HC 3, Positivisme en Hermeneutiek

Question 1

Kant over Hume

Answer 1

“Ik geef eerlijk toe, de waarschuwing van Hume was precies hetgeen vele jaren geleden wat voor het eerst mijn dogmatische sluimer doorbrak en mijn onderzoeken op het gebied van speculatieve filosofie een geheel andere richting gaf. “ gaat over dat je wel kunt geloven dat iets waar is maar dit niet kunt weten

Question 2

Wat voor werk deed Kant

Answer 2

Hij was astronoom, maar vond na de doorbreking van zijn dogmatische sluimer dat we de natuurwetten niet kunnen rechtvaardigen, doordat oorzaak-gevolg niet te rechtvaardigen is.

Question 3

Waar geeft Kant Hume gelijk in?

Answer 3

Als we een uitspraak hebben als ‘alle kaarsen smelten in de zon’ kunnen we niet via zintuigen vaststellen dat deze zin waar is

Question 4

Waar geeft Kant Hume ongelijk in?

Answer 4

We kunnen volgens Kant wel degelijk vaststellen door een combinatie - een synthese - van rationalisme en empirisme dat de zin ‘ alle kaarsen smelten in de zon’ waar is

Question 5

Uitspraak Kant over combinatie rationalisme en empirisme

Answer 5

Zonder zintuiglijkheid zou ons geen object gegeven worden, en zonder verstand zou er geen object worden gedacht. Deze twee vermogens of capaciteiten kunnen hun functies ook niet uitwisselen. Het verstand kan niets aanschouwen en de zintuigen kunnen niets denken. Alleen uit hun vereniging kan kennis ontstaan

Question 6

Hoe combineer Kant rationalisme en empirisme

Answer 6

Door de combinatie van 2 begrippenparen, a priori en a posteriori en analytisch en synthetisch

Question 7

A priori

Answer 7

Toegangelijkheid zonder naar de werkelijkheid te kijken, bv een zus is een vrouw

Question 8

A posteriori

Answer 8

hiervoor moet je naar de werkelijkheid kijken, in een pot chili zitten 73 bonen

Question 9

Synthetisch oordeel

Answer 9

Vermeerdert je kennis, bv sommige lichamen zijn zwaar, we willen meer kennis dus hierin zijn we geinteresseerd

Question 10

Analytisch oordeel

Answer 10

Vermeerdert je kennis niet, maar analyseert wat je al weet, bv elk lichaam is uitgebreid, driedimensionaal

Question 11

A priori analystisch voorbeeld

Answer 11

Elk lichaam is uitgebreid

Question 12

A posteriori analytisch voorbeeld

Answer 12

Bestaan niet. Als je al weet dat iets waar is hoef je het niet meer te onderzoeken

Question 13

A priori synthetisch oordeel

Answer 13

5 + 7 = 12 (rationalisme)

Question 14

A posteriori synthetisch voorbeeld

Answer 14

Dit is een geel boek (Empirisme)

Question 15

Welke 2 dingen wil Kant laten zien met zijn begrippenparen?

Answer 15

1. Er is synthetische kennis a priori mogelijk
2. Het is een synthetisch a priori oordeel dat de wereld causaal gestructureerd is

Question 16

Welke werelden zijn er volgens Kant

Answer 16

De noumenale en fenomenale wereld

Question 17

Noumenale wereld

Answer 17

De wereld op zich, hier is geen kennis over mogelijk

Question 18

Fenomenale wereld

Answer 18

De wereld hoe deze aan ons verschijnt, hier is wel kennis over mogelijk

Question 19

Over welke wereld gaan synthetisch a priori?

Answer 19

De fenomenale wereld, niet de noumenale wereld

Question 20

Transcendentaalfilosofie

Answer 20

De voorwaarden uit leggen waaronder kennis mogelijk is. Trancendentaal = de mogelijkheidsvoorwaarden van kennis betreffend. Hier zijn de vormen van de waarneming en de categorien van ons verstand van groot belang

Question 21

vormen van de waarneming bij transcendentaalfilosofie

Answer 21

De vormen van de waarneming zijn ruimte en tijd. Op een of andere manier zorgen de dingen uit de noumenale wereld ervoor dat de wereld altijd aan ons verschijnt in tijd en ruimte

Question 22

Categorien van het verstand bij transcendentaalfilosofie

Answer 22

Er zijn 4 verschillende categorien waar je je waarnemingen in kunt plaatsen. Een van die categorien is substantie. Als iets de categorie substantie heeft en we het in ruimte en tijd waar kunnen nemen kunnen we er kennis van hebben. Causaliteit is er ook een van

Question 23

Synthese

Answer 23

Kant heeft een koppeling gemaakt tussen het empirisme en rationalisme. We kunnen alleen kennis hebben als de zintuigen en het verstand samenwerken.

Question 24

De copernicaanse wending van kant

Answer 24

De wereld legt geen structuur aan ons op, maar wij aan de wereld

Question 25

Problemen voor kant

Answer 25

- Hij zegt dat de noumenale wereld onkenbaar is, maar hoe kan hij dan zeggen dat de dingen op zich ervoor zorgen dat wij gewaarwordigen hebben, dat kan hij helemaal niet beweren. - Kant dacht dus dat we kennis hadden van bijvoorbeeld de natuurwetten van newton. Maar die kunnen dan niet onwaar zijn. Later bleek dat dus wel. - Kant meent echte kennis te hebben over de fenomenale wereld, maar dat is niet heel bevredigend. Kant let de lat laag, en een scepticus zal zeggen dat dit dus betekend dat we geen kennis van de echte wereld kunnen hebben

Question 26

2 opvattingen voor de methode van wetenschap bij sociale wetenschappen

Answer 26

- Positivisme - Hermeneutici

Question 27

Positivisme

Answer 27

We moeten de methode uit de natuurwetenschappen toepassen op sociale wetenschappen

Question 28

Hermeneutici

Answer 28

We moeten een andere methode, een speciaal voor de sociale wetenschappen gebruiken om daar onderzoek te doen

Question 29

Wie bedacht de naam positivisme

Answer 29

Auguste Comte

Question 30

Wat wilde Comte

Answer 30

De sociale problemen in de Franse wetenschap oplossen. Na de Franse revolutie was er nog veel ongelijkheid

Question 31

Waar lag volgens Comte de oplossing van de sociale problemen?

Answer 31

In de consensus over de grondslagen van de samenleving. In de politiek bestaat geen methode om tot consensus te komen, in de wetenschap wel. We moeten dus de methode van de wetenschap toepassen op sociale problemen. Dit moeten we doen door de beginselen van het positieve denken vast te leggen

Question 32

Wie was de grondlegger van de sociologie

Answer 32

Auguste Comte

Question 33

Van wie was de wet van de drie stadia?

Answer 33

Auguste Comte

Question 34

Wet van de drie stadia

Answer 34

Samenlevingen, en de wetenschap in die samenlevingen doorlopen altijd 3 stadia - Theologische of fictieve stadium - Metafysische of abstracte stadium - Het positieve, reele of wetenschappelijke stadium

Question 35

Kenmerken theologisch stadium

Answer 35

Een geloof in bovennatuurlijke wezens en krachten

Question 36

3 substadia van het theologisch stadium

Answer 36

- Animisme - Polytheisme - Monotheisme

Question 37

Animisme

Answer 37

Het toeschrijven van een geestesleven, zelfs aan materiele dingen

Question 38

Kenmerken metafysisch stadium

Answer 38

Het toeschrijven van krachten, essenties en vermogens ter verklaring van fenomenen

Question 39

Voorbeeld metafysisch stadium

Answer 39

Leven wordt verklaard doordat er een levenskracht in ons zou zitten

Question 40

Kenmerken positieve stadium

Answer 40

Het verklaren van fenomenen door te zoeken naar de causale en mechanistische verklaringen. Deze vinden we alleen door voorzichtige observatie

Question 41

In welk stadium zit de psychologie nu

Answer 41

Op dit moment in het positieve stadium. Vragen zijn bv wat veroorzaakt ASS? We hebben nu het geloof dat om dit te onderzoeken we materialisten moeten zijn, en dit niet ophangen aan een of andere ziel

Question 42

Voorbeelden van dingen die geinterpreteerd kunnen worden

Answer 42

- Het verhaal van Icarus die te dicht bij de zon kwam - Het in de middeleeuwen ontcijferen van de bijbel - Rond de 18e eeuw was hermeneutiek de methode om moeite teksten te interpreteren - In de 19e eeuw werd het gezien als een wetenschappelijke methode die tegenover die van de natuurwetenschappen staat

Question 42

Hermeneutike techne

Answer 42

Vaardigheid in het interpreteren. Ging oorspronkelijk over mythische verhalen, is het de werkelijkheid of een boodschap

Question 43

Waarom is er volgens hermeneutici een andere methode nodig

Answer 43

Mensen zijn meer dan alleen fysieke objecten en dienen daarom ook anders benaderd te worden, niet alleen via de natuurwetenschappelijke methode

Question 44

De Verstehende methode

Answer 44

De sociale wetenschappen willen verstehen (begrijpen) in de termen van redeneren. Ze willen het Waarom weten

Question 45

De erklarende methode

Answer 45

Natuurwetenschappers willen erklaren (verklaren) in de termen van oorzaak en gevolg. De vraag is Hoe iets werkt

Question 46

Waar moet je volgens hermeneutici dus als psycholoog naar kijken?

Answer 46

De redenen waarom iemand zich op een afwijkende manier gedraagt. Als je wil weten waarom iemand met een autisme spectrum stoornis zich gedraagt zoals die doet, zoek je niet naar een onderliggende oorzaak maar naar de redenen

Question 47

Hoe doen de moderne wetenschappen onderzoek?

Answer 47

Met name aan de hand van erklaren, aan de hand van de natuurwetenschappelijke methode. Er wordt weinig hermenautisch gewerkt

Question 48

Wat zeggen moderne filosofen Habermans en Gadamer?

Answer 48

Je komt nooit los van je eigen achtergrond, je interpreteert anderen altijd met je eigen ideeen, waardoor het resultaat altijd subjectief is. Als wetenschap objectief dient te zijn is verstehen geen wetenschappelijke methode