Hoofdstuk 13 - T-cel immuniteit Flashcards
(39 cards)
Wanneer een antigen binnenkomt wordt het gepresenteerd door dendritische cellen en macrofagen. Waarin verschillen deze twee?
De dendritische cel migreert naar de secundaire lymfoïde organen voor T-cel activatie.
De macrofagen blijven lokaal en voeren daar hun effectorfunctie uit.
Wat zorgt voor differentiatie naar M1 macrofagen?
IFN-gamma.
Wat zorgt voor differentiatie naar M2 macrofagen?
IL4, IL10, steroïden
Waarom is cross-presentatie belangrijk?
Anders zouden CD8 cellen enkel virussen kunnen herkennen.
Juist of fout?
Naïeve T-cellen brengen VLA-4 tot expressie.
Fout, ze brengen L-selectine tot expressie zodat ze kunnen migreren naar de lymfeknoop.
Wat brengen geactiveerde T-cellen tot expressie om zich te kunnen laten leiden naar de infectiehaard?
VLA-4.
Endotheelcellen brengen ICAM-1 tot expressie. Onder invloed van TNF verandert dit naar wat?
VCAM-1 voor T-cellen, P- en E-selectine voor neutrofielen.
Welk integrine komt zowel in rust als in geactiveerde toestand voor op de T-cellen?
LFA-1.
Wat zijn de costimulatoren op de T-cel?
CD3, CD28 en CTLA-4 (laatste enkel in geactiveerde cellen).
Waar interageert CD28 mee?
Met B7 van de APC.
Wat is het gevolg van de interactie tussen CD28 en B7?
Proliferatie en IL-2 productie.
Wat doet CTLA-4?
Ze inhibeert verdere activatie van de T-cel (negatieve feedback).
Wat is ipilimumab en waarvoor wordt het gebruikt?
Het is een gehumaniseerde monoklonale antistof gericht tegen CTLA4, het werkt dus immuunactiverend.
Toepassing: kanker.
Wat is abatacept en waarvoor wordt het gebruikt?
Het is een chimere molecule die B7 bindt en interactie met CD28 verhindert.
Toepassing: autoimmuunaandoeningen.
Waaruit bestaat de werking van tacrolimus en cyclosporine?
Ze blokkeren de signaalcascade van CD3.
Wat is een adjuvans?
Een stof die toegevoegd wordt aan vaccins om costimulatoire activiteit (CD28-B7) te induceren.
Welke vorm van CD45 zie je bij naïeve T-cellen en geactiveerde T-cellen?
- Geactiveerd: CD45RO
- Naïef: CD45RA
Aan deze merker kan je dus zien of een T-cel ooit antigen gezien heeft.
Juist of fout?
Geactiveerde T-cellen hebben geen costimulatie meer nodig voor effector functie.
Juist.
Beschrijf T-helper 1 cellen.
- Stimulus: IL12 en IFN-gamma van DCs en NKs
- Productie van: IL-2 en IFN-gamma
- Ligand tot expressie: CD40L
- Functie: activatie macrofagen, IgG-switch, versterking NK
Wat gebeurt er indien er geen T-helper 1 cellen zijn?
Er is een verhoogde gevoeligheid voor mycobacteriën en virale infecties.
Wat gebeurt er indien de T-helper 1 cel faalt?
Ontstaan van granulomen: kern van geactiveerde macrofagen met levende kiemen met errond een cellaag van CD4 cellen.
Beschrijf T-helper 2 cellen.
- Stimulus: IL-4 van basofiele granulocyten
- Productie van: IL4, IL5 en IL10
- Functie: IgE switch en activatie mastcellen door IL4, activatie eosinofiele door IL5 en inhibitie van Th1 door IL10
Wat gebeurt er indien er geen T-helper 2 cellen zijn?
Er is een verhoogde gevoeligheid voor meercellige pathogenen (wormen).
Beschrijf folliculaire T-helper cellen.
- Stimulus: IL-6, IL-21
- Productie van: IL21
- Functie: IL21 is de groeifactor voor B-cellen