H8 t/m H13 Flashcards

(26 cards)

1
Q

vaste voortekens

A

de voortekens die bij de sleutel staan en betrekking hebben op het hele stuk en alle octaafreeksen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

toevallige voortekens

A

de voortekens die random in een maat voorkomen, gelden alleen tijdens die maat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

interval

A

de afstand in hoogte tussen twee tonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

harmonisch interval

A

wanneer de tonen van een interval gelijktijdig klinken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

melodisch interval

A

wanneer de tonen van een interval na elkaar klinken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

toonladder

A

vaste reeks van opeenvolgende toonsafstanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat maakt de toonladder?

A

De afstanden tussen de tonen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Grote-terts toonladder

A

majeur toonladder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

stamtoonreeks

A

een toonladder die uit alleen stamtonen bestaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe bouw je een majeur toonladder op qua intervallen?

A

1 - 1- 1/2 - 1 - 1 -1 -1/2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe noemen we de eerste toon van een toonladder?

A

De grondtoon of tonica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Diatonische toonladders

A

Toonladders die uit twee soorten toonafstanden bestaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Chromatische toonladders

A

toonladders die alleen halve afstanden gebruiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Pentatonische toonladders

A

toonladders bestaande uit 5 tonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Drieklank

A

Het samenklinken van 3 verschillende tonen: een toon (prime), de terts op die prime en de kwint op diezelfde prime.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe speel je de tonen van een drieklank lang gebroken?

A

arpeggio style: volledige toonladder van beneden naar boven & weer terug

17
Q

Hoe speel je de tonen van een drieklank kort gebroken

A

Speel telkens 4 tonen van de drieklank, dan weer 4 tonen maar vanaf de volgende toon in de drieklank enz.

18
Q

Wat hoor je als een geluidsgolf regelmatig is?

19
Q

Wat hoor je als een geluidsgolf onregelmatig is?

20
Q

Wat zijn de houten blaasinstrumenten?

A

Blokfluit, fluit, hobo, klarinet, saxofoon, fagot

21
Q

Wat zijn de koperen blaasinstrumenten?

A

trompet, trombone, cornet, buge, bariton, hoorn en tuba

22
Q

Wat zijn de gestreken snaarinstrumenten?

A

viool, altviool, viola da gamba, cello en contrabas

23
Q

Wat zijn de getokkelde snaarinstrumenten?

A

gitaar, mandoline, harp, spinet en klavecimbel

24
Q

Wat zijn de aangelsagen snaarinstrumenten?

25
Wat zijn de slaginstrumenten met vel?
trommel, pauk, tamboerijn, bongo
26
Wat zijn de slaginstrumenten waarbij het instrument zelf gebruikt wordt?
beken, gong, xylofoon, vibrafoon, triangel