Hoofdstuk 3 Regenten En Vorsten (vragen) Flashcards

1
Q

Hoe breidde de Franse koning het gebied uit?

A

Door veroveringen
(Lodewijk XIV was de Frans koning)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe vergrootte de Franse koning zijn binnenlandse macht?

A

Lodewijk XIV wilde onbeperkt macht in Frankrijk.
Hij beperkte de macht van edelen en steden, bouwde een groot leger op en schafte de rechten van hugenoten af

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe werd de Engelse koning minder machtig?

A

De Nederlandse stadhouder Willem-lll werd in 1689 koning van Nederland, zijn macht was beperkt
Engelse koningen moesten voortaan toestemming van het parlement hebben voor belangrijke besluiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe werd Nederland bestuurd?

A

De Republiek bestond uit de zeven zelfstandige gewesten die samenwerkten in de Staten-Generaal
De Republiek was een oligarchie, bestuurd door regenten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke posities hadden de stadhouders?

A

Ze hadden veel macht maar de samenwerking met de regenten verliep niet altijd goed
Van 1650 tot 1672 was er geen stadhouder benoemd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe bloeide de economie in Nederland in de 17e eeuw?

A

De handel, nijverheid en landbouw bloeide op
Nederlandse schepen verzorgden een groot deel van de internationale handel in Europa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke plaats hadden de handelaren in de economie?

A

Handelaren hadden de leiding in de economie
Nederland was het centrum van het internationale handelskapitalisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe groeiden de Nederlandse steden?

A

Door de economische bloei.
Steden werden uitgebreid met woonwijken langs grachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe ontstonden regels voor oorlogen?

A

Door de welvaart was Nederland ook militair sterk
Tijdens de oorlog met Spanje ontstonden in Nederland ideeën over volkenrecht en oorlogsrecht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe voerde Nederland oorlog met omringde landen?

A

Na de oorlog met Spanje voerden ze oorlog op zee tegen Engeland
In 1672 werd Nederland aangevallen door Engeland, Frankrijk, Müster en Keulen. Vanaf 1689 streed Nederland samen met Engeland tegen Frankrijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe groeide de handel tussen alle werelddelen in de 17e eeuw?

A

In de 17e eeuw ontstond de handelseconomie
Over de hele wereld kregen vraag en aanbod invloed op elkaae

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe breidde Europeanen hun activiteiten uit in Azië en Oost-Afrika?

A

Europese handelscompagnieën stichtten handelsposten en kleine kolonies in Azië en kregen heerschappij in steeds meer gebieden
De VOC verzorgde handel in Azië en tussen Azië en Europa
Europeanen deden mee aan de slavenhandel en slavernij die al bestond in Azië

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe breidde Europeanen hun activiteiten uit in Amerika en West-Afrika?

A

Ze stichtten plantagekolonies in Amerika en handelsposten in Afrika
De Wic deed mee met de oorlog tegen Spanje en de driekhoekshandel tussen Europa, Afrika en Amerika

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe leidde de welvaart in Nederland tot een bloeiende cultuur?

A

Door de bloeiende economie waren veel burgers in steden rijker en machtiger dan in andere landen.
Literatuur, bouwkunst en vooral schilderkunst kwamen tot grote bloei

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke religieuze vrijheid was er in Nederland?

A

De mensen mochten in alles geloven alleen niet alle gelovigen mogen hun geloof openlijk uitoefenen
Het gereformeerde geloof was de staatsgodsdienst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke migranten vestigden zich in Nederland en waarom?

A

Uit Duitsland en Scandinavië kwamen werkzoekende
Vanwege geloofsvervolging en oorlogsgeweld kwamen veel mensen naar Nederland
Migranten vormden een belangrijke rol voor de Nederlandse economie

17
Q

Hoe gingen wetenschappers anders werken in de 17e eeuw?

A

Ze baseerde zich niet meer op oude ideeën
Ze wilde n de wereld begrijpen via systematisch observeren, experimenteren en logisch redeneren

18
Q

Hoe werd wetenschap praktisch toegepast?

A

De uitvindingen leidden tot nuttige uitvindingen.
Daarom steunden regeringen de wetenschap

19
Q

Hoe werd de landbouwgrond in Nederland uitgebreid?

A

Ze deden dat door de inpoldering van meren met behulp van windmolens