Bouweconomie H2 Economische begrippen Flashcards
(33 cards)
Wat geeft een economisch systeem weer?
werking van economie als systeem en de relaties tussen gezinnen en bedrijven in het land
Hoe werkt het economisch systeem?
ene kant: wat hebben de huishoudens gezamenlijk verdiend door productiefactoren aan bedrijven/organisaties te beschikken
andere kant: wat produceren en verkopen de bedrijven/organisaties aan consumenten?
Waar vindt de handel van de productiefactoren en consumentengoederen plaats?
op markten
Wat verstaan we onder ‘markt’?
waar gevraagde en aangeboden hoeveelheden van een bepaald product/dienst verhandeld wordt, waarna een prijs ontstaat
Waar staat het begrip ‘markt’ centraal?
in de theorie van prijsvorming in markteconomieën
Wat verstaan we onder ‘productie’?
het voorbrengen van goederen/diensten onder beheer en verantwoordelijkheid van een institutionele eenheid
hoe wordt de economische waarde bepaald?
hoe groot de stijging in het nut van de consument is
Wat verstaan we onder productiefactoren?
middelen die we nodig hebben voor het productieproces
welke productiefactoren onderscheiden we?
land, kapitaal en arbeid
Wat zijn kapitaalgoederen?
door mensen geproduceerde goederen
Wat verstaan we onder toegevoegde waarde?
verschil tussen marktwaarde en productie en de daarvoor verbruikte (grond)stoffen en kapitaalgoederen
dus
omzet - aankoopbedrag van verbruikte grondstoffen en opgetreden waardevermindering van de kapitaalgoederen door
veroudering/slijtage
Waarmee wordt toegevoegde waarde uitgedrukt?
hierin wordt omvang en groei van de economie uitgedrukt
wat is de bruto toegevoegde waarde?
de toegevoegde waarde inclusief de bedragen die opzij worden
gezet voor vervangingsinvesteringen.
wat is de netto toegevoegde waarde?
de toegevoegde waarde exclusief de bedragen die opzij worden
gezet voor vervangingsinvesteringen
Wat is het Bruto binnenlands/regionaal product?
de totale geldwaarde van alle in een land geproduceerde finale
goederen en diensten per jaar
Waar bestaat de bruto binnenlands/regionaal product uit?
- productie van consumptiegoederen en kapitaalgoederen door particuliere sector
- … door de overheid
- … voor het buitenland
Wat is het saldo van de lopende rekening van de betalingsbalans?
dat is de saldo van de productie van consumptiegoederen en kapitaalgoederen voor het buitenland waarvan de invoerwaarde van de uitvoerwaarde is afgetrokken
Hoe wordt het bbp berekend?
de in een land gerealiseerde toegevoegde waarden worden
opgeteld
Wat is het bruto nationaal inkomen?
de bbp + de door de inwoners van
het eigen land in het buitenland verdiende primaire inkomens minus de door buitenlanders in
het betreffende land verdiende primaire inkomens
Wat is het netto binnenlands product?
het bruto binnenlands product minus de door de particuliere
sector en de overheid gedane afschrijvingen ter financiering van vervangings- investeringen
wat is het reëel bruto binnenlands product?
het (nominaal) bbp gecorrigeerd voor de inflatie
Wat is ppp?
purchasing power parity, ofwel
koopkrachtpariteit.
Hoe is de bouweconomie relevant voor de bouw?
de bouw wordt gepositioneerd tov de economie om de economische groei als resultaat van toenemende kosten voor de bouwsector te zien
Wat toont de Bon-curve aan?
toont de relatie tussen het aandeel van de bouw en het gemiddelde inkomen (bbp per capita), als indicatie voor de verschillende ontwikkelingsfasen