frans examen toets Flashcards
(328 cards)
1
Q
fichier informatique
A
computerbestand
2
Q
puces
A
chips
3
Q
naviguer
A
surfen
4
Q
clavier
A
toetsenbord
5
Q
écran
A
scherm
6
Q
souris
A
muis
7
Q
internautes
A
internetgebruikers
8
Q
adresse électronique
A
e-mailadres
9
Q
mémoire
A
geheugen
10
Q
émission
A
uitzending
11
Q
animateurs
A
presentatoren
12
Q
chaîne
A
televisienet
13
Q
publicité
A
reclame
14
Q
enregistré
A
opgenomen
15
Q
intérgrale
A
intergrale
16
Q
titre
A
titel
17
Q
diffusé
A
uitgezonden
18
Q
transmis
A
uitgezonden
19
Q
informations
A
nieuws
20
Q
locale
A
plaatselijk
21
Q
auditeurs
A
luisteraars
22
Q
téléspectateur
A
televisiekijker
23
Q
taux d’écoute
A
kijkdichtheid
24
Q
espace
A
ruimte
25
appreil photo
fototoestel
26
message
bericht
27
convention
overeenkomst
28
autorisé à
gemachtigd
29
adapté aux
aangepast aan
30
son
geluid
31
voix
stem
32
brancher
aan sluiten
33
modifié
gewijzigd
34
suscité
teweeggebracht
35
attentivement
aandachtig
36
interlocteurs
gesprekpartners
37
magazine
blad
38
interdiction
verbod
39
aux dépens de
ten koste van
40
expliquer
uitleggen
41
printer
imprimante
42
aangesloten
branchée
43
mailtje
mel
44
televisietoestel
téléviseur
45
radio
poste de radio
46
voorpagina
une
47
weekblad
hebdomadaire
48
speciale verslaggevers
envoyés spéciaux
49
typte
tapait
50
belde
donnait un coup de téléphone
51
blijft aan de lijn
restez en linge
52
terugbellen
rappeler
53
bericht achterlaten
laisser un massage
54
pakje
colis
55
gegevens
données
56
déterminé
vastberaden
57
courageux
moedig
58
adroite
handig
59
drôle
grappig
60
juste
eerlijk
61
prochain
naaste
62
désintéressement
onbaatzuchtigheid
63
douce
zacht
64
affection
genegenheid
65
contenter
tevreden stellen
66
persévérance
doorzettingsvermogeen
67
rêveur
dromerig
68
assuré
zelfverzekerd
69
volonté
wil
70
courtois
hoffelijk
71
capricieux
wispelturig
72
ambitieux
eerzuchtig
73
tranquille
rustig
74
rassurerr
geruststellen
75
soutenir
ondersteunen
76
solitaire
teruggetrokken
77
rendre compte de
verslag uitbrengen van
78
paresse
luiheid
79
coléreux
driftig
80
aviions l'intention de
hadden de bedoeling
81
me sens
voel me
82
justifier
rechtvaardigen
83
intérêt
belang
84
consciente de
bewust van
85
cruel
wreed
86
méchanceté
gemeenheid
87
hostiles à
onwelwillend tegenover
88
contester
betwisten
89
nier
ontkennen
90
moquer
spotziek
91
impitoyable
meedogenloos
92
sévère
streng
93
rigides
star
94
faux
onecht
95
distraite
verstrooid
96
bescheiden
discrète
97
verlegen
timide
98
eerlijk
honnête
99
oprecht
sincère
100
ongeduldig
impatiens
101
gul
génnéreux
102
passen zich aan
s'adaptent
103
overdrijf
exagères
104
gemeen
méchante
105
helpt
aide
106
lui
parreseux
107
doet zijn best
fait de son mieux
108
nieuwsgierig
curieuse
109
boos worden
se fâcher
110
vrolijk
gai
111
gestion
management
112
monétaire
munt
113
importe
is van belang
114
commercec
handel
115
enterprise
onderneming
116
succès fou
enorm succes
117
les deux tiers
tweederde
118
nuire à
schade berokkenen
119
vente
verkoop
120
changer
wisselen
121
compagnies
maatschappijen
122
compétitif
concurrerend
123
limiter
beperken
124
frais
kosten
125
renvoyer
terugsturen
126
subi des pertes
verliezen geleden
127
exploitation
bedrijf
128
richesse
rijkdom
129
bourse
beurs
130
avantager
bevoordelen
131
offre
bod
132
objectif
doelstelling
133
prêt
lening
134
bénéfice
winst
134
associé
compagnon
135
bilan
balans
136
croissance
groei
137
negocier
over onderhandelen
138
affaiblir
verzwakken
139
mettre à jour
bijwerken
140
vaut
is waard
141
d'occasion
tweedehans
142
faire face à
het hoofd biedeen aan
143
impôt
belasting
144
un sou
cent
145
commande
bestelling
146
fournisseur
leverancier
147
montant
bedrag
148
chiffre d'affaires
omzet
149
zuinig
économe
150
bankrekening
compte en banque
151
duur
cher
152
arm
pauvre
153
pinnpas
carte bancaire
154
pincode
code confidentiel
155
loket
guichet
156
rij
queue
157
rood staan
Etre à découvert
158
banken
banques
159
modezaak
boutique de mode
160
van lenen
emprunter
161
klanten
clients
162
boekhouding
comptabilité
163
sciences exactes
exacte wetenschappen
164
chercheur
onderzoeken
165
distinguer
onderscheiden
166
faire comprendre
duidelijk maken
167
étude
studie
168
eexpérience
proef
169
savoir-faire
know-how
170
fiables
betrouwbaar
171
télécharger
downloaden
172
exploration
onderzoek
173
essais nucléaires
kernproeven
174
détecter
op sporen
175
innovations
vernieuwingen
176
droit
recht
177
fondre
smelten
178
lutte
strijd
179
spatial
ruimte
180
altitude
hoogte
181
contredise
tegenspreekt
182
risque
gevaar
183
vérité
waarheid
184
recherche
onderzoek
185
impressionés
indruk op gemaakt
186
evolution
ontwikkeling
187
inventté
uitgevonden
188
degrés
graden
189
cobaue
proefkonijn
190
réformes
hervormingen
191
abuser
misbruik maken van
192
calculé
berekend
193
logicier
software
194
application
toepassing
195
banquise
ijsbank
196
maîtrise
beheerst
197
signalé
op gewezen
198
utiilisation
gebruik
199
surface
oppervlak
200
surdoué
hoogbegaafde
201
poser de questions
stellen vragen
202
geleerde
savant
203
onderzoeken
examiner
204
wetenschappelijk
scientifiques
205
rekenmachine
calculatrice
206
wiskunde
mathématiques
207
voorkomen
prévenir
208
arts
médecin
209
fabriek
usine
210
vernieuwing
innovation
211
snelheidscontroles
contrôles-radar
212
streepjescode
code-barres
213
bewijzen
prouverd
213
voorsprong
avance
214
raadloze
sans fil
215
computerspelletjes
jeux electroniques
216
kassa
caisse
217
santé
gezondheids
218
santé publique
volksgezondheid
219
guérison
genezing
220
décès
overlijden
221
cause
oorzaak
222
jeûner
vasten
223
couper
amputeren
224
soins
zorg
225
admettre
toevoegen
226
contagieusse
besmettelijk
227
condition physique
lichamelijke gesteldheid
228
saine
gezond
229
poison
gif
230
attrapé
opgelopen
231
bien-être
behaaglijk gevoel
232
garder le lit
in bed blijven
233
crise cardiaque
hartaanval
234
côte
rib
235
mattière grasse
vet
236
vue
gezichtsvermogen
237
rare
zeldzame
238
consulter
raadplegen
239
dentiste
tandarts
240
muscles
spieren
241
nutritionniste
voedingsdeskundige
242
apparences
schiijn
243
ruhme
verkoudheid
244
souffrant
een beetje ziek
245
yeux
ogen
246
repos
rust
247
fait effet
gewerkt
248
avaler
inslikken
249
poitrine
borst
250
piqûre
injectie
251
se dégrade
gaat achteruit
252
devoir
plicht
253
joui d'
genoten
254
peau
huid
255
soulager
verzachten
256
en vain
tevergeefs
257
verpleegkundige
infirmière
258
ziekenhuis
hôpital
259
apotheek
pharmacie
260
roken
fumer
261
koorts
fièvre
262
heb pijn
ai mal
263
pleister
sparadrap
264
gips
plâte
265
gaat het beter
¢a va mieux
266
had kiespijn
avais mal aux dents
267
pijnlijk
douloureux
268
beterschap
meilleure santé
269
spreekuur
consultation
270
wachtkamer
salle d´attente
271
heeft hoofdpijn
a mal à la tête
272
environnement
milieu
273
attribuée à
aan toegeschreven
274
empire
verslechtert
275
citadins
stadsbewoners
276
écologistes
milieubeschermers
277
réchauffement
opwarming
278
pluies acides
zure regen
279
mazoutés
met olie besmeurde
280
l'effet de serre
broeikaseffect
280
énergie solaire
zonne- energie
281
sauvegarder
bescherm
282
soucis
zorgen
283
incendies
branden
284
menacent
bedreigen
285
canadairs
blusvliegtuigen
286
comptent sur
rekenen op
287
polluuants
vervuilend
288
berger
herder
289
sol
bodem
290
propre
schone
291
déboisement
ontbossing
292
épuration
zuiveren
293
carburant
brandstof
294
fertile
vruchtbare
295
élevage
veehouderij
296
promoteur
projectontwikkelaar
297
avalanches
lawines
298
ruisseau
beekje
299
choisir
kiezen
300
époque
tijd
301
tard
laat
302
cesser de
ophouden
303
matières premières
grondstoffen
304
herbe
gras
305
erreur
vergissing
306
humanité
mensheid
307
paysans
boeren
308
mauvaise odeur
stank
309
forestières
bos
310
mauvaises herbes
onkruid
311
klimaat
climat
312
zon
soleil
313
luchtkwaliteit
qualité de l'air
314
verkeer
circulation
315
uitlaatgassen
gaz d'échappement
316
aarde
terre
316
lawaai
bruit
317
rusts
repos
318
platteland
campagne
319
boerderij
ferme
320
stilte
silence
321
wind
vent
322
paard
cheval
323
droogte
sécheresse
324
pas op met vuur
attention au feu
