examenvragen Flashcards
(132 cards)
1
Q
Waarvoor staat hydraulisch bindmiddel (2)
A
- Hydraulisch: reageert in aanwezigheid met water en verhard. Na
verharding geen ontbinding meer door water - Bindmiddel: cement kit het mengsel van zand en grind sterk
aaneen
2
Q
Leg de droge productiemethode voor het maken van
portlandcement kort uit: (4)
A
- Ontginning en breking grondstoffen: 1 ton cement is 1.5 ton kalksteen of klei
- Menging en vermalen klei:
° Grondstoffen in verhouding mengen
° Grondstof in kogel of koldermolen drogen en vermalen tot ruw meel - Omzetten tot klinker door branden:
° ruw meel branden tot ongeveer 1450°C
° roodgloeiende massa (klinker) uit oven, koelt snel af met lucht - malen van klinker met gips en andere bestandsdelen (kalksteen,
vliegassen…):
° via maalinstallatie is klinker terug een fijn poeder
3
Q
hoe realiseren ze een externe controle op het cement:
A
- monsters nemen op willekeurigheid in laadstations van de fabriek
4
Q
geef de 5 hoofdtypes van cement:
A
- CEM I: portlandcement
- CEM II: samengesteld porlandcement
- CEM III: hoogovencement
- CEM IV: puzzolaancement
- CEM V: composietcement
5
Q
Geef de 3 subklassen van de beginsterkte van cement:
A
N: (normal) -> normale sterkte toename
- R: (rapid) -> snelle sterkte toename
- L: (low strength) -> trage sterktetoename
6
Q
Leg de volgende afkortingen uit: (4)
A
- HSR: (high sulphate resisting) -> hoge weerstand tegen sulfaten
(vervuild water) - LA: (low alkali) -> laag alkali gehalte
- HES: (high early strength) -> hoge aanvangssterkte
- LH: (low heat) -> warmte die vrijkomt beperken in de
uithardingstijd
7
Q
Wat zal er gebeuren als je puzzolaan toevoegt aan het
cement:
A
De verwerkbaarheid stijgt met grote mate + duurzaamheid en
eindsterkte
8
Q
Wat is er allemaal gecontroleerd bij cement (5)
A
- Bindingstijd met vicatnaald
- Stabiliteitsproef
- Maalfijnheid
- Hydratatiewarmte
- Chemische analyse
9
Q
Wat geeft de Los Angeles coëfficiënt weer:
A
De weerstand tegen verbrijzeling, hoe rap een granulaat breekt
10
Q
Hoe kan je de granulaten onderverdelen: (4)
A
- Naar de grootte: bv 2/10
- Naar volumieke massa: lichte, normale of zware granulaten
- Naar oorsprong: natuurlijk, kunstmatig of gerecycleerd
- Naar ontstaanswijze: stollingsgesteente of metamorfe
11
Q
Waarom granulaten van betere kwaliteit dan cement: (2)
A
- Ze hebben een beter duurzaamheid doordat ze minder gevoelig
zijn aan chemische aantastingen dan cement - Ze hebben volume stabiliteit van hun vocht wat gunstig is op de
betonkrimp
12
Q
Welke 3 soorten granulaten bestaan er: (3)
A
Zand:
° Natuurlijk of gebroken
° D > 4mm en d=0
° 0/1, 0/2 en 0/4
- Grof granulaat:
° Grind of steenslag
° D>4mm en D>2mm
° 2/8, 8/16, 16/32, 4/32
- Granulaatmengsel:
° Mengsel van zand en grof granulaat
° D<45mm en d=0
° 0/32
13
Q
Wat zijn de kenmerken van granulaten (3)
A
- Geometrische kenmerken (vorm, grootte, gehalte fijne deeltjes)
- Fysische kenmerken (volumieke massa, wateropslorping)
- Chemische kenmerken (sulfaten, chloorgehalte, chloorgehalte)
14
Q
Hoe verloopt de zeefanalyse: (4)
A
- Genormaliseerde zeven met vierkante mazen
- Grootste D en kleinste d bepalen
- Wegen van de zeefresten
- Bepalen % aantal doorval
15
Q
Op wat heeft de korrelverdeling invloed op granulometrische curve: (2)
A
- Invloed op watergehalte en verwerkbaarheid van het beton
- Invloed op de porositeit van het granulaatskelet
16
Q
Op wat heeft de fractie 0-4mm een belangrijke invloed op de kwaliteit van het mengsel: (2)
A
- Invloed op de fijnheidsmodus
- Invloed op de waterbehoefte
17
Q
!Waarvoor zorgt een optimaal fijnstofgehalte: (4)
A
- Verhoogd de hoeveelheid smerende pasta zonder de hoeveelheid aanmaakwater te verhogen
- Houdt het water vast, voorkomt het uitzweten tijdens en na het storten
- Voorkomt ontmenging
- Verbetert de dichtheid van het beton en de verwerking van hulpstoffen
18
Q
Wat zijn de eigenschappen van gebroken granulaten: (3)
A
- Hoekig en ruw
- Verbetert de mechanische sterkte van het beton
- Verminderd de verwerkbaarheid van het beton -> oplossen door
cementgehalte aan te passen
19
Q
Waarvoor worden zware granulaten gebruikt: (> of =3000kg/m³)
A
Beton die bescherming dient tegen stralingen
20
Q
Waarvoor worden harde granulaten gebruikt
A
Voor slijtvast beton
21
Q
Wat is het gevaar van wateropslorping in de granulaten
A
Vorstgevaar in de winter
22
Q
Wat is de dubbele functie van het aanmaakwater (2)
A
- Zorgt voor de hydratatie van cement
- Nodig voor de verwerkbaarheid en de verdichting
23
Q
Wat is het totaal water (2)
A
- Al het water dat in het betonmengsel zit
- Totaal water= effectief water + absorptiewater
24
Q
Wat is het effectief water (2)
A
- Aanwezige water aan de oppervlakte van de granulaten
- Aanwezige water in de hulpstoffen en toevoegsels
25
Wat is absorptie water:
Aanwezige water in de granulaten
26
Wat geeft de WC factor terug
De verhouding tussen de hoeveelheid cement en de hoeveelheid
water
27
Wat zijn de eisen van het aanmaakwater: (2)
- Geen aanwezige stoffen die kunnen reageren met beton
° Geen suikers: versnellen/ vertragen de binding
° Geen oliën, vetten: geven ongecontroleerde luchtbelvorming
° Geen chloriden: roesten van de wapening
- Het aanmaakwater is helder, kleur en geurloos en mag na
schudden niet schuimen
28
Waarvoor dienen (super) plastificeerders (3)
- Gebruikt om de verwerkbaarheid te verbeteren van het beton en
de druksterkte
- Opletten te hoge dosering= binding vertragend
- Door dit toe voegen moeten we een lagere WC factor nemen
29
Wanneer zullen we bindingsversnellers gebruiken (7)
- Bij spuitbeton
- Bij koud weer
- Wanneer snelle ontkisting nodig is
- Als beton in contact kan komen met stromend water
- Herstellingswerken
- Verankeringen
- Afdichten bij waterlekken
30
Wanneer zullen we bindingsvertragers gebruiken: (6)
- Bij warm weer
- Als er vervoer is over een langere afstand
- Bij spreiding vrijgekomen hydratatiewarmte
- Voor betonneren van grote volumes
- Vermijden stort naden bij geplande stort onderbreking
- Als er een hoge eindsterkte nodig is
31
Waarvoor dienen luchtbelvormers:
Verbeteren aan vorst een dooi zouten
32
Waarvoor dienen waterafstotende middelen:
Die verbeteren de waterdichtheid van het beton
33
Wat zijn toevoegsels aan het beton
Stoffen die bepaalde eigenschappen van het beton verbeteren
34
Waarvoor staat type I en II van toevoegsels
- Type I: inerte materialen
- Type II: puzzolaan hydraulische materialen -> bindmiddelen
35
Wat doen kalksteen en silicium houdende vulstoffen: (2)
- Ze worden toegepast bij zelf verdichtend beton
- Ze verbeteren de korrelopbouw van het beton als er te weinig
fijne stoffen zijn
36
Welke verschillende soorten vezels bestaan er en wat doen ze: (3)
- Synthetische vezels: verminderen krimpscheuren
- Staalvezels:
° Hoge taaibaarheid en treksterkte
° Aangepaste menging nodig om verwering vezels te voorkomen
- Glasvezels: gebruikt als wapening in fijne elementen
37
Wat zijn de eigenschappen van minerale kleurstoffen: (7)
- Ze geven het beton of mortel kleur
- Geen chemisch effect
- Hebben een hoge waterbehoefte
- Moeten een goede menging begaan
- De hoeveelheid van de mineralen bepaalt de intensiteit van de
kleur
- Gebruik van licht gekleurde granulaten
- Kleurintensiteit verminderd in de loop der jaren
38
Waarvoor dient microsilca (4)
- Verhoging van de corrosie waardoor rebount verminderd bij
spuitbeton
- Toepassing bij hoog sterkte beton:
° Vermindering porositeit
° Betere vorstbestendigheid
° Beter tegen afslijting
° Goed in agressieve milieus
- Zorgt voor toename druksterkte
- Heeft een invloed op de WC factor
39
Van wat is de keuze van de WC factor afhankelijk (2)
- Afhankelijk van de omgevingsklasse
- Afhankelijk van de beoogde sterkte
40
Wat bepaalt de omgevingsklasse nog
De hoeveelheid van cement
41
Wat bezorgt een lage porositeit
Dit zorgt voor een grote duurzaamheid van het beton
42
Wat bepaalt de consistentie van het beton:
Dit begrip toont de verwerkbaarheid van beton aan
43
Welke invloed factoren heeft de consistentie (2)
- De WC factor
- De dosering van hulpstoffen en toevoegsels
44
Zetmaat met Abrams kegel (S= slumptest) (6)
- Conus in 3 lagen vullen
- Kegel gelijkmatig opheffen
- Iedere laag verdichten met 25
steken
- Inzakking meten
- Bovenste vlak afstrijken
- Zetmaat is bepaalt
45
Schokmaat: (F, flowtest) bepaalt met een beweegbare vlakke staalplaat: (6)
- Beton in 2 lagen vullen
-15 schokken geven
- Elke laag verdichten met 10 steken
- Max om 2 sec en min om 5 sec
schokken
- Vorm traag en gelijk optrekken
- Uitspreiding beton meten
46
VeBe proef (V) (6)
- Cilinder vat op een triltafel
- Doorzichtige plaat op cilinder
leggen
- In het vat zet men de cilinder
- Machine in werking zetten
- Op zelfde manier vullen als
abrams kegel
- Beton verdicht als beton
doorzichtige plaat raakt
47
Verdichtingsplaat van Walz: (6)
- Prismatisch vlak met vierkante
doorsnee
- Bovenste vlak effenen zonder
verdichten
- Binnenkant vat bevochtigen
- Beton verdichten
- Beton vullen aan elke kant van
het vat
- Verschil in hoogte meten
48
Wanneer meten ze de consistentie (2)
- Na einde mengen in de centrale
- Bij levering op de werf
49
Wat kan een gevolg zijn van warmteontwikkeling
- Ontstaan van spanningen in het beton wat kan leiden tot scheuren
50
Waarvoor zorgt een stijgende WC factor
Voor een dalende eindsterkte
51
Waarvoor zorgt een dalende WC factor
Voor een dalende elasticiteitsmodus
52
Wat zijn de gevolgen van plastische krimp
Ontstaan van scheuren na storten
53
Waarmee moet je rekening houden met het maken van beton
als het gaat over water
Rekening houden met het reeds aanwezige water in de granulaten
54
Waarom is een goede verwerkbaarheid van belang voor de duurzaamheid en sterkte van beton (2)
- Zorgt voor een goede omhulling van het beton
- Zorgt voor een goede verdichting
55
De verhardingssnelheid hangt af van: (2)
- Het gebruikte cement
- De omgevingstemperatuur
56
Wat is de volumieke massa van licht beton in droge toestand
Tussen de 800 en 2000 kg/m³
57
Wat heeft een invloed op de volumieke massa (5)
- Vochtigheidstoestand
- Luchtgehalte
- Volumieke massa granulaten
- Verdringingsenergie
- Luchtbel en schuimvormers
58
Wat is ingesloten lucht
De niet gewenste luchtbellen in het beton
59
Wat is ingebrachte lucht
Het gewenste effect door het gebruik van luchtbelvormers
60
Welke testmethoden bestaan er om de treksterkte te bepalen: (3)
- Rechtstreekse steekproef
- Splijtproef
- Buigtreksterkte
61
Wat is krimp
Volume afname van beton door het verliezen van water
62
Wat is kruip
Vermoeiing van het beton door een aanwezige belasting op het
bet
63
De krimp en kruip kunnen toenemen als (5)
- Er een stijgende WC factor is
- Dalende relatieve vochtigheid is
- Er een afnemend gehalte van grove granulaten is
- Als er een hoger cement gehalte is dan de gegeven WC factor
- Kleinere fictieve dikte
64
Waarvoor staat de afkorting LC
Light concrete
65
Wat gebeurt er met het beton onder extreme omstandigheden (3)
- T<100°C: weinig invloed, alleen kruip
- T>100°C: verlies ongebonden water
- T 575°C: grote volume toename
66
Waarvoor staan de volgende omgevingsklassen (3)
- EE: buitenomgeving
- ES: zee omgeving
- EA: agressieve omgeving
67
Wat zijn de onderverdelingen van de zetmaat (5)
- S1: 10-40mm
- S2: 50-90mm
- S3: 100-150mm
- S4: 160-210mm
- S5: >220mm
68
Wat zijn de onderverdelingen van de schokmaat (5)
- F1: <340mm
- F2: 350-410mm
- F3: 420-480mm
- F4: 490-550mm
- F5: 560-620mm
69
Wat willen volgende afkortingen zeggen in verband met de milieuklasse: (3)
- XC: corrosie ingeleid door carbonatie
- XD: corrosie ingeleid door chloriden
- XS: corrosie ingeleid door chloriden en zeewater
70
Wat zijn toelaatbare scheuren in beton: (2)
- Scheuren kleiner of 0.4mm
° Deze scheuren raken verstopt
° ionen raken minder diep (duurzamer)
- Strengere eis voor een agressiever milieu: 0.3 tot 0.2mm
71
Door wat kunnen ontoelaatbare scheuren ontstaan (4)
- Te grote mechanische belasting
- Uitvoeringsfouten
- Te grote plaatselijke last
- Overschrijden max weerstand trekkracht/ dwarskrachtmoment
72
Wat is een passieveringslaag
Dit is een ondoordringbare beschermingslaag van beton die zich op staal zet
73
Door wat kan een passieveringslaag aangetast worden (2)
- Door indringen van co² (carbonatie)
- Aanwezigheid chloriden
74
Wat is een initiatielaag:
Dit is de tijd die nodig is om door de passieveringslaag te komen
75
Wat is de propagatiefase
Dit is de tijd die nodig is om een onaanvaardbare corrosiegraad
te bereiken
76
Wat is corrosie door carbonatie (2)
- Dit is het rotten van wapening in een waterig milieu
- Proces start bij het beton en gaat als maar dieper
77
Van wat is de snelheid afhankelijk van de omgevingskenmerken bij carbonatie: (3)
- Onder water: geen carbonatie
- Beton buiten: lucht en water aanwezig
- Ongewapend beton: geen negatieve invloed
78
Geef het proces van corrosie door carbonatie (4)
- Passivering
- Verschijnend carbonatiefront
- Initiatie: begin roestvorming
- Propagatie: roesten wapening en barsten/ afbrokkelen beton
79
Leg corrosie door chloriden uit: (2)
- Dit is het rotten van de wapening door chloorionen
- Dit komt veel voor aan de zee door: zeelucht, zeewater,
dooizouten en bindingsversneller
80
Wat is het begrip pitting bij corrosie door chloriden
Plaatselijke corrosie, die alsmaar dieper gaat op een bepaalt punt
81
Leg het principe uit van vorst/dooi cycli in gebruik met dooizouten (3)
- ijs en sneeuw ontdooien water capillair opgezogen
- door de zouten wordt warmte onttrokken aan betonoppervlak om
het ijs te kunnen ontdooien
° hierdoor ontstaan thermoshock
° spanning tussen toplaag en inwendig beton
- water met hoog chloride concentratie opgezogen
° afschilferen toplaag
82
welke maatregelen nemen voor vorst/ dooi bestand beton te verkrijgen: (4)
- niet betonneren bij koud weer (<5°C)
- goed verdicht beton met lage WC factor (<0.45)
- cement met sterkteklassen 42.5R of 52.5 R/N gebruiken
- luchtbelvormers gebruiken
83
wat is het alkali silicia reactie ASR
reactie tussen bestanddelen van granulaten met aanwezige alkaliën in het poriënwater
84
welke 3 gelijkmatige voorwaarden zijn er nodig voor het ASR
verschijnsel voor te hebben en wat zijn de gevolgen (3)
- alkali gevoelige granulaten in het beton hebben
- hoog alkali gehalte in het beton hebben
- beton constant of periodiek in een vochtige omgeving
° gevolg is dat het kan leiden tot zwelling
° kan ook leiden tot interne druk -> scheuren in
landschapspatroon
85
hoe kan je het ASR verschijnsel voorkomen (4)
- LA cement gebruiken
- Beton goed verdichten
- Niet reactieve granulaten gebruiken
- Beperken van de verzadigingsgraad van beton
86
Wat zijn de gevolgen van zouten in beton: (2)
- Scheurvorming door interne spanningen
- Zorgt voor een groot wateraantrekkend vermogen
87
Hoe kunnen we schade door zouten beperken (3)
- HSR cement gebruiken
- Lage WC factor gebruiken
- Aanbrengen van beschermende coating
88
Waardoor is de aantastingssnelheid van zuren afhankelijk (4)
- Zuurtegraad
- Stroomsnelheid zure oplossing
- Oplosbaarheid gevormd zout
- Penetratiediepte
89
Schade door zuren voorkomen door: (2)
- Beschermende coating aanbrengen
- Voorzien over dimensionering betondekking
90
Betondekking is afhankelijk van (6)
- Ø wapening
- Omgevingsklassen
- Grootte granulaten
- Verwachte levensduur
- Brandweerstand
- Minimum hechting wapening
91
Op wat heeft de volgorde van toevoegen van bestandsdelen een invloed: (6)
- Dispersie van de bestandsdelen
- Doeltreffendheid van het mengen
- Optimaal rendement hulpstoffen
- Rendement installatie
- Slijtage
- Reinigen/ onderhouden menginstallatie
92
Hoe mengen van de bestandsdelen: (6)
- Op hoge mengintensiteit
- Korte mengtijd
- Snelle dispersie bestandsdelen
- Optimale omhulling granulaten met cementpasta
- Snel ledigen
- Minimale slijtage
93
Wat is de mengtijd en hoelang duurt deze (3)
- Duur mengen van zodra alle bestandsdelen zijn toegevoegd
- Mengtijd minimaal 45 tot 60 seconden
- Indien toevoeging luchtbelvormers, is mengtijd langer
94
Wat moet je doen voor je het beton gaat storten en het is
met een camion vervoerd:
Nog 1 tot 2 minuten voor het storten intensief mengen
95
Wat is het maximum tijdslimiet tot dat de verharding begint
van beton
100 minuten
96
Wat zijn de eisen van de bekisting (5)
- Weerstand tegen vervorming
- Ontkistingsproducten gebruiken
- Voegen zijn dicht
- Geen vuil in de bekisting aanwezig
- Zuiver bekistingsoppervlak
97
Wat gebeurt er met het beton als je water toevoegt op de werf (4)
- Toevoeging van 10l/m³ is een verlies van sterkte van ongeveer
3N/mm²
- Vermindering duurzaamheid
- Vermindering slijtweerstand
- Vermeerdering krimp en kruip
98
Wat gebeurt er met het beton als je er plastificeerder aan toevoegt op de werf (2)
- Mengtijd verhoogd met 1 min/m³
- Te hoge concentraties kan zorgen voor neven effecten
99
Wat is het debiet van een normale betonpomp
20 tot 80 m³/h
100
Waarvoor wordt een pneumatische pomp gebruikt
Voor het storten van chapes en spuitbeton
101
Wat zijn de eisen van het beton die gepompt moet worden (5)
- Moet min 320kg/m³ cement bevatten (zorgt voor een smerende
pasta in de buis)
- Moet een continue korrelopbouw hebben
- Zand met ronde korrel
- Vliegas als toevoegsel (ronde korrel)
- Consistentie: slump tussen den 100 en 250 mm
102
Aan wat moeten de stortmiddelen aangepast worden: (3)
- Te storten volumes
- Constant ritme
- Beperken van de valhoogte (tussen de 50 en 70cm)
103
Waarom is het belangrijk dat het beton goed verdicht is: (4)
- Hoge waterdichtheid
- Betere duurzaamheid
- Hogere druksterkte
- Betere hechting aan de wapening
104
Regels voor een goede verdichting (7)
- Trillen in lagen van 30 tot 50cm
- Snel in beton zakken en traag omhoog trekken
- Beton niet horizontaal verplaatsen met de trilnaad
- Trilzones overlappen (8 tot 10 x Ø trilnaad)
- Stoppen trillen als de cementpasta zichtbaar is
- Storten in lagen, +- 15cm in onderliggende laag trillen
- Raken van de wapening vermijden
105
Gevolgen onverdicht beton: (5)
- 15 tot 20% lucht aanwezig in het beton
- Granulaten niet omhult door het beton
- Luchtbellen op de bekisting
- Wapening niet omhult
- Hoeken bekisting niet gevuld
106
Welke soorten bekisting bestaan er: (4)
- Traditioneel: uit hout
- Systeem bekisting: uit grote platen, modern
- Verloren bekisting: dit blijft in de constructie aanwezig ->
welfsels, holle wanden…
- Glijbekisting: gaat met de hoogte mee of schuift horizontaal mee
(wegenbouw)
107
Waardoor ontstaan grindnesten en wat kan je doen om dit te voorkomen: (2)
- Ze ontstaan door een lekkende bekistingsnaad
- Je kan dit vermijden door goede en stijve bekisting te gebruiken
en de bekisting nat de maken voor het gebruik
108
Waardoor ontstaan zandstrepen en wat kan je doen om dit te voorkomen (2)
- Ze ontstaan door beton te storten op ontmengt beton
- Je kan dit voorkomen door de juiste betonsamenstelling te
gebruiken en de juiste verdichtingstechniek te gebruiken
109
Waardoor ontstaan er verdikkingen bij stortnaden en wat kan
je doen om dit te voorkomen (2)
- Dit ontstaat doordat de bekisting niet voldoende overlapt met het
vorige stuk
- Je kan dit voorkomen door een stortprofiel of profiellat te
gebruiken
110
Welk ontkistingsproduct moet je gebruiken bij siliconen of
rubber
Geen
111
Waar zal staalvezelwapening gebruikt worden (4)
- Bedrijfsvloeren
- Buizen
- Tunnels (spuitbeton)
- Explosie bestemde constructies
112
Hoeveel is de dosering van staalvezels in het beton:
30kg/m³
113
Wat zijn de functies en toepassingen van kunststofvezels in
vers beton: (3)
- Ze nemen de trekspanningen op bij plastische krimp
- Ze worden gebruikt in wegverhardingen en bedrijfsvloeren
- Dosering is 0.6 tot 1kg/m³
114
Tegen wat beschermt een nabehandeling het beton: (4)
- Vroegtijdige uitdroging van wind, zon en droge koude
- Extreme temp (warm/koud) en grote temp wisselingen
- Slechte weersomstandigheden
- Vroegtijdig inbrengen van schadelijke stoffen
115
Noem enkele gevolgen van vroegtijdig uitdrogen (4)
- Snel optreden van krimpscheuren
- Verliezen van de sterkte
- Kans op een stofferig oppervlak
- Verminderen slijtweerstand, waterdichtheid en duurzaamheid
116
Welke maatregelen kan je nemen tegen vroegtijdig uitdrogen: (5)
- Bekisting nog even laten staan
- Afdekken met plastic folie, thermische zeilen, jutte doek plaatsen
- Elementen onder water houden
- Nabehandeling met curing compound
- Beton blijven besproeien (bij hoge temp)
117
Van wat is de uitdrogingssnelheid afhankelijk (3)
- Temperatuur van de lucht en van het beton
- Relatieve vochtigheid
- Windsnelheid
118
Welke maatregelen moet je nemen als je beton stort bij 25°C: (4)
- Afdekken
- Nabehandelingsproduct gebruiken
- Continue besproeien
- Vochtig houden bekisting/ metaal beschermen tegen de zon
119
Welke maatregelen moet je nemen als beton stort en het is
onder -3°C:
De temp van het beton moet min 3 dagen ongeveer 10° hebben
120
Welke invloed heeft een hoge temp op het betoon (3)
- Snel hydratatie proces
- Grote beginsterkte maar een lagere eindsterkte
- Grotere porositeit
121
Hoe kan je granulaten beschermen tegen hoge temp
- Grindsilo’s voorzien van thermische isolatie
- Grove granulaten afkoelen door besproeiing
- Aanmaakwater koelen door ijs
122
Welke invloed heeft een lage temp op het beton
Lagere beginsterkte maar een hogere eindsterkte
123
Welke maatregelen zijn er tegen het storten in koud weer (4)
- WC factor verlagen en plastificeerder te gebruiken
- Verwarmen ²en granulaten
- Hogere cement dosering met hogere sterkte ontwikkeling
- Gebruiken bindingsversneller
124
Welke maatregelen neemt men op de werf tegen storten in koud weer (4)
- Nooit op bevroren ondergrond of bekisting
- Enkele sparingen in beton laten om binnentemp te meten
- Na storten beschermen tegen droge koude
- Ontkistingstijd verlengen
125
Wat zijn de eigenschappen van zelfverdichtend beton (2)
- Zeer grote vloeibaarheid
- Moet min 500kg/m³ fijne deeltjes bezitten
126
Wat is de verhouding van zand en grind:
- Ongeveer 1
127
Geef enkele manieren om de consistentie te bepalen van zelfverdichtend beton: (5)
- Slumpflow: uitvloeimaat (met Abramskegel)
- U- tunnel: vloei en vulgedrag bepalen in onbelemmerde ruimte
- Zeefproef: ontmengingsweerstand bepalen voor de stabiliteit
- L-box: vloei en vulgedrag bepalen in onbelemmerde ruimte
- U-box: vloei en vulgedrag bepalen in onbelemmerde ruimte
128
Geef enkele aandachtspunten bij het transporteren van zelfverdichtend beton: (4)
- Geen water aanwezig in de mixer bij het vullen van het mengsel
- Geen aanpassing aan de mix op de werf
- Beton moet blijven roteren tijdens transport om ontmenging te
voorkomen
- Voor lossen nog 1min intensief draaien
129
Wat heeft er een invloed op het uitzicht van zichtbeton (9)
- Type en materiaal bekisting
- Hoeveelheid en soort ontkistingsolie
- Properheid bekisting
- Samenstelling en productie
beton
- Aantal keer gebruikt bekisting
- Storten en verdichten
- Stortnaden
- Weersomstandigheden
- Stijfheid bekisting
- Nabehandeling
130
Welke cementsoort moet je gebruiken als je een normale
grijze tint wilt:
Portlandcement (CEM I)
131
Wat gebeurt er met het betonoppervlak als je een
hoogovencement (CEM III) gebruikt hebt:
Blauw groene vlekken na ontkisten (gaan weg in de loop der tijd)
132
Waar mot je rekening mee houden tijdens de uitvoering: (3)
- WC factor voor alle leveringen en betonvlakken gelijk houden
- Mengtijd proberen gelijk te houden
- Temperatuur van het verse beton proberen gelijk te houden
