eten en drinken Flashcards
(119 cards)
1
Q
bitter
A
bitter
2
Q
droog
A
trocken
3
Q
rot
A
faul
4
Q
gerookt
A
geräuchert
5
Q
gezouten
A
gesalzen
6
Q
gedroogd
A
getrocknet
7
Q
hard
A
hart
8
Q
rijp
A
reif
9
Q
rauw
A
roh
10
Q
sappig
A
saftig
11
Q
zuur
A
sauer
12
Q
scherp
A
scharf
13
Q
zoet
A
süß
14
Q
vers
A
frisch
15
Q
zacht
A
weich
16
Q
boter
A
Butter
17
Q
honing
A
Honig
18
Q
kwark
A
Quark
19
Q
gesneden worst
A
Aufschnitt
20
Q
kersen
A
Kirschen
21
Q
thee
A
Tee
22
Q
bakken
A
backen
23
Q
de mok
A
Becher
24
Q
het bestek
A
Besteck
25
braden
braten
26
de deksel
Deckel
27
de flesopener
Flaschenöffner
28
het vork
Gabel
29
het servies
Geschirr
30
het glas
Glas
31
grillen
grillen
32
koken
kochen
33
de bakvorm
Kuchenform
34
de lepel
Löffel
35
het mes
Messer
36
de braadpan
Pfanne
37
de rasp
Reibe
38
raspen
reiben
39
schillen
schälen
40
slaan
schlagen
41
de snijplank
Schneidebrett
42
snijden
schneiden
43
de kom
Schüssel
44
het servet
Serviette
45
de theepot
Teekanne
46
het bord
Teller
47
het tafelkleed
Tischdecke
48
de pot
Topf
49
mengen
verrühren
50
wassen
waschen
51
het wijnglas
Weinglas
52
de aubergine
Aubergine
53
de bloemkool
Blumenkohl
54
de boon
Bohne
55
de witlof
Chicoree
56
de erwt
Erbse
57
de fenkel
Fenchel
58
de komkommer
Gurke
59
de aardappel
Kartoffel
60
de knoflook
Knoblauch
61
de pompoen
Kürbis
62
de wortel
Möhre
63
de paprika
Paprika
64
de paddestoel
Pilz
65
de prei
Porree
66
de sla
Salat
67
de asperge
Spargel
68
de spinazie
Spinat
69
de tomaat
Tomate
70
de courgette
Zucchini
71
de ui
Zwiebel
72
het brood
Brot
73
de boter
Butter
74
het ei
Ei
75
de azijn
Essig
76
de vis
Fisch
77
het vlees
Fleisch
78
het gehakt
Hackfleisch
79
de kip
Hähnchen
80
de honing
Honig
81
de yoghurt
Joghurt
82
het kalfsvlees
Kalbsfleisch
83
de kaas
Käse
84
de jam
Marmelade
85
het meel
Mehl
86
de melk
Milch
87
de pasta
Nudeln
88
de olie
Öl
89
de peper
Pfeffer
90
de rijst
Reis
91
het rundvlees
Rindfleisch
92
de slagroom
Sahne
93
het zout
Salz
94
de ham
Schinken
95
het varkensvlees
Schweinefleisch
96
de spek
Speck
97
de walnoot
Walnuss
98
de worst
Wurst
99
de suiker
Zucker
100
de ananans
Ananas
101
de appel
Apfel
102
de banaan
Banane
103
de peer
Birne
104
de braambes
Brombeere
105
de aardbei
Erdbeere
106
de bosbes
Heidelbeere
107
de framboos
Himbeere
108
de aalbes
Johannisbeere
109
de kers
Kirsche
110
de kiwi
Kiwi
111
de mandarijn
Mandarine
112
de mango
Mango
113
de meloen
Melone
114
de sinaasappel
Orange
115
de perzik
Pfirsisch
116
de pruim
Pflaume
117
de kruisbes
Stachelbeere
118
de druif
Weintraube
119
de citroen
Zitrone
