Deel 2 Flashcards

(50 cards)

1
Q

Hoeveel kcal bevat 1 gram proteinen?

A

4 kcal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoeveel EN% heb je nodig van proteinen?

A

15%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn proteinen?

A

Eiwitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe kun je weten of iets eiwitten bevat?

A

Als je het in de grond steekt en het begint te groeien is het eiwitrijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar zitten eiwitten in?

A

Vlees (spieren)
Eieren
peulvruchten
vleesvervangers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Kenmerken van essentiele AZ

A

Moeten uit voeding gehaald worden

Kunnen niet door het lichaam aangemaakt worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Kenmerken van niet essentiele AZ

A

Kunnen door het lichaam aangemaakt worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Kenmerken van dierlijke AZ

A

Juiste verhoudingen AZ

Vit B12, Fe, Zn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Kenmerken van plantaardige AZ

A

Onjuiste verhouding van AZ

Vb: peulvruchten, noten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de gevolgen van een eiwittekort?

A

Verhoogde kans op infecties door verminderde WBC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe komen er mineralen en spoorelementen in planten?

A

In rotsen zitten mineralen –> komen in water terecht –> planten nemen dit op via de wortels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe komen vitaminen in planten terecht?

A

Zon schijnt –> plant maakt via fotosynthese nieuwe vitaminen aan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar heeft het lichaam meer van nodig: Mineralen of spoorelementen?

A

Mineralen (Fe, Ca, Mg)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Blijven vitaminen en mineralen in het voedsel bij: Stomen?

A

Ja

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Blijven vitaminen en mineralen in het voedsel bij: Koken?

A

Vitaminen en mineralen komen in het water, water wordt afgegoten met de mineralen en vitaminen erin.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Blijven vitaminen en mineralen in het voedsel bij: Stoven

A

Ja. Wel extra toevoeging van kcal (vetten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Blijven vitaminen en mineralen in het voedsel bij: Grillen

A

De hoge temperatuur zorgt voor deels afbraak.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Welke uitzondering van vitaminen kan wel door het lichaam aangemaakt worden?

A

Vitamine D

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Welke vitaminen zijn vetoplosbaar?

A

A
D
E
K

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Waar komen vitaminen A voor?

A

In wortels

In dierlijke voedingsmiddelen met gelige structuren (kaas, botere, ei, vette vissoorten etc)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat zijn de functies van vitaminen A?

A

Anti oxidant

aanmaak van rodopsine

22
Q

Wat zijn de gevolgen van een tekort aan vitaminen A?

A

Vertraagde wondheling

Verminderde immuunreactie

23
Q

Hoeveel zonlicht heeft een persoon nodig?

A

volwassenen: 30 minuten per dag

Kind en 65+: 60 minuten per dag

24
Q

Waar zit vitamine D in?

A

Boter, margarine, visolie, lever, volle melk, kaas, vette vis

25
Wat is de voornaamste functie van vitamine D?
Legt Ca vast in beenderen
26
Waar zitten vitaminen E en K in?
Bladgroente
27
Voornaamste functie van vitamine K?
Belangrijk bij de stolling van het bloed
28
Welke vitamine zijn wateroplosbaar?
C | B1-12
29
Waar komen vitamine c in voor?
Nieuwe aardappelen, kolen, citrusfruit, bessen
30
Wat zijn functies van vitamine C?
Bevorderen opname Fe | Anti-oxidant
31
Wat is het gevolg van een tekort aan vitamine C?
Scheurbuik
32
Vitamine B1 komen voor in?
Aardappelen, bruine rijst, haver
33
Wat is de functie van vitamine B1?
Speelt een rol in het metabolisme van koolhydraten
34
Waar bevinden vitamine B2 zich?
graanproducten, groene bladgroenten, melk en kaas
35
Wat is de functie van vitamine B2?
Betrokken bij eiwit, koolhydraat en vetstofwisseling
36
Wat is de functie van vitamine B11?
Foliumzuur | Nodig voor vorming van DNA en RNA
37
Functie van B12?
Speelt rol in vorming van RBC, DNA en RNA en eiwitstofwisseling
38
Waar komt B12 in voor?
Melkproducten, vlees, vis en ei
39
Benoem een aantal mineralen:
``` Calcium Fosfor Mg Na Cl K Fe Zn ```
40
Benoem de bron en functie van : Calcium
Bron: Groene groenten, vijgen, amandelen, hazelnoten Functie: opbouw en stevigheid van bot
41
Benoem de bron en functie van : Fosfor
Bron: Melkproducten, kaas, vis, vlees, ei, volkorenproducten Functie: Stevigheid skelet, onderdeel van DNA en RNA
42
Benoem de bron en functie van : Mg
Bron: Granen, groenten, chocolade Functie: betrokken bij samentrekken van (hart)spier
43
Waar kan een tekort aan Mg toe leiden?
Tandvleeshypertrofie
44
Benoem de bron en functie van : Na
Bron: keukenzout, bepaalde soorten water Functie: Osmotisch evenwicht behouden, samentrekken van spieren
45
Benoem de bron en functie van : Cl
Bron: keukenzout, olijven, zeewier Functie: Rol bloeddruk en spiercontractie. noodzakelijk in vorming maagzuur
46
Benoem de bron en functie van : K
Bron: brood, graan, noten, melk Functie: rol in bloeddruk en spiercontractie
47
Benoem de bron en functie van : Fe
Bron: vlees Functie: maakt deel uit van hemoglobine
48
Wat voor gevolg heeft een tekort aan Fe?
Bleke slijmvliezen
49
Benoem de bron en functie van : Zn
Bron: graan, kaas, noten, vlees, vis Functie: invloed op smaak en geur. Rol in CO2 transport bij RBC
50
Wat valt er onder macronutrienten?
Vetten koolhydraten proteinen