Hoofdstuk 1 Flashcards
(44 cards)
Cognitieve dissonantie
Gevoelens tegen gedachtes.
Twee tegenstrijdigheden
Theorie Maslow (5)
- Fysiologische
- Veiligheid
- Sociale
- Erkenningsbehoefte
- Zelfactualiseringsbehoeften
Fysiologische behoeften
Behoefte aan voedsel, water en slaap
Veiligheidsbehoefte
Behoefte aan veiligheid, zekerheid en bescherming
Sociale behoeften
Behoefte om ergens bij te horen
Erkenningsbehoeften
Behoefte aan waardering en respect door anderen
Zelfactualiseringsbehoeften
Behoefte aan kennis, waarheid en wijsheid om tot zelfgroei te komen.
(zelfontplooiing)
Twee grondslagen Maslow
- Deprivatie (onbevredigde behoefte)
- Hiërarchisch geordend
ERG-theorie (3)
- Existentiële behoeften
- Relationele behoeften
- Groeibehoeften
Existentiële behoeften
Behoefte aan materiële zekerheid.
Relationele behoeften
Behoefte aan relatie
Groeibehoeften
Behoefte aan persoonlijke groei
Frustratie-regressie-hypothese
Hoe meer de bevrediging van hogere behoeften gefrustreerd, des te belangrijker zijn behoeften van een lager niveau
Twee grondslagen Alderfer
- Niet hiërarchisch geordend
- Frustratie-regressie-hypothese
Theorie McClelland (3)
- Prestatiebehoefte
- Machtbehoefte
- Affiliatiebehoefte
Prestatiebehoefte \
Als deze behoefte dominant is, willen mensen presteren
Machtsbehoefte
Als deze behoefte dominant is, streven mensen naar invloed en controle over anderen.
Affiliatiebehoefte
Als deze behoefte dominant is, zijn mensen gericht op het scheppen van goede relaties met anderen
Twee grondslagen McClelland
- Behoeftes worden aangeleerd i.p.v. aangeboren
- Reinforcement
Reinforcement
Belonen van gedrag
Behoeften, interne krachten
- Push
- Aangeboren
Situatie, externe krachten
- Pull
- Conditioneren (positief resultaat, leidt tot vertonen gedrag)
Verband tussen inspanning en prestatie
Ingeschatte kans dat een bepaalde inspanning leidt tot goede prestaties
Verband van prestaties en opbrengsten
De mate waarin iemand gelooft dat goede prestaties daadwerkelijk zullen leiden tot gewaardeerde opbrengsten