eco h1 Flashcards
(30 cards)
behoeften
alles wat je graag wilt hebben of nodig hebt
schaarste
als je niet voldoende middelen hebt om in je behoeften te voorzien
consumeren
goederen en diensten kopen
goederen
tastbare producten
diensten
activiteiten waarmee je in iemands behoefte kunt voorzien
alternatief aanwendbaar
de mogelijkheid hebben om een middel op verschillende manieren in te zetten
vaste lasten
kosten met een vaste hoogte die je betaalt met vaste regelmaat
huishoudelijke uitgaven
alledaagse uitgaven voor het huishouden
incidentele uitgaven
grotere uitgaven die slechts soms voorkomen
inkomen
het geld dat ontvangen wordt uit arbeid, bezit of overdracht
begroting
overzicht van geplande inkomsten en uitgaven voor een bepaalde periode
budgetlijn
economisch model met keuzemogelijkheden tussen twee producten binnen het budget
ruil
producten tegen producten of geld wisselen
functies van geld
geld kun je gebruiken als ruilmiddel, rekenmiddel of spaarmiddel
technische vereisten geldsysteem
randvoorwaarden voor het functioneren van een ruilmiddel
fiducie
vertrouwen
chartaal geld
bankbiljetten en munten
giraal geld
direct ontvangbaar geld op de betaalrekening
extrinsieke en intrinsieke waarde
gebruikswaarde en materiaalwaarde van geld
koopkracht (=reëel inkomen)
hoeveelheid producten die gekocht kunnen worden met een bepaald bedrag
inflatie
gemiddlede prijsstijging van goederen over een bepaalde periode
indexcijfers
een getal dat de verandering ten opzichte van het basisjaar aangeeft
produceren
goederen en diensten maken tegen een vergoeding
toegevoegde waarde
waarde die bij productie wordt toegevoegd aan ingekochte grondstoffen en producten