gb het lichaam Flashcards
(81 cards)
1
Q
het lichaam
A
the body
2
Q
het menselijk lichaam
A
the human body
3
Q
vrouw
A
woman (mv. women)
4
Q
man
A
man (mv. men)
5
Q
jongen
A
boy
6
Q
meisje
A
girl
7
Q
vrouwelijk
A
female
8
Q
mannelijk
A
male
9
Q
bloed
A
blood
10
Q
vlees
A
flesh
11
Q
huid
A
skin
12
Q
hoofd
A
head
13
Q
gezicht
A
face
14
Q
ogen
A
eyes
15
Q
neus
A
nose
16
Q
oren
A
ears
17
Q
mond
A
mouth
18
Q
lippen
A
lips
19
Q
tand
A
tooth (mv. teeth)
20
Q
haar
A
hair
21
Q
blond
A
blonde
22
Q
nek
A
neck
23
Q
schouders
A
shoulders
24
Q
borst
A
chest
25
hart
heart
26
buik
stomach
27
armen
arms
28
elleboog
elbow
29
handen
hands
30
vingers
fingers
31
duim
thumb
32
billen
bottom
33
benen
legs
34
knieën
knees
35
voet
foot (mv. feet)
36
tenen
toes
37
links - linker-
left
38
rechts - rechter-
right
39
ademen
breathe
40
praten - spreken
talk - speak (speak-spoke-spoken)
41
lachen
laugh
42
huilen
cry
43
traan
tear
44
glimlachen
smile
45
bewegen
move
46
lopen
walk
47
rennen
run (run-ran-run)
48
gooien
throw (throw-threw-thrown)
49
duwen
push
50
trekken
pull
51
dragen - tillen
carry
52
schoppen
kick
53
slaan
hit (hit-hit-hit)
54
schudden
shake (shake-shook-shaken)
55
draaien
turn
56
zwaaien
wave
57
springen
jump
58
vallen
fall (fall-felt-fallen)
59
zitten
sit (sit-sat-sat)
60
staan
stand (stand-stood-stood)
61
liggen
lie (lie-lay-lain)
62
zien
see (see-saw-seen)
63
horen
hear (hear-heard-heard)
64
proeven
taste
65
ruiken
smell
66
aanraken
touch
67
hersenen
brains
68
de geest
the mind
69
denken - nadenken
think (think-thought-thought)
70
dromen
dream
71
weten - kennen
know (know-knew-known)
72
fantaseren - voorstellen
imagine
73
knap
good-looking - handsome - beautif
74
aantrekkelijk
attractive
75
lang
tall
76
klein
small
77
slank
slim
78
mager
skinny
79
dik
fat (= onbeleefd) - overweight
80
bril
glasses
81
beugel
braces
