H3: Verzekeringen (deel 2) Flashcards

(26 cards)

1
Q

WA (autoverzekering)

A

Wettelijke aansprakelijkheidsverzekering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

WAM (autoverzekering)

A

Wet aansprakelijkheid motorrijtuigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

WA + beperkt casco

A

aansprakelijkheid + risico op aantal soorten schade verzekerd

  • diefstal - ruitbreuk - brand - storm & hagel - inbraak - aanrijding dieren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

WA + volledig casco

A

aansprakelijkheid + alle schade verzekert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

ongevallen verzekering

A

schade verzekert door een ongeval

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

rechtsbijstand verzekering

A

dekking juridische bijstand bij een conflict

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

arbeidsongeschiktheidverzekering (inkomensverzekering)

A
  1. beroepsarbeidsongeschiktheid (rekening houdend met beroep klant)
  2. passend arbeid (vervangende arbeid bij ongeschiktheid)
  3. gangbare arbeid (welke arbeid klant nog kan verrichten. zonder beroep of werkervaringen mee te nemen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

woonlastenverzekering (inkomensverzekering)

A

vast bedrag per maand verzekert waarmee woonlasten (gedeeltelijk) kunnen worden betaald

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

ongevallenverzekering (inkomensverzekering)

A

vooraf afgesproken bedrag in geval van overlijden of blijvende invaliditeit bij ongeval

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

basiszorg

A
  • huisarts
  • verblijf ziekenhuis
  • ambulancevervoer
  • tandarts voor kind tot 18 jaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

verplicht eigen risico

A

385 minimaal

vrijwillig te verhogen naar 885 euro voor lagere premie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wie zijn vrijgesteld van een verplichte zorgverzekering?

A
  • militairen
  • gemoedsbezwaarden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

levensverzekering

A

particulaire verzekering die uitkeert op een bepaalde datum in leven te zijn of bij overlijden verzekerde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

kapitaalverzekering

A

uitkering ineens bij overlijden en/of in leven te zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

overlijdensrisico verzekering

A

tijdelijk kapitaalverzekering die uitkeert bij overlijden voor bepaalde datum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

kapitaalverzekering bij leven

A

eenmalig bedrag als verzekerde nog leeft op vooraf afgesproken einddatum

17
Q

gemengde kapitaal verzekering

A

keert uit bij eerder overlijden of nog in leven te zijn op eind datum

18
Q

Pensioenverzekering

A

Privé - Lijfrente
Werkgever - Ouderdomspensioen, arbeidsongeschiktheid en nabestaandenpensioen
overheid - aow uitkering

19
Q

ouderdomspensioen

A

wanneer men de pensioenleeftijd bereikt

20
Q

nabestaanden pensioen

A

wanneer pensioenrechtige als deelnemer overlijdt

partnerpensioen en wezenpensioen

21
Q

arbeidsongeschikten pensioen

A

als deelnemer aan pensioenregeling arbeidsongeschikt raakt

22
Q

pensioenopbouwsystemen

A
  1. eindeloonregeling (laatste salaris)
  2. middelloonregeling (gemiddeld salaris)
  3. beschikbare premieregeling (afhankelijk van ingelegde premie en beleggingsresultaten)
23
Q

wanneer wordt iemand als partner gezien?

A

bij een geregistreerd partnerschap, huwelijk of samenlevingsovereenkomst

Recht op nabestaandenpensioen

24
Q

wat gebeurt er bij een scheiding?

A

alleen bij beëindigen huwelijk of geregistreerd partnerschap heeft ex recht op deel pensioen ex partner

25
wie hebben er geen recht op pensioen partner?
mensen met een samenlevingscontract of zonder officiële afspraken
26