FR TOETS AIDE HUMANITAIRE Flashcards
(41 cards)
1
Q
Ontwikkkellings hulp
A
aide humanitaire
2
Q
menselijk wezen
A
être humain
3
Q
het leven redden
A
sauver la vie
4
Q
een verkoudheid
A
un rume
5
Q
apotheek
A
une pharmacie
6
Q
een medicijn
A
un médicament
7
Q
een ziekenhuis
A
un hôpital
8
Q
nood medische hulp
A
l’aide médical d’urgence
9
Q
tussenkomen
A
intervenir
10
Q
klaar zijn
A
être près
11
Q
zo snel mogelijk
A
le plus rapidement possible
12
Q
zo goed mogelijk helpen
A
aider du mieux
13
Q
snel reageren
A
agir rapidement
14
Q
een verband
A
un pansement
15
Q
materiaal ter plaatsen brengen
A
acheminer le matériel
16
Q
een neutrale organisatie
A
une organisation neutre qui ne dépend pas d’un gouvernement/ pays
17
Q
aussi
A
également
18
Q
een crisis situatie
A
une sitation de crise
19
Q
gewapend
A
armé
20
Q
voedsel crsis
A
crise alimentaire
21
Q
Conflicten
A
Les conflits
22
Q
Een natuurramp
A
une catastrophe naturelle
23
Q
de epidemieën
A
les épidemies
24
Q
een betoging
A
une manifestation
25
pays dans le nord de l'Afrique
Le Maghreb (=Algerie, Tunesie , Le maroc, Libia)
26
eerste nood
De première nécessité
27
psychologische hulp
une aide psychologique
28
De schok te boven komen
surmonter le shock
29
besmettelijk
contagieux
30
op te lopen/ krijgen
attraper
31
dood van het honger gaan
mourire de faim
32
veiligheid van de ploegen
La sécurité des équipes
33
LE DIH
les droits international humanitaire
34
vaderland
La patrie
35
verpleegkundigen
l'infirmier
36
vroedvrouw
sage-femme
37
zwangerschap
la grossesse
38
bevalling
un accouchement
39
zijn plan trekken
se débrouiller
40
labo guy
laborantin
41
