Hepar en Vesica Biliaris

Question 1

Welke 3 plekke op de lever zijn niet omgeven door peritoneum?

Answer 1

De area nuda, waar de lever tegen diafragma aan zit. De porta hepatis, waar het lig.hepatoduodenale de lever bereikt en de fossa vesica biliaris.

Question 2

Hoe zit de lever aan de ventrale buikwand vast? Als je naar caudaal gaat wat wordt deze structuur en wat was deze structuur?

Answer 2

lig. falciforme. Dit wordt richting caudaal lig. teres hepatis en het was de vena umbillicalis.

Question 3

Hoe is de lever verbonden met diafragma?

Answer 3

lig, falciforme gaat richting craniaal opsplitsen in het lig. coronariae anteriores dextra en sinistra. Deze komen samen met de lig. coronariae posteriores en vormen samen de ligg. triangulare dextra en sinistra

Question 4

Hoe wordt de vena cava inferior aan het leveroppervlak bevestigt en van wat is dit een overblijfsel?

Answer 4

Lig. venosum, overblijfsel van de ductus venosus (was een shunt tussen v. umbillicalis en v cava inf.)

Question 5

Welke lijn scheidt de linker en rechter leverhelft bij een hepatectomie>

Answer 5

Cantlie’s line.

Question 6

Waaruit komt de a. cystica>

Answer 6

Uit de a hepatica dextra.

Question 7

Wat is de aberrante a hepatica dextra?

Answer 7

De a. hepatica dextra komt uit a mesenterica superior i.p.v. de a. hepatica propria.

Question 7

Wat is een aberante a. hepatica sinistra

Answer 7

De a. hepatica sinistra die uit de a. gastrica sinistra komt i.p.v. de a. hepatica propria.

Question 8

Wat is de veneuze afvloed van de lever?

Answer 8

De v.hepatica dextra, sinistra en media. Deze komen in de vena cava inferior.

Question 9

Wat is de innervatie van de lever?

Answer 9

De plexus hepaticus uit plexus coeliacus, het kapsel wordt geënerveerd door nn. intercostales.

Question 10

Vanaf welke tensie kan je portale hypertensie krijgen en welke etiologie is er?

Answer 10

12 mmhg
prehepatisch: portatrombose
intrehepatisch: levercirrose
posthepatisch: budd chiari syndroom

Question 11

Wat is het teken van Murphy?

Answer 11

Hand onder ribbenboog en ademhaling stokt vanwege galblaas die ertegenaan komt.

Question 12

Wat wordt als eerst geïdentificeerd bij een lap. chocystectomie?

Answer 12

De driehoek van Calot: ductus hepaticus communis, ductus cysticus en a cystica

Question 13

Wat is de CVS bij een lap. cholestytectomie?

Answer 13

caudale leverrand, a cystica en ductus cysticus.

Question 14

Wat bevindt zich tussen de locus caudatus en quadratus?

Answer 14

De porta hepatis: ingang voor a hepatica propria, vena porta en uitgang voor d. hepaticus dextra en sinistra.

Question 15

Leg de segmenten volgens Couinaud uit. Leg ook uit hoe een negende leversegment kan ontstaan.

Answer 15

1-lobus caudatus, 4a- lobus quadratus, 2-4b=linker sinistra, 5-8=rechter lever. Segment IX kan ontstaan als segment 1 door de rechter vena porta van bloed wordt voorzien.

Question 16

Wat vormen de ductus pancreaticus en ductus choledochus samen? Waar komt dit in uit en door welke structuur wordt dit afgesloten?

Answer 16

De ampulla hepatopancreatica (Ampul van Vater). Dit komt uit in de papilla duodemi major (papil van Vater). Deze wordt afgesloten door de sphicter ampullae (sphincter van Oddi).

Question 17

Door wat worden de galwegen gevasculariseerd?

Answer 17

Door de a.hepatica propria: de galwegen zijn erg zuurstofafhankelijk.