H4 Flashcards
(111 cards)
1
Q
wereldreizigers
A
globetrotters
2
Q
de reiziger
A
traveller
3
Q
de verandering
A
change
4
Q
door… trokken
A
to travel
5
Q
beleven
A
to experience
6
Q
hoe… hoe
A
the… the…
7
Q
spreekt … aan
A
to appeal
8
Q
eenmaal
A
just, simply
9
Q
ontdekken
A
to discover
10
Q
de blik
A
perspective, look
11
Q
vanzelfsprekend
A
obvious
12
Q
ontbreekt
A
to miss, to lack
13
Q
gewaardeerd
A
to appreciate
14
Q
de bestemming
A
destination
15
Q
spannend
A
exciting
16
Q
zwerven
A
to wander
17
Q
zelden
A
rarely
18
Q
verrast
A
to surprise
19
Q
geëindigd
A
to end (with)
20
Q
het zandstuifgebied
A
sand drift region
21
Q
de heide
A
heath, heather
22
Q
bloeide
A
to bloom
23
Q
rook
A
to smell
24
Q
tegenslagen
A
setbacks
25
tochten
tours, trips
26
sowieso
anyway
27
opvangen
to deal with, to catch
28
de eend
duck
29
de eilandengroep
archipelago
30
het vogelparadijs
bird paradise
31
waaide
to blow (wind)
32
enorm
enormous(ly)
33
schuilen
to shelter (from)
34
dropen
to be soaked, to drip
35
de regen
rain
36
Het gaat erom...
What matters...
37
ermee
with it
38
de groepsreis
group holiday
39
boeken
to book
40
genoten
to enjoy
41
de zandplaat
sandbank
42
strandvogels
shorebirds
43
zeehonden
seals
44
de zee
sea
45
de duisternis
darkness
46
ervaren
to experience
47
kanotochten
canoe trips
48
waarbij
in which
49
wildkamperen
wild camping
50
wild
wild
51
kamperen
to camp
52
verwacht
to expect
53
vullen
to fill
54
gekleurde
tinted
55
halfvol
half full
56
halfleeg
half empty
57
leeg
empty
58
de hittegolf
heatwave
59
de golf
wave
60
ooit
ever, once
61
eindelijk
finally
62
aangebroken
to arrive, to come
63
de stap
step, pace
64
broeierig
humid, muggy
65
het dekbed
duvet, quilt
66
heet
hot
67
koelt... af
to cool down
68
nauwelijks
hardly
69
vanwege
because of
70
muggen
mosquitoes
71
krappe
tight
72
de klamboe
mosquito net
73
doet... dicht
to close
74
hoog
high
75
ijskoud
freezing cold
76
in je eentje
on your own
77
balen als een stekker
to be seriously fed up with
78
baalt
to be fed up (with)
79
kruipt voorbij
to drag on
80
voorbij
past
81
kruipen
to crawl
82
vanuit
from
83
de kantoorkoelkast
office refrigerator
84
de koelkast
refrigerator
85
de warmte
heat
86
val... flauw
to faint
87
flauw
faint, bland
88
uitgeput
exhausted
89
de stemming
mood
90
benauwder
stuffy, muggy
91
zet... open
to open
92
het weerbericht
weather forecast
93
het bericht
message
94
houd ... vol
to persevere
95
de zwemkleding
swimwear
96
de spiegel
mirror
97
fris
fresh
98
zwoel
sultry
99
knus
cosy
100
doorwerken
to keep working
101
comfortabel
comfortable
102
koele
cool
103
loom
lethargic
104
ontspannen
relaxed
105
zich ontspannen
to relax
106
valt... mee
to be better than expected
107
de avondlucht
evening air
108
stromen
to flow
109
dikker
fat
110
afvallen
to lose weight
111
wachten (op)
to wait (for)
