geschiedenis juniexamens leerlijn + les 2/3/4 Flashcards
geschiedenis (80 cards)
agrarische of neolistishe (r)evolutie
de meer of minder geleidelijke overgang van een nomadische naar een sedentaire samenleving
ambacht
een beroep waarbij iets met de hand wordt gemaakt
aristocratie
de elite met politieke macht; het zijn de grootgrondbezitters; afkomsitg van het griekse woord ‘de beste aan de macht’
autocratie
een regeringsvorm met onbeperkte macht voor één persoon
burgerrechten
rechten voorbehouden aan de burgers
cultuur
het geheel aan gewoonte, ideeën en gebruiken van een samenleving ; wordt gevormd door de godsdienst, kunst, leefgewoonte, kennis en techniek
democratie
het volk heeft inspraak in het bestuur
dynastie
opeenvolgende heersers die tot hetzelfde familie beoren
filosofie
wetenschap die systematisch fundamenteel en kritische vragen stelt o.a. de mens, samenleving, kennis, waarheid, goed en kwaad en daarop met het verstand algemene antwoorden formuleren
geldeconomie
een economie waar geld als betaalmiddel wordt gebruikt
handel
het kopen en verkopen van producten
imperialisme
het streven van land naar uitbreiding van het grondgebied ten koste van andere landen of volkeren
jager-verzamelaar
iemand die overleeft door te jagen en voedsel te verzamelen
kolonisatie
in het klassieke oudheid het oprichte van een dochterpoleis door een moederpoleis: beide poleis zijn onafhankelijk van elkaar en drijven handel
kunstuiting
een product van menselijke creativiteit : bouwkunst, schilderkunst, beeldhouwkunst, literatuur, muziek, …
landbouw
akkerbouw, het bewerken van land
migratie
het verplaatsen van een groep van de ene plaats naar de andere
mondelinge traditie
het mondeling doorgeven van verhalen, van generatie op generatie
monotheïsme
het aanbidden en erkennen van slechts één god, het tegenovergestelde van polytheïsme
multiculturele samenleving
een samenleving met mensen uit verschillende culturen en godsdiensten
mythelogie
het geheel van myhten van een bepaalde cultuur bv. de griekse myhtelogie
natuurgodsdienst of natuurreligie
een godsdienst die gebasseerd is op natuurverschijnsels en waarbij men ze aanbiedt
nomadische samenleving
een groep mensen met een nomadische leefwijze
ongelijkheid
er zijn verschillende sociale groepen, met meer of minder aanzien macht en rijkdom