H3 Wonen in Nederland Flashcards
(44 cards)
wat zijn de kenmerken van een stad? (6)
-veel en dichtbij elkaar bebouwing
-hoogbouw
-hoge bevolkingsdichtheid
-veel voorzieningen, werkgelegenheid en opleidingen
-aantrekkelijk voor jongeren
-sterke groei sinds 1850
wat zijn de stappen tot een stad?
Agglomeratie (een aaneenschakeling van woonplaatsen (steden en dorpen) waarvan de inwoners zich gedragen alsof zij in één stad wonen)
→ stadsgewest (= stedelijk gebied kwa functie)
→ stad
wat is suburbanisatie en waarom gebeurde het?
suburbanisatie (vanaf 60’-70’)= de migratie van mensen vanuit de stad naar het omringende platteland, waardoor platteland verstedelijkt
Omdat:
1.slechte leefomstandigheden
2. welvaart nam toe–>meer autos–> je kon verder weg gaan wonen van werk/stad
wat is het ruimtelijke beleid van de overheid na/tijdens de suburbanisatie?
-overheden willen suburbanisatiegolf sturen door
groeikernenbeleid: dorpen uitkiezen die sterk mogen groeien
wat zijn gevolgen van suburbanisatie?
1.Bevolking steden neemt af door suburbanisatie
–> Maatregel: nieuwbouwwijken bouwen aan de rand van de stad, meer hoogbouw in stad
–>Gevolg: re-urbanisatie= het opnieuw toenemen van het bevolkingsaantal
wat houd het compacte stadsbeleid in?
Compact stadsbeleid: meer mensen en bedrijven moeten zich kunnen vestigen in het centrum→ verdichting (hoogbouw, herontwikkeling vervallen industrieterrein en leegstaande gebouwen)
wat zijn Vinex-locaties?
nieuwbouwlocaties die zo dicht mogelijk bij de stadscentra liggen zodat de bewoner verbonden blijft met de stad
kenmerken historische binnenstad/centrum: (7)
-dateren vaak uit middeleeuwen
-oude gebouwen en waterwerken die doen denken aan vroegere functie
-veel kerken en kloosters
-veel horeca en winkels, weinig inwoners (vooral voor toerisme)
-gebouwen staan dicht op elkaar
-alle gebouwen zijn verschillend
-smalle kronkelige wegen
3 redenen voor gebrek aan historische binnenstad?
- Bombardementen WW2
- Dorpen die aan elkaar zijn gegroeid
- Nieuwe steden
kenmerken Central Business District: (4)
-soms ipv historische binnenstad
-hoogbouw
-kantoren, winkels, appartementen
-meestal het centraal station
hoe en waarom zijn arbeiderswijken gebouwd?
-tegen historische binnenstad aan
-gebouwd tussen 1870 en 1900 als arbeiderswoningen voor (fabrieks)arbeiders
-kleine woningen, dicht op elkaar, slechte kwaliteit en geen waterleiding en riolering
-niet-groen, niet-kindvriendelijk
-later gerenoveerd
hoe en waarom zijn vooroorlogse wijken gebouwd?
-door urbanisatie (explosieve bevolkingsgroei) meer woningbouw
-2 maatregelen:
In de woningwet (1901) staat waaraan een woning aan moet voldoen
Oprichten woningbouwverenigingen: betaalbare huurwoningen bouwen en verhuren
-verder van het centrum: lagere grondkosten→ruimer bouwen, meer groen
-jaren 30’ huizen nog steeds heel populair
kenmerken van een naoorlogse wijk?
-veel etage- of portiekwoningen
-ook laagbouw
-best veel groen en parkeerruimte
hoe en waarom zijn naoorlogse wijken gebouwd?
Na WW2 woningnood:
-vernielingen tijdens oorlog
-weinig bouwactiviteit tijdens oorlog
-geboortegolf (babyboom) direct na oorlog
Focus overheid op systeembouw:
-vast patroon bij bouwen
-beton
-op maat gemaakt in fabriek
-hoogbouw
wat gebeurde er rond de jaren 60’ in de naoorlogse wijken?
- vertrokken veel bewoners die het zich konden veroorloven uit de naoorlogse wijken
- op zoek naar minder gehorige woningen met een tuin in een aantrekkelijkere wijk
- hun relatief goedkope woningen werden ingenomen door onder andere gastarbeiders
wat zijn slaapsteden?
steden waarvan een groot aantal van de bewoners in een andere stad werkt
wat is transformatie?
het door een verbouwing veranderen van de functie van bestaande gebouwen
wat is herstructurering?
process waarbij verouderd en verloederd gebied in de stad planmatig en meestal grootschalig wordt vernieuwd
wat houd het vinex-beleid in?
Vinex-beleid: vanaf 1991 naast compact-stadsbeleid, grote nieuwbouwwijken
Doel: landelijk gebied blijft onbebouwd, stimuleren ov en fietst (tevergeefs), minder eentonige architectuur
wat hield het deconcentratiebeleid in?
een beleid dat in de jaren 1960 en 1970 werd geïntroduceerd en gericht was op het decentraliseren van de macht en het verplaatsen van administratieve en bestuurlijke taken van de centrale overheid naar lagere overheidslagen, zoals de provincies en gemeenten. Het doel was om de besluitvorming dichter bij de burger te brengen en te zorgen voor een effectievere en efficiëntere overheid, met meer ruimte voor lokale autonomie
wat hield het compactestadsbeleid in?
een stedelijk beleid in Nederland dat in de jaren 90 van de 20e eeuw werd geïntroduceerd en gericht was op het bevorderen van verdichting en herstructurering van bestaande steden, in plaats van het uitbreiden van stedelijke gebieden naar de buitengebieden (ruimtelijke expansie). doel= compact, duurzaam, leefbaar
wat is leefbaarheid?
=hoe aantrekkelijk/geschikt een gebied is om te wonen of te werken, is subjectief
waar hangt de leefbaarheid van een stad vanaf? (8)
-voorzieningen
-type woningen
-type bewoners
-hoe bewoners de omgeving beleven
-veiligheid
-sociale cohesie
-vergrijzing
-functies gemengd vs. functies gescheiden in een stad (industrie/woon/recreatie terrein)
hoe kun je de leefbaarheid van een stad verbeteren? (3)
Kan worden verbeterd door: herinrichting, toezicht, en toepassing digitale hulpmiddelen