Hoofdstuk 1 + 2 Flashcards

1
Q

Logische poorten

A

Logische poorten zijn elektronische schakelingen met één of meerdere ingangen en één uitgang.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

de hoofdwaarde van een hoek

A

α is de hoofdwaarde van een hoek Â, als α ∈ ]-180°,180°].

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

goniometrische cirkel

A

Een goniometrische cirkel is een cirkel met als middelpunt O, de oorsprong van een cartesiaans assenstelsel, en met straal 1 (de eenheid).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

sinus van een hoek

A

De sinus van een hoek is het tweede coördinaatgetal van het beeldpunt van die hoek op de goniometrische cirkel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

cosinus van een hoek

A

De cosinus van een hoek is het eerste coördinaatgetal van het beeldpunt van die hoek op de goniometrische cirkel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

de tangens van een hoek α

A

De tangens van een hoek α is het quotiënt van de sinus van die hoek α en de cosinus van die hoek α.

tan α = sin α/ cos α met cos α ≠ 0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

de cotangens van een hoek α

A

de cotangens van een hoek α is het quotiënt van de cosinus van die hoek α en de sinus van die hoek α.

cot α = cos α/ sin α met cos α ≠ 0
cot α = 1/ tan α met tan α ≠ 0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

gelijkwaardige of gelijke hoeken

A

Gelijkwaardige of gelijke hoeken zijn hoeken met eenzelfde beeldpunt op de goniometrische cirkel.

β is gelijkwaardig met α⇔β = α + k . 360° (met k ∈ ℤ)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

tegengestelde hoeken

A

Tegengestelde hoeken zijn hoeken waarvan de som 0° is.

α en β zijn tegengesteld ⇔ β = -α

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

supplementaire hoeken

A

Supplementaire hoeken zijn hoeken waarvan de som 180° is.

α en β zijn supplementair
⇔ α + β = 180°
⇔ β = 180° - α

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

antisupplementaire hoeken

A

Antisupplementaire hoeken zijn hoeken waarvan het verschil 180° is.

α en β zijn antisupplementair
⇔ β - α = 180°
⇔ β = 180° + α

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

complementaire hoeken

A

Complementaire hoeken zijn hoeken waarvan de som 90° is.

α en β zijn complementair
⇔ α + β = 90°
⇔ β = 90° - α

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

anticomplementaire hoeken

A

Anticomplementaire hoeken zijn hoeken waarvan het verschil 90° is.

α en β zijn anticomplementair
⇔ β - α = 90°
⇔ β = 90° + α

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly