chemisch evenwicht Flashcards

1
Q

wat zijn omkeerbare reacties

A

omkeerbare reacties zijn reacties waarbij enerzijds de reagentia kunnen reageren tot reactieproducten maar omgekeerd kan ook

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

welke reacties zijn omkeerbaar?

A

In principe is elke reactie omkeerbaar (niet aflopend)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

symbool aflopende reactie

A

—->

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

symbool omkeerbare reactie

A

—–>

<—–

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

geef de reactievergelijking van vochtvreter of ongebluste kalk

A

CaO(v) + H2O(vlb) —> Ca(OH)2(v)

Ca(OH)2(v) —> (boven de pijl 500°) CaOH(v) + H2O(vlb)

omkeerbaar onder bepaalde omstandigheden

CaO + H2O —> (boven de eerste pijl kamertemp.) Ca(OH)2

<— (onder de tweede pijl 500°)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wanneer heb je een homogeen of heterogeen evenwicht

A

je hebt een homogeen evenwicht wanneer alle stoffen die bij de reactie betrokken zijn in dezelfde fase zijn

als stoffen in een andere aggregatietoestand zijn dan is het een heterogeen evenwicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

hoe gaat het evenwicht als je de concentratie verhoogt

A

als je in het ene lid de concentratie verhoogt dan gaat het evenwicht naar het andere lid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

definitie chemisch evenwichtreactie in puntjes

A

een chemisch evenwichtsreactie is

een reactie

verlopend in een gesloten systeem

is onvolledig en omkeerbaar

leidt tot een toestand van gelijkblijvende concentratie van zowel reagentia als reactieproducten

gevolg: het gelijk worden van de snelheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is een dynamische evenwichtstoestand

A

dat is wanneer de heen- en terugreacties schijnbaar zijn stilgevallen omdat hun snelheden even groot zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is de evenwichtsconcentratie

A

dat is wanneer de concentratie constant blijft van de reagentia en de reactieproducten door dat de evenwichtsreactie het evenwicht heeft bereikt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

symbool evenwichtsconstante

A

Ke

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

formule evenwichtsconcentratie in homogeen midden (ongeveer)

A

k1/k2 = [A]e * [B]e/[C]e = Ke

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

formule evenwichtsconcentratie in heterogeen midden (ongeveer)

A

k1/k2 = [A]e = Ke

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

hoe kom je op de formule Ke

A

stellen dat v1 = v2 en dan invullen en omvormen tot je k1/k2 hebt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

symbool evenwichtsconcentratie

A

[A]e

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

symbool initieel- of beginconcentratie

A

[A]i = [A]o

17
Q

formule α

A

α = []i - []e / []i

18
Q

definitie α

A

α is de verhouding van de gereageerde stof hoeveelheid van het reagens in mindermaat ten opzichte van de begin stofhoeveelheid van het reagens en dat ligt altijd tussen 0 en 1

19
Q

symbool omzettingsgraad

A

α

20
Q

welke 2 factoren geven de ligging van het evenwicht aan

A

de grootte van de evenwichtsconstante en de omzettingsgraad

21
Q

4 kenmerken van de evenwichtsconstante

A

Ke is een positief getal niet gelijk aan 0

een grote Ke waarde betekent dat het evenwicht naar rechts gelegen is

een kleine Ke waarde betekent dat het evenwicht naar links gelegen is

als Ke heel klein of erg groot is dan is het schijnbaar een aflopende reactie

22
Q

invloed van de concentratie op het evenwicht

A

verminder je de concentratie van 1 van de stoffen dan verschuift het evenwicht naar hetzelfde lid

vermeerder je de concentratie van 1 van de stoffen dan verschuift het evenwicht naar het andere lid

23
Q

wat betekent exo

A

positief, afvoeren,export

24
Q

als het in de tabel + is hoe is het dan in de reactie

A
  • en omgekeerd
25
Q

invloed van de temperatuur op het evenwicht

A

als de temperatuur verhoogt wordt dan verlaagt de Ke en verschuift het evenwicht naar de endotherme kant

als de temperatuur verlaagt wordt dan verhoogt de Ke en verschuift het evenwicht naar de exotherme kant

26
Q

invloed van de volume- of drukverandering

A

als het volume verlaagt dan verhoogt de druk en dan gaat het evenwicht naar de kant waar de som van de coëfficiënten het laagst is

als het volume verhoogt dan verlaagt de druk en dan gaat het evenwicht naar de kant waar de som van de coëfficiënten het hoogst is