Deel 4 Flashcards

(32 cards)

1
Q

The inbound organisation

A
  1. inbound principles
  2. company purpose
  3. business goals
  4. buyer personas
  5. buyer journey
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waargenomen antropmorfisme

A

is het toekennen van menselijke eigenschappen en kenmerken aan computers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Sociale aanwezigheid

A

je weet dat het niet waar is, maar is er een sociaal wezen?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Chatbots hebben effect op

A

waargenomen antropomorfisme en sociale aanwezigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Araujo, T. (2018)

A

onderzoekt in welke mate menselijke cues (bv taal en naam) en de framing die wordt gebruikt om een chatbot aan de gebruiker voor te stellen, een invloed kunnen hebben op de perceptie van sociale aanwezigheid en bewust/onbewust antropomorfisme. Daarnaast ook attitudes, tevredenheid en emotionele band die consument voelt met het bedrijf na de interactie met de chatbot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Methode Aurajo (2018)

A

Er is een experiment uitgevoerd met een 2 (antropomorf vs. niet-antropomorfe agent) x 2
(intelligent frame vs. neutraal frame) between-subjects design. Participanten werden gevraagd
met een virtuele agent te praten op Facebook Messenger om het adres te veranderen van
een fictieve bestelling van bloemen die ze hadden gedaan op een online winkel. Daarvoor en
daarna werden vragen gesteld.

De studie maakte een onderscheid tussen:
● menselijke chatbots met antropomorfe cues
○ informeel taalgebruik
○ menselijke naam (Human)
○ menselijke dialoog cues (hello/goodbye)
● machine-like chatbots met non-antropomorfe cues
○ formele/computer taalgebruik
○ geen menselijke naam (ChatbotX)
○ computer dialoog cues (start/quit)

Daarnaast wordt een onderscheid gemaakt tussen 2 verschillende manieren van framing:
● Intelligente frame
○ “Een virtuele agent aangedreven door AI die gebruik maakt van machinaal
leren en AI-technologie om automatisch gesprekken aan te gaan”
● Neutraal frame
○ “Een virtuele agent”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Resultaten Araujo (2018)

A

Resultaten Je kunt de emotionele band met een bedrijf beïnvloeden door een chatbot te
hebben die meer op mensen lijkt. Ook wordt daarmee de sociale aanwezigheid beïnvloed en
het herkennen van menselijke kenmerken.
→ Ook al is het een machine kan het dus helpen om het menselijke eigenschappen te geven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Virtual reality

A
  • je wordt onderdeel van een andere wereld
  • probleem: duur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Augmented reality

A
  • worden dingen toegevoegd aan de bestaande wereld
  • waardevol op grotere schaal voor bedrijven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Sho, Donghee (2018)

A

onderzoekt het effect van VR op empathie en embodiment

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Flow

A

is een ervaring van onderdompeling in een bepaalde gebruikersactie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Resultaten Shin, Donghee (2018)

A

● Hoge immersie (VR) induceert belichaming en empathie
● Meest effectief in combinatie met mensen met hoge empathie
○ persoonlijke eigenschappen van gebruikers correleren met de onderdompeling
in VR
● Maar: VR is ook in staat empathie op te wekken bij mensen met lage empathie
● Lage immersie (TV) niet effectief om embodiment en empathie op te wekken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Gartner hype cycle

A

een model dat wordt gebruikt op digitale technologieën, toegepast op het bedrijfsleven

stappen:
1. er komt een nieuwe technologie aan, er is veel opportunisme en er zijn hoge verwachtingen (stijgende lijn)
2. er is volgens enige teleurstelling, omdat het niet loont (dalende lijn)
3. op het moment dat er een echte teleurstelling is, begint het te werken en zal het zich uitbetalen (weer stijgende lijn)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Content marketing is door deze cyclus gegaan

A

’’ content marketing liep op 1 been, maar het 2e been is erbij gekomen: de technologie ‘’
- technologie en communciatie moesten leren om samen te werken en met elkaar te communiceren
- content marketing is iets volwassen nu. De disciplines in NL kunnen we wel nog professioneler worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Maturity content marketing: als je een professionele aanpak wilt integreren zijn dit enkele onderdelen die je nodig hebt

A
  • visie op content marketing
  • management en organisatie
  • inzichten
  • brand promise: story telling
  • creatie en productie
  • distributie
  • verantwoordingsplicht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Krachten en uitdagingen van content marketing
strengths:

A
  1. responsibility: iemand die verantwoordeijk is voor cm in de organisatie is belangrijk, want anders wordt het nooit ondersteund of serieus genomen
  2. support management: er is ondersteunend management: het is ingebed
  3. target groups: focus op doelgroep, definieer doelgroepen die we willen bereiken
  4. brand promise; begrijp je merkbeloften
17
Q

Uitdagingen/ zwakke punten

A
  1. visie en concrete doelstellingen
    -nu beter dan 2018
  2. samenwerkingen tussen afdelingen (silo’s). Content marketing orchestrator
    - niet goed samenwerken met andere afdelingen, het is belangrijk om een groep te zijn die samenwerkt
  3. gepland, agenda, betrokkenheid van de gemeenschap
    - in veel organisaties wordt cm niet op een geplande manier benaderd. Dat is belangrijk om serieus te nemen, ook om uit te zoeken of je inhoud hebt voor verschillende thema’s en die te dekken
  4. gebruik van inzichten
    - inzichten zijn er wel, maar worden vaak niet gebruikt, waarbij niet gericht wordt op wat interessant is voor de doelgroep
  5. inhoud verhaal
    - de inhoud van een verhaal ligt soms niet echt in lijn met de merkbelofte
  6. wat is het resultaat?
    - tegenwoordig veel meer gericht op het resultaat, dit probleem is dus al serieus aangepakt
18
Q

Content is van hoge kwaliteit als:

A
  • het er is wanneer we het nodig hebben
  • timing van het bericht goed is
  • wanneer het relevant en uniek is
    als je toestemming hebt
  • wanneer het authentiek en geloofwaardig is
  • als de inhoud past bij het kanaal dat je gebruikt
19
Q

Engaging content =

A

kwaliteit boven volume
engaging content moet leiden tot meer leestijd, contacttijd, meer bewustzijn en een hogere attitude

20
Q

Agile werken

A

daarmee breng je verschillende disciplines bij elkaar en de mensen die je nodig hebt voor een bepaalde klus. je begint bij wat je taak is, en definieert je taken zo klein mogelijk, dus je planning bestaat uit veel kleine klusjes, waardoor je ook geen meetings nodig hebt. Dus: zet alle disciplines bij elkaar en werk niet op een democratische manier

21
Q

Governance: als je werkt met uitgevers…

A
  • Wie is de eigenaar van de content?
  • Vaak werk je met andere partijen. Voor je het weet verlies je het recht op je
    content, dus je moet ervoor zorgen dat je dat regelt.
  • Wie is eigenaar van de reactie?
  • Invloed als merk op het onderwerp/inhoud?
  • Nationaal Gezondheids Debat op BNR (radiozender), mede mogelijk gemaakt
    door…
  • Invloed op inhoud?
  • Verantwoordelijkheid van de redacteur
    Het is dus ook een uitdaging om aan de rechten van je content te werken.
22
Q

Growth hacking methode

A

is gericht op een snelle groep van het marktaandeel. Dit betreft multifunctionele agile teams, gefocust op het onmiddellijk experimenteren, testen en aanpassen. Deze methodologie sluit perfect aan bij de ideeën van content marketing en in het bijzonder inbound marketing

gaat om onderwerpen van een experimenteel proces waarbij je zoekt naar het meest effectieve groeipad op basis van trial en error

23
Q

een growth hacker is in staat om

A

een product aan te passen voor groei; er wordt als het ware gesleuteld aan het dna door het product aan te passen aan de markt en het publiek

24
Q

content hacker

A

een growth hacker met een specifieke expertise in content en content marketing

25
Identified contacts
suspects die zijn geidentificeerd door contact info, ip adress, inloggen of cookies
26
Marketing/sales funnel of a case company (stages)
Stage 1: identified contacts Stage 2: marketing leads Stage 3: sales leads Stage 4: opportunities Stage 5: deals
27
Digital content marketing (DCM)
Het managementproces dat verantwoordelijk is voor het op een winstgevende wijze identificeren, anticiperen en voldoen aan de eisen van de klant
28
UGC
user generated content; media content gemaakt door het publiek
29
Consumer-based DCM antecedents
1. functional motives: utilitair verlangen naar content 2. hedonic motives: emotioneel verlangen naar content 3. authenticity motives:
30
First-tier consumer based dcm consequences + leads
1. cognitive dcm engagement: thought and mental elaboration > leads to brand-related sense-making 2. emotional dcm engagement: consumer's affect > leads to brand identification 3. behavioral dcm engagement: energy, effort, time spent on a brend> leads to brand-related citizenship behavior
31
Second-tier consumer based dcm consequences
- brand trust; brand promise can be relied upon -brand attitude; evaluating a brand with favor or disfavor
32
Third-tier consumer based dcm consequences
- consumer based brand equity: verwijst naar de waarde en het voordeel dat een merk heeft in de perceptie van consumenten - firm-based brand equity: verwijst naar de waarde en het voordeel dat een merk heeft binnen het bedrijf