de pancreas Flashcards

(36 cards)

1
Q

ligging pancreas

A
  • Ligt achter maag
  • Ligt binnenbocht van twaalfvingerige darm
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

pancreas bestaat uit (3)

A

1) Kop
2) Lichaam
3) Staart

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

functie van de pancreas (2)

A

endocriene functie
exocriene functie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

endocriene functie
(hormonen die in het lichaam blijven)

A

= speelt rol bij regel van bloedsuikerspiegel of glycemie
 Eilandjes van langerhans produceren insuline en glucagon
 Insuline tegengestelde van glucagon!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

exocriene functie
(stoffen die het lichaam verlaten)

A

= aanmaken van pancreassap met spijsverteringsenzymen
 Afvoergang van pancreas mond uit in twaalfvingerige darm
(ten hoogte van Papil van Vater)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

enxocriene functie (functie)

A
  • Zure voedselbrij neutraliseren
     Dunne darm beschermen tegen inwerking van zure maagsap
  • Enzymen in pancreassap helpen verteren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

insuline =bloedsuikergehalte

A

dalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

glucagon = bloedsuikergehalte

A

stijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

aandoeningen van pancreas (4)

A

Diabetes
diabetes 1
diabetes 2
Zwangerschap diabetes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

diabetes ander woord

A

suikerziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

diabetes (uitleg) + cijfers

A

suikergehalte in bloed te hoog
Normale waarden : 80-120 mg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

functie insuline

A
  • Glucose of suiker binnengeraakt in cellen
     Glucose gaat niet vanuit bloed naar cellen zonder insuline
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat gebeurt er bij diabetes

A

 Verstrooide (te weinig of geen) aanmaak van insuline
OF
 Cellen in lichaam zijn ongevoelig geworden voor insuline

gevolg
- Cellen nemen glucose niet meer goed op
 Suikergehalte in bloed zal STIJGEN

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

gevolg (wat gebeurt er bij diabetes)

A
  • Cellen nemen glucose niet meer goed op
     Suikergehalte in bloed zal STIJGEN
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

soorten diabetes

A
  • Diabetes 1
  • Diabetes 2
  • Zwangerschapsdiabetes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

diabetes 1 (hoe te herkennen)

A
  • Te hoge glycemie
  • Meestal magere personen
17
Q

diabetes 1 (reden)

A
  • Veel dorst
  • Veel plassen
  • Abnormaal veel drinken
  • Begint meestal voor 30 jaar
18
Q

diabetes 1 oorzaakk

A

(5-10%)
- Pancreas produceert geen insuline
Reden?
 Niet gekend
 Vermoeden van doorgemaakte virale infectie
 Soms familiaal (niet altijd)
 Beschouwd als auto-immuunziekte

19
Q

diabetes 2 (hoe herkennen)

A

80% heeft overgewicht
- Mildere symptomen als bij type 1
- Vaak terugkerende infectie
- Slecht of traag genezende wonden
- Vaak per toeval ontdekt bij bloedafname

20
Q

diabetes 2 (reden)

A
  • Ontstaat meestal na 35 jaar
  • Ander ziekte
     Verhoogde bloeddruk
     Verhoogde cholesterol
21
Q

diabetes 2 oorzaak

A
  • Pancreas produceert wel nog insuline maar te weinig en cellen reageren er minder goed op
  • Bevorderde factoren spelen zeker een rol
     Overgewicht
     Te veel en vet eten
     Te weinig bewegen
     Erfelijke aanleg
22
Q

diabetes 2 (behandeling)

A
  • Gezond eten
  • Vermageren/ overgewicht vermijden
  • Genoeg bewegen
  • Niet roken
  • Goed opvolgen van de glycemie
  • Orale medicatie
  • Insuline
23
Q

waneer insuline

A

altijd bij 1
niet altijd nodig bij 2

24
Q

zwangerschapdiabetes

A

Tijdelijke vorm van diabetes!

Tijdens zwangerschap reageert lichaam minder goed op insuline
 Verhoogde bloedsuikerspiegel

25
gevaren zwangerschapdiabetes (3)
- Vroeggeboorte  Baby plast veel daardoor is er veel vruchtwater en breekt het water vroeger - Grootere en zwaarder baby  Suiker die in het bloed zit gaat ook naar baby - Daling bloedsuikerspiegel bij baby na geboorte  Mogelijke hersenschade als gevolg
26
behandeling zwangerschapdiabetes
- Gezond eten en suikers vermijden - Overgewicht vermijden - Voldoende bewegen - Insuline
27
acute complicaties bij diabetes
1) hypoglycemie 2) hyperglycemie
28
hypoglecymie
Te lage bloedsuikerspiegel  Minder dan 60mg%
29
oorzaken hypoglycemie
- Minder, latere of anders eten dan gewoonlijk - Alcohol drinken - Te veel of verkeerd insuline toegediend
30
symptomen hypoglycemie
- Beven, trillen - Hartkloppingen - Zweten - Hongergevoel - Vaak gewen - Humeur dat plots omslaat, snel boos worden - Duizeligheid - Vermoeidheid, slechte concentratie
31
behandeling hypo
- Druivensuiker - Iets drinken met suiker (cola) - Binnen het uur iets anders eten (boterham, fruit, …) - Mensen diabetes 1 voelen meestal op tijd dat ze lage bloedsuiker hebben
32
bij bewustloosheid (hypo)
- Een glucagoninjectie of neusspray met glucagon toedien om hypoglecisch coma te voorkomen
33
hyperglycmie
Te hoge bloedsuikerspiegel  Meer dan 250%
34
oorzaken hyper
- Stress - Ziekte/infectie - Teveel eten - Te weinig insuline gespoten
35
symptomen hyper
- Veel dorst hebben - Vaak moeten plassen - Wazig zien - Humeurwisselingen, snel boos zijn - Moe zijn - Kan leiden tot coma indien niet gehandeld maar gaat trager dan bij hypo = hypoglycemisch coma
36
chronische gevolgen van onbehandelde/ slecht geregelde diabetes op langer termijn
- Beschadiging bloedvaten - Schade aan ogen (blindheid) - Nier schade - Schade aan zenuwstelsel - Diabetische voet