College 1 - H3 - Grondbeginselen van de fabrieksboekhouding Flashcards
(20 cards)
Wat is een kostensoort?
Onder een kostensoort/kostencategorie verstaan we het totaal van de kosten die verband houden met het aanwenden van een bepaald productiemiddel. Ook wel een categoriale kostenindeling genoemd.
Welke kostensoorten onderscheiden we?
- Kosten van grond- en hulpstoffen;
- Kosten van menselijke arbeid;
- Kosten van slijtende vaste activa;
- Kosten van grond;
- Kosten van diensten van derden;
- Kosten van belastingen;
- Interestkosten;
- Kosten in verband met het vormen van voorzieningen.
Wat is een vaste verrekenprijs?
Dit is de administratieve prijs die we hanteren bij de registratie van grondstoffen. Voor elke soort grondstof gaan we uit van de geschatte gemiddelde inkoopprijs voor de komende periode. In de VVP kunnen we ook de geschatte directe inkoopkosten en opslagen voor indirecte inkoopkosten en magazijnkosten opnemen.
Hoe boek je de ontvangst van grondstoffen?
Via het inkoopboek. Hierbij ga je er vanuit dat de factuur en grondstoffen tegelijk ontvangen worden.
Hoe boek je de verwerking van grondstoffen?
Via het verbruiksregister grondstoffen. Hierbij ga je uit van de werkelijk verbruikte hoeveelheden grondstof tegen de betrokken vaste verrekenprijs.
Hoe worden de werkelijk verburikte hoeveelheden van verschillende grondstoffen vastgesteld?
Door middel van de directe verbruiksmeting methode en de indirecte verbruiksmeting methode.
Wat houdt de directe verbruiksmeting methode in?
Een magazijnmedewerker geeft de grondstoffen af tegen ontvangst van afgiftebonnen. Aan de hand van de bonnen worden de voorraadadministratie en financiële administratie bijgewerkt. Het saldo van 300 Voorraad grondstoffen geeft de voorraad aan die aanwezig moet zijn. Bij een inventarisatie wordt de werkeljik aanwezige voorraad vastgesteld. Hieruit kan een voorraadverschil blijken.
Wat houdt de indirecte verbruiksmeting methode in?
Het grondstofverbruik wordt as volgt bepaald: Beginvoorraad + Ontvangen hoeveelheid - Eindvoorraad (obv inventarisatie = Verbruik. Hiervoor moet wel aan het einde van elke periode geïnventariseerd worden.
Wat is het kostenresultaat?
Verschil tussen werkelijke en berekende indirecte kosten (obv opslag). Ook wel het resultaat op indirecte kosten genoemd.
Wat is het brutoloon?
Het loon voor aftrek van inhoudingen.
Wat is het nettoloon?
Het loon na aftrek van inhoudingen.
Wat zijn directe lonen?
Hierbij kan aangegeven worden voor welke producten de loonkosten zijn gemaakt.
Wat zijn indirecte lonen?
Hierbij kan niet aangegeven worden voor welke producten de loonkosten zijn gemaakt.
Wat is de loonlijst/loonbetalingsstaat?
Het dagboek waarin per werknemer de herleiding van brutoloon naar nettoloon is gespecificeerd.
Wat is de loonverdeelstaat?
Het dagboek waarin de verdeling van de brutolonen in directe en indirecte lonen plaatsvindt.
Welke kosten worden naar het brutoloon toegevoegd aan rubriek 4?
Sociale lasten, vakantietoeslag, pensioenpremies en kosten in verband met speciale voorzieningen voor het personeel.
Wat zijn voorbeelden van kosten van belastingen?
Zakelijke belastingen, winstbelastingen, belastingen waarbij de onderneming optreedt als incasseerder voor de Belastingdienst.
Wat zijn voorbeelden van zakelijke belastingen?
Waterschapslasten, onroerendezaakbelasting en motorrijtuigenbelasting.
Wat zijn voorbeelden van winstbelastingen?
Inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting.
Wat zijn voorbeelden van belastingen waarbij de onderneming optreedt als incasseerder voor de Belastingdienst?
Loonbelasting, dividendbelasting en omzetbelasting.