Hoofdstuk 13 Flashcards

1
Q

Wie is de grondlegger van IQ-tests?

A

Binet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waarom begon Binet met het ontwikkelen van een IQ-test?

A

Om te kijken welke kinderen sub-normaal waren en naar speciaal onderwijs moesten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat was een grote factor in een IQ-test?

A

Leeftijd, en hoe goed je presteert vergeleken met andere kinderen van dezelfde leeftijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe werkte Binet’s 1e IQ test?

A

Vragen werden opgesplitst in leeftijden, als je 5 vragen achter elkaar fout had, stopte de test. Het laatste leeftijdsjaar wat je 100% goed had, is de basis (bijv. 5).
Daarna is elke vraag die je goed had 0,2 erbij. Als je score hoger was dan je leeftijd, was je slimmer dan gemiddeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is mentale orthopedie?

A

Een programma om IQ te verhogen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke 2 onderdelen heeft intellectie volgens Spearman? Hoe heet deze theorie?

A

General intelligence (g) en item specific skills. Twee factor theorie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wie bedacht de term intelligentiequotiënt, en hoe werd deze berekend?

A

Stern. Mentale leeftijd/test-score werd gedeeld door je chronologische leeftijd. 1 was gemiddeld. Hoe hoger hoe slimmer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat deden Terman en Cox?

A

Zij volgden hoogbegaafde kinderen. Ze deden de Stern quotient x100 zodat er geen decimalen waren. Ze ondervonden dat IQ niet deterministisch is, maar wel een goede voorspeller is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat ontdekte Piaget?

A

Kinderen denken op een andere manier dan volwassenen, in verschillende stadia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke stadia van denken bedacht Piaget?

A

Sensomotorisch, moet nog objectpermanentie leren
Preoperationeel, moet nog conservation of quantity leren
Concreet operationeel, moet nog abstract leren denken
Formeel operationeel, kan abstract denken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat voegde Vygotski toe aan de theorie van Piaget?

A

Een kind leert de verschillende stadia doorgaan door een docent, dat gaat niet vanzelf. Er is een zone van naaste ontwikkeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de modes of representation van Bruner?

A

Enactive, concreet, wat kun je met een object doen?
Iconic, representatief, wat zijn de kenmerken?
Symbolic, abstract of met symbolen (1+2=?)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het Flynn-effect?

A

Elke generatie scoort hoger op de IQ-test dan de vorige

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is genetische epistemologie?

A

Studie naar hoe kinderen over de wereld leren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly