H9.1: Vitamines en deficiënties (inclusief weekinleiding) Flashcards

(51 cards)

1
Q

er zijn essentiële aminozuren

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wanneer heeft een voedingseiwit een hoge biologische waarde?

A

als alle essentiële aminozuren aanwezig zijn in de onderlinge verhouding nodig voor de mens (ei, melk, vlees)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat gebeurt er als je te weinig van een bepaald essentieel aminozuur binnenkrijgt?

A

dan ga je je eigen eiwitten afbreken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

vetzuren

A
  • polyonverzadigde vetzuren
  • mono-onverzadigde vetzuren
  • verzadigde vetzuren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

polyonverzadigde vetzuren

A
  • omega-3
  • omega-6
  • omega-9
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

verzadigde vetuzren

A
  • langketen
  • mediumketen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat zijn essentiële vetzuren?

A
  • omega-3 (n-3)
  • omega-6 (n-6)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

n-6

A

dan is de eerste onverzadigdheid vanaf de methylkant de 6de binding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

welke onverzadigdheid kan ons lichaam zelf aanbrengen?

A

9 plaatsen vanaf de carboxylgroep (oliezuur)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat voor onverzadigdheid brengen wij zelf aan

A

cis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

waar kunnen wij onverzadigdheden zelf toevoegen?

A

aan de rechterkant (de carboxylkant)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

omega-3

A
  • visolie
  • walnoten

= hersenfunctie
= visus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

omega-6

A
  • plantenolie

= ontsteking
= plaatjesaggregatie
= vasodilatatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

monoonverzadigde vetzuren

A

olijfolie

= in membranen als bouwsteen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

verzadigde vetzuren

A

dierlijk vet
trans vetzuur
= energie vet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

volgorde van gezond naar ongezond

A

omega-3 > omega-6 > monoonverzadigde vetzuren > verzadigde vetzuren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

cis-vetzuren

A

knik => flexibiliteit in membraan

= goed !!!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

functies voedingsvezels

A
  • vertraagt vertering (lagere glycemische index want het duurt langer voordat glucose vrijkomt)
  • langer verzadigingsgevoel
  • bindt galzure zouten
  • goed voor darmperistaltiek
  • bevordering darmflora
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

waarom zijn vitamines belangrijk?

A

het zijn cofactoren voor belangrijke enzymen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

vetoplosbare vitamines

A

ADEK => genregulatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

wateroplosbare vitamines

22
Q

vit B1

23
Q

thiamine functie

A

aldehydegroep transfer

24
Q

vit B2

25
riboflavine (B2) functie
elektronenpaar transfer bij FAD
26
vit B3
niacine tegen atherosclerose door stoppen van lipolyse in aders
27
niacin functie
elektronenpaar transfer bij NADH
28
vit B5
panthotenaat
29
panthotenaat
onderdeel van CoA; overdracht acylgroepen dus bij activering van vetzuren
30
vit B6
pyridoxine
31
pyridoxine
aminogroep transfer
32
vit B8
biotine
33
biotine
carboxylgroep transfer
34
vit A en D
ligand bij transcriptiefactoren A = retinol (visus )
35
vit C
anti-oxidant collageen synthese synthese carnitine en noradrenaline
36
vit E
anti-oxidant lipofiel
37
vit K
carboxylering
38
lichaamsvoorraden van vitamines verschillen sterk
Vit B12 en A gaan jaren mee foliumzuur en thiamine maar een maand
39
vit A te veel
- teratrogeen tijdens zwangerschap - kind krijgt misvormingen
40
vit B deficiënties
- depressie - dermatitis - diarree
41
vit B1 deficiëntie
- beriberi - WK
42
beriberi
- spierzwakte - oogspierverlamming - reukproblemen 2 vormen: - nat: slechte hartfunctie - droog: zenuwen en spieren slecht komt door eenzijdige rijstvoeding
43
WK
- oogspierverlamming - desorientatie - extreem geheugenproblemen - coma/dood komt door alcoholisme
44
TPP
de werkende vorm van vit B1 DEHYDROGENASE - pyruvaat dehydrogenase (aerobe glycolyse) - alfa-ketoglutaraatdehydrogenase - vertakt alfaketozuurdehydrogenase (aminozuurafbraak) - transketolase (pentose-fosfaat shunt) - acetylcholesynthese
45
vit B6 functies
transaminases (gluconeogense en ureumcyclus) fosforylase (glycogenolyse)
46
biotine (vitB8) functies
carboxylase (bv proprionylCoAcarboxylase)
47
proprionylcoacarboxylase
zorgt ervoor dat er glucose kan worden gemaakt van aminozuren en oneven vetzuren
48
anemie mogelijke oorzaken
- vitB12 deficiëntie of foliumzuur - vitE deficiëntie - ijzertekort
49
vit C deficiëntie
scheurbuik: - huidbloeding - neusbloeding - gezwollen, pijnlijk tandvlees - tanduitval8
50
vit E deficientie
HVZ
51