Economisch belangrijke plantenfamilies (Nederlands -> Latijn) Flashcards
(32 cards)
1
Q
Kiwifamilie
A
Actinidiaceae
2
Q
Amarantenfamilie
A
Amaranthaceae
3
Q
Narcisfamilie
A
Amaryllidaceae
4
Q
Pruikenboomfamilie
A
Anacardiaceae
5
Q
Schermbloemenfamilie
A
Apiaceae
6
Q
Aspergefamilie
A
Asparagaceae
7
Q
Composietenfamilie
A
Asteraceae
8
Q
Kruisbloemenfamilie
A
Brassicaceae
9
Q
Hennepfamilie
A
Cannabaceae
10
Q
Windefamilie
A
Convolvulaceae
11
Q
Komkommerfamilie
A
Cucurbitaceae
12
Q
/
A
Dioscoreaceae
13
Q
Wolfsmelkfamilie
A
Euphorbiaceae
14
Q
Napjesdragers- of beukenfamilie
A
Fagaceae
15
Q
Lipbloemenfamilie
A
Lamiaceae
16
Q
Laurierfamilie
A
Lauraceae
17
Q
Vlinderbloemenfamilie
A
Leguminosae
18
Q
Vlasfamilie
A
Linaceae
19
Q
Kaasjeskruidfamilie
A
Malvaceae
20
Q
Banaanfamilie
A
Musaceae
21
Q
Mirtefamilie
A
Myrtaceae
22
Q
Olijffamilie
A
Oleaceae
23
Q
Palmenfamilie
A
Palmaceae
24
Q
Orchideeënfamilie
A
Orchidaceae
25
Papaverfamilie
Papaveraceae
26
Grassenfamilie
Poaceae
27
Rozenfamilie
Rosaceae
28
Sterbladigenfamilie
Rubiaceae
29
Wijnruitfamilie
Rutaceae
30
Nachtschadefamilie
Solonaceae
31
Theefamilie
Theaceae
32
Wijnstokfamilie
Vitaceae