College 1 - H3 - Grondbeginselen van de fabrieksboekhouding Flashcards

(20 cards)

1
Q

Wat is een kostensoort?

A

Onder een kostensoort/kostencategorie verstaan we het totaal van de kosten die verband houden met het aanwenden van een bepaald productiemiddel. Ook wel een categoriale kostenindeling genoemd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke kostensoorten onderscheiden we?

A
  • Kosten van grond- en hulpstoffen;
  • Kosten van menselijke arbeid;
  • Kosten van slijtende vaste activa;
  • Kosten van grond;
  • Kosten van diensten van derden;
  • Kosten van belastingen;
  • Interestkosten;
  • Kosten in verband met het vormen van voorzieningen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een vaste verrekenprijs?

A

Dit is de administratieve prijs die we hanteren bij de registratie van grondstoffen. Voor elke soort grondstof gaan we uit van de geschatte gemiddelde inkoopprijs voor de komende periode. In de VVP kunnen we ook de geschatte directe inkoopkosten en opslagen voor indirecte inkoopkosten en magazijnkosten opnemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe boek je de ontvangst van grondstoffen?

A

Via het inkoopboek. Hierbij ga je er vanuit dat de factuur en grondstoffen tegelijk ontvangen worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe boek je de verwerking van grondstoffen?

A

Via het verbruiksregister grondstoffen. Hierbij ga je uit van de werkelijk verbruikte hoeveelheden grondstof tegen de betrokken vaste verrekenprijs.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe worden de werkelijk verburikte hoeveelheden van verschillende grondstoffen vastgesteld?

A

Door middel van de directe verbruiksmeting methode en de indirecte verbruiksmeting methode.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat houdt de directe verbruiksmeting methode in?

A

Een magazijnmedewerker geeft de grondstoffen af tegen ontvangst van afgiftebonnen. Aan de hand van de bonnen worden de voorraadadministratie en financiële administratie bijgewerkt. Het saldo van 300 Voorraad grondstoffen geeft de voorraad aan die aanwezig moet zijn. Bij een inventarisatie wordt de werkeljik aanwezige voorraad vastgesteld. Hieruit kan een voorraadverschil blijken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat houdt de indirecte verbruiksmeting methode in?

A

Het grondstofverbruik wordt as volgt bepaald: Beginvoorraad + Ontvangen hoeveelheid - Eindvoorraad (obv inventarisatie = Verbruik. Hiervoor moet wel aan het einde van elke periode geïnventariseerd worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het kostenresultaat?

A

Verschil tussen werkelijke en berekende indirecte kosten (obv opslag). Ook wel het resultaat op indirecte kosten genoemd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het brutoloon?

A

Het loon voor aftrek van inhoudingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is het nettoloon?

A

Het loon na aftrek van inhoudingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn directe lonen?

A

Hierbij kan aangegeven worden voor welke producten de loonkosten zijn gemaakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn indirecte lonen?

A

Hierbij kan niet aangegeven worden voor welke producten de loonkosten zijn gemaakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de loonlijst/loonbetalingsstaat?

A

Het dagboek waarin per werknemer de herleiding van brutoloon naar nettoloon is gespecificeerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de loonverdeelstaat?

A

Het dagboek waarin de verdeling van de brutolonen in directe en indirecte lonen plaatsvindt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke kosten worden naar het brutoloon toegevoegd aan rubriek 4?

A

Sociale lasten, vakantietoeslag, pensioenpremies en kosten in verband met speciale voorzieningen voor het personeel.

17
Q

Wat zijn voorbeelden van kosten van belastingen?

A

Zakelijke belastingen, winstbelastingen, belastingen waarbij de onderneming optreedt als incasseerder voor de Belastingdienst.

18
Q

Wat zijn voorbeelden van zakelijke belastingen?

A

Waterschapslasten, onroerendezaakbelasting en motorrijtuigenbelasting.

19
Q

Wat zijn voorbeelden van winstbelastingen?

A

Inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting.

20
Q

Wat zijn voorbeelden van belastingen waarbij de onderneming optreedt als incasseerder voor de Belastingdienst?

A

Loonbelasting, dividendbelasting en omzetbelasting.