HC 5 Flashcards

(28 cards)

1
Q

Optimal allocation

A

Hoe je beschikbare middelen het beste kunt gebruiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Economisch aspect

A

Een gedeelte van het probleem heeft te maken met (optimale) toewijzing van schaarse middelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Division of labour

A

Het splitten van een gehele taak in kleine componenten die afzonderlijk uitgevoerd worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Economics of specialization

A

Specialiseren in de afzonderlijke componenten van division of labour

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Instituties

A

Geschreven en ongeschreven regels en wetten die door de samenleving zijn opgesteld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Institutional comparative advantages

A

Als de omgeving verandert, moeten instituties ook veranderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Neoklassieke economie

A

Rationele spelers streven alleen hun eigen belang na, organisatie wordt bestuurd door 1 rationale actor met
enkel winstmaximalisatie als doel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Transitive

A

De voorkeursvolgordes van goederen die de consument overweegt aan te schaffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Utility

A

De tevredenheid die consumenten krijgen van het hebben van goederen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Budget line

A

De lijn die de bereidheid van betalen weergeeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Homo economicus

A

Rationele beslisser die alleen in eigen behoeften geïnteresseerd is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welvaart

A

De situatie die van productiviteit afhankelijk is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Contingent claims contract

A

Afspraken worden gemaakt en vastgelegd over de kwaliteit en prijzen van de goederen afhankelijk van de kwaliteit die geleverd gaat worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Compleet contract

A

Alle mogelijke toekomstige voorvallen worden ingedekt met de vastgelegde afspraken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Incompleet contract

A

Niet alle mogelijke toekomstige voorvallen worden ingedekt met de vastgelegde afspraken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Price-taker zijn

A

Geen invloed hebben op de prijs

17
Q

Sufficient statistic

A

Samenstelling van alle benodigde informatie

18
Q

Marktfalen

A

De optimale welvaart wordt niet bereikt

19
Q

Informatie symmetrie

A

Alle partijen beschikken allemaal over dezelfde informatie

20
Q

Informatie asymmetrie

A

De betrokken partijen hebben niet allemaal dezelfde informatie

21
Q

Adverse selection

A

(Opportunistisch) gebruik van informatie asymmetrie voordat een contract wordt getekend / overeenkomst wordt gesloten

22
Q

Signalling

A

Indirecte wijze van bewijs tonen dat de waarheid wordt gesproken

23
Q

Screening

A

Strategie om de ander te verleiden om zelf te kiezen uit meerdere opties en ze daardoor de waarde van hun informatie te laten onthullen

24
Q

Risico pooling

A

Risicoverdeling

25
Risico redistributie
Manier van handelen waarbij door andere activiteiten wordt gezorgd voor verkleining van risico's
26
Morzal hazard
Informatieprobleem waarbij een actor ander gedrag gaat vertonen nadat het contract is afgesloten (Opportunistisch) Ander gedrag, mogelijk gemaakt door informatie asymmetrie, nadat een contract is getekend / overeenstemming is bereikt
27
Paradox of information
Het toekennen van waarde aan informatie kan alleen door het vrijgeven van informatie
28
Sharing economy
Het is mogelijk om goederen en kennis te delen met anderen