DDR naar het Westen konden vluchten
Bezoek van Nixon aan China
voorbeeld van driehoeksdiplomatie
blokkade van berlijn
in 1948 introduveerde Amerika, Engeland en Frankrijk een nieuwe munt in hun bezettingszones in Duitsland. Volgens Stalin was dit in strijd met eerder gemaakte afspraken. Stalin sloot op 24 juni 1948 West-Berlijn af, waarop de geallieerden een luchtbrug instelden. In 1949 hief Stalin de blokkade op.
blokvorming
verdeling van de wereld in twee ideologisch tegengestelde blokken onder leiding van de SU en de VS
Brezjnevdoctrine
besluit van Sovjetleider Brezjnev dat communistische landen mochten ingrijpen als een ander communistisch land bedreigd werd door democratisering of kapitalisme
conferentie van potsdam
bijeenkomst (1945) waarbij leiders van de SU, Engeland en de VS in Potsdam aanwezig waren om te beslissen over de manier waarop Duitsland voortaan zou worden geregeerd. Gekozen werd voor een verdeling van zowel Duitsland als van Berlijn in vier zones.
containmentpolitiek
Amerikaanse politiek in de Koude Oorlog om het communisme ‘in te dammen’ door regeringen die zich tegen het communisme verzetten te steunen
Cubacrisis
grote angst voor het uitbrelen van een atoomoorlog doordat de SU kernwapens op Cuba probeerde te plaatsen
demonstratie tegen kernwapens
in 1981 vond er in Amsterdam een grote demonstratie tegen kernwapens plaats, een voorbeeld van ontevredenheid die ontstond naar aanleiding van de aanhoudende wapenwedloop
detente
periode van ontspanning en toenadering tussen de VS en de SU tijdens de Koude Oorlog (1967-1979). De periode eindigde met de Sovjetinval in Afghanistan.
dominotheorie
het idee dat als één land communistisch wordt, de buurlanden zullen volgen
driehoeksdiplomatie
Amerikaanse buitelandse politiek die erop was gericht Zuid-Vietnam tot een minder harde opstelling te bewegen door gelijktijdig de relaties met de SU en de Volksrepubliek China te verbeteren
felix meritis
gebouw van de nederlandse communistische partij (CPN) dat werd bestormd als reactie op en vanwege de woede om de Russische inval in Hongarije (om de Hongaarse Opstand neer te slaan)
FNLA
Nationaal bevrijdingsfront voor Angola, gesteund door westerse landen en de Volksrepubliek China
Glasnost
Russische aanduiding voor grotere vrijheid van meningsuiting onder partijleider Gorbatsjov
Hongaarse Opstand
Grote demonstraties in Hongarije in 1956 die opriepen tot democratische hervormingen. De SU sloeg de opstand hardhandig neer en herstelde het communistische bewind.
Ich bin ein Berliner-speech
speech van president Kennedy na de bouw van de Berlijnse Muur om de westerse morele steun aan de inwoners van Berlijn aan te geven, zonder dat het Westen het gevaar van een Derde Wereldoorlog riskeerde door militair ingrijpen
Ijzeren gordijn
gesloten grens tussen het communistische en niet-communistische deel van Europa
Josef Stalin
leider van de Communistische Partij van de SU tussen 1928 en 1953; dictator en alleenheerser
korea oorlog
conflict dat in Azië uitbrak tussen het communistisch Noord-Korea en het kapitalistische Zuid-Korea, waarbij de VN het zuiden buiten de communistische invloedssfeer konden houden
Marshallhulp
Amerikaanse economische en financiële hulp aan West-Europa (vanaf 1947)
McCarthyisme
Republikeinse senator McCarthy hield in 1950 een toespraak waarin hij Amerikanen van communistische activiteiten beschuldigde. Uit angst voor communistische spionnen, leidde zijn toespraak tot een heksenjacht op communistisch in de VS