Bestuur en beleid Flashcards

(9 cards)

1
Q

Hoe kan je beleid beschrijven?

A

Als het geheel van regels waarmee een politieke overheid de samenleving op de ene of de andere richting probeert te sturen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe kan je het beleid met de politiek onderscheiden?

A

Door de politiek als de interne factor van het politiek systeem en het beleid als de externe zijde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Geef de 5 stappen van het beleidscyclus.

A

Theoretisch in deze volgorde:
Agendavorming -> beleidsvoorbereiding -> besluitvorming -> beleidsuitvoering -> beleidsevaluatie
In de realiteit kan deze stapvolgorde anders zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat gebeurt er tijdens de agendavorming?

A

Er wordt een probleem op de publieke agenda gezet, eventueel door framing. Dit gebeurt meestal met succes als dit door een groot aantal burgers wordt gesignaleerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Leg uit wat beleidsgemeenschappen, of policy networks, zijn.

A

Groepen met een gemeenschappelijke stijl en cultuur. Ze hebben hun belangstelling voor en kennis van een bepaald domein gemeen, en kunnen zo de probleemdefinitie en beleidsvoorbereiding sterk beïnvloeden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Tijdens de besluitvorming wordt de rationele-actor-theorie toegepast. Wat houdt dat precies in?

A

Deze theorie stelt dat in een proces van besluitvorming een afgewogen keuze gemaakt wordt voor die oplossing die het beste middel is om een bepaald doel te bereiken.

  • -> kosten/baten-analyse
  • -> bounded rationality
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarom is er een overheidsadministratie?

A

Om het beleid uit te voeren hebben politieke overheden beschikking nodig over een aparte reeks instellingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een meerderheidsdemocratie, en een consensusdemocratie?

A

Het is respectievelijk een bestuursvorm ‘in naam van het volk’, en één die streeft naar steun van z.v.m. leden van de gemeenschap.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Geef de onderscheidende kenmerken tussen een meerderheids- en een consensusdemocratie.

A

Lijphart onderscheidt 10 kenmerken:
Machtsconcentratie machtsdeling
Dominantie regering evenwicht regering/parlement
Tweepartijensysteem meerpartijensysteem
Meerderheidskiessyteem proportioneel kiessyteem
Unicameraal parlement bicameraal parlement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly